De Boeddha had geen hoge pet op van mensen die slechts geloofden wat anderen zegden (P. anitiha). Blind ‘geloven’ wat anderen zeggen noemde hij dwaasheid. En voor hen die énkel zijn woorden beluisterden zonder de betekenis te begrijpen gebruikte hij het woord padaparama, een praatjesmaker.
Pali-Canon
Guy – De zes afschuwelijke overtredingen (P. abhithanani)
In het boeddhisme bestaat ook zoiets als wat wij in het Westen ‘doodzonden’ noemen—verschrikkelijke, onzegbare handelingen of daden. Het zijn de zogenaamde abhithanani.
Karaniya Metta Sutta
In de Pali-Canon is het Karaniya Metta Sutta één van de bronnen waarop de praktijk van metta-meditatie terug te voeren is. Wat voor inspiratie kunnen we als vipassana-yogi’s halen uit de bestudering van dit sutta?
Guy – De kern van de beoefening
Kijk naar Dhamma. Naar jezelf. Naar de natuurwet die alle dingen beheerst. En realiseer zo het einde van dukkha.
Zitten in verbondenheid – Het onzichtbare zichtbaar
Het altaar is een centrale plek in ons huis en onze leefruimte, die de overgang naar het sacrale markeert en ons herinnert aan onze beoefening. Iedere keer als we op ons kussen plaatsnemen, zijn we ons dat bewust. In het ritueel van de meditatie brengen we dit tot uitdrukking, waarin we ons verbinden met een diepere werkelijkheid en het onzichtbare zichtbaar wordt.
Guy – Het begrijpen van de ware aard van de dingen
Het begrijpen van de ware aard van de dingen komt neer op inzicht in de vergankelijkheid, onbevredigdheid en zelfloosheid van alle geconditioneerde verschijnselen.
Guy – De drie vergiften (P. kilesas)
Kilesas zijn bezoedelingen, onheilzame mentale staten die de geest infecteren.
Guy – De Wijze (P. & Skr. Muni)
Het begrip ‘Muni’ is een oud concept en dateert van vóór de pre-boeddhistische tijd. De term slaat op een zwijgzame, solitair levende asceet die gekenmerkt is door een bijzonder hoge graad van verinnerlijking, zelfbeheersing en terughoudendheid.
De oplossing van het aloude en tragische misverstand over Boeddha’s Anatta-leer
In Boeddha’s eigen – beroemde – woorden, zouden we bij alles wat we ervaren moeten bedenken: ‘N’etam mama, n’eso’ham asmi, na me so atta’ – ‘Dit is niet van mij, dit ben ik niet, dit is niet mijn zelf.’ Hiermee wilde hij eens en voor goed duidelijk maken, dat verschijnselen in het relatieve bestaan – inclusief onze gedachten, gevoelens en ziele roerselen – vergankelijk zijn en dus geen vaste, blijvende kern hebben en dat we ons dus er beter niet aan kunnen hechten.
Het Edele Achtvoudige Pad in Vipassana
In dit stuk wordt geschetst hoe de inhoud van het Achtvoudige Pad verandert van betekenis naarmate een yogi verder staat op het spirituele pad. Dit geeft ook het verschil aan in de belevenis van het pad door beoefenaren (kamathana) van de spirituele training (bhavana) en de niet beoefenaren, zowel voor monniken als leken.
De Boeddha als mens
De historische Boeddha is al lang dood. En dat komt de latere volgelingen goed uit. Over een dode meester kan je fantaseren, je kunt hem belangrijk maken, beter, bovenaards. Je kunt projecteren, een droom om hem heen weven. Dan wordt hij meer mythe dan realiteit. En de Boeddha is er niet meer om te zeggen: “Nee, zo bedoelde ik het niet.”
Guy – Vormen
Fixeer je niet op vormen. Identificatie met vormen creëert slechts begoocheling: onwetendheid, verlangen en afkeer. Kortom: illusie.