Hatha Yoga is de bekendste vorm van yoga. Althans in Nederland. Wat er tegenwoordig als Yoga wordt aangeboden, heeft weinig met yoga te maken. Het is sterk vercommercialiseerd. Het is verwaterd tot lichaamscultus, veredelde gymnastiek, work-out, of tot methode om stress te reduceren. Daar is op zich niks mis mee, maar het is geen yoga. Zelfs niet wanneer er een spiritueel sausje overheen wordt gegoten.
dharmapelgrim
Over Theologie 27 -Dogmatiek
Er zijn bosjes mensen die de kriebels krijgen van het woord ‘dogma’. Ik denk dat dat komt doordat ze niet goed weten wat ze met dat woord aanmoeten, er een onjuiste voorstelling bij hebben of denken dat het iets absoluut vaststaands is, iets waarover op geen enkele manier meer te praten valt. Klopt niet. Een dogma is eigenlijk het resultaat van een lang proces van wikken en wegen.
Menno Prins – ‘Het kerstvierend kind in mij’
Of ik een echte boeddhist ben, weet ik niet. Wat ik wel weet is, dat ik Kerstmis vier. Om met het eerste te beginnen: wie bepaalt of ik een echte boeddhist ben?
Alles waarvan je kunt zeggen “Ik heb …”
Weet ik nu wie ik werkelijk ben? Kan ik nu zeggen wie of wat er is overgebleven of overblijft na het grote loslaten en wegdrijven van alle etiketten, alle schaamlappen, kenmerken, eigenschappen en (on)hebbelijkheden?
In de marge (9) – hoop
Geloof, in levensbeschouwelijke zin, zonder hoop is naar mijn mening krachteloos en uiteindelijk tot uitdoven gedoemd. Hoop doet niet alleen leven, het geeft ook het geloof bestaansrecht. En liefde zonder hoop leidt tot wanhoop, droefenis en verlies van levenslust. Waarom nog geloven of liefhebben wanneer er geen hoop meer is?
In de marge (8) – liefde
Liefde is het vuur dat verwarmt en verteert. Het is het water dat blust en overal de scherpe kantjes afslijpt, maar waarin je ook kunt verdrinken. Het is de lucht die adem geeft en ruimte maar ook als een verwoestende storm alles op haar pad verwoest. Het is de aarde die je bij leven draagt en je na je dood weer in zich opneemt.
In de marge (7) – geloof
ik ben ervan overtuigd dat er met “geloven” niets mis is. Ongeacht wat of waarin je gelooft. Maar houdt het vloeibaar! Dat wil zeggen: laat het niet tot absolute zekerheid verworden. En voor zover ik weet is er maar één manier om dat vloeibaar houden te bereiken en dat is door te twijfelen.
In de marge (6) – geduld
Ik vrees dat “geduld” net als pelgrimeren in de marge van de samenleving terecht is gekomen. Wie ik ook spreek, men vindt het bijzonder dat ik een pelgrim ben. Menigeen zegt het eigenlijk ook wel te willen zijn. En dan komt het : even. Het moet en mag niet te lang duren.
In de marge (5) – wijsheid
Wijsheid is, vind ik, gebaseerd op het ‘weten van het hart’. Daarmee doel ik op het centrum van het gevoelsleven. Bij mij ervaar ik dat niet in mijn hoofd, maar als gesitueerd ergens in mijn borst, waar die bloedpomp zit. Ongeveer.
In de marge (4) – kracht
“Kun je het wel aan?” is een veel gestelde vraag, zowel voor vertrek als nu onderweg. Men is bezorgd over mijn fysieke gestel. Alsof ik te veel van mijn krachten zou vragen. Ik maak mij daar geen zorgen over. Mijn ervaring is dat mijn krachten juist toenemen.
In de marge (3) – toeval
Wanneer je jezelf opent voor verwondering, ga je steeds meer verschillende wonderlijke zaken en gebeurtenissen zien en ervaren. Althans, dat is mijn beleving. Ik verwonder mij over wat mij allemaal “toevallig” op het juiste moment toevalt.
In de marge (2) – Over het wegsnijden van de bodem uit mijn rugzak
Ik heb de deur van mijn huis achter mij dichtgetrokken om mij als een katholiek/boeddhistische pelgrim los te maken van het dagelijkse leven met al zijn routines en vastigheden, om in de marge van de samenleving te voet op weg te gaan naar een bestemming buiten de mij bekende wereld: een protestantse kerk in Trondheim.
In de marge van de samenleving (1)
Ik moet het doen met een enkeldaks tarptentje; een slaapzak en de harde grond, tenzij ik ergens een zachte hooiberg vind of een bedje van mos, dan wel spontaan aangeboden gastvrijheid.
Is er een hiernamaals en hoe ziet dat er dan uit?
Ik vroeg mij af: “Hoe pak je zoiets dan aan? Hoe kun je mensen leren sterven? Wat is er voor nodig om iemand te leren accepteren dat het met zijn of haar aards bestaan een keer afgelopen is?”
Het eerste zonlicht…
Stilte is leegte…
‘Het kerstvierend kind in mij’
Of ik een echte boeddhist ben, weet ik niet. Wat ik wel weet is, dat ik Kerstmis vier. Om met het eerste te beginnen: wie bepaalt of ik een echte boeddhist ben?
Over yoga, yogi’s en rishi’s
Wanneer ben je een yogi? Wanneer je yoga beoefent? Maar wat beoefen je dan? Het begrip yoga is de afgelopen decennia geleidelijk verworden tot containerbegrip. Dit leidt gemakkelijk tot spraakverwarring en onzinnige interpretaties. Wie denkt er tegenwoordig bij het horen van het woord ‘ yoga’ nog aan ‘helen en heiligen’; aan het beëindigen van lijden en aan het zoeken naar antwoorden op grote levensvragen?
Ik pas!
‘ Schaterlachend sta ik op en loop zo snel ik kan, half struikelend, naar de deur… de zendo uit… de tuin in. Buiten rol ik letterlijk in het gras door een aanval van de slappe lach zoals ik die vanaf mijn kinderjaren nooit meer heb gehad!’
Breek me de bek niet open…
De weg terug heeft lang geduurd. Het omslagpunt ligt ergens in de beginjaren tachtig, tijdens een Zen-weekend in de abdij Maria Toevlucht te Zundert, georganiseerd door en voor de Nederlandse Vereniging van Yogaleraren.
Het vallen van de blaadjes
De herfst zet als geen ander seizoen aan tot contemplatie. Terwijl de bladeren vallen, en de winter nog moet komen, verschijnen de knoppen al waarin de lente sluimert. Ik zag daar als kind al de metafoor in voor het hele leven.
Soetra over Vol-Ledigheid anno 2019
Menno Prins: ‘De volgende ‘soetra’ is in ieder geval niet van de Boeddha afkomstig, maar van een leek in Nederland anno 2019.’
Heimwee naar stilte
Inderdaad: stilte is ondoorgrondelijk. Zodra ik haar binnenga, raak ik mijzelf volledig kwijt. Zodra ik mijzelf weer terugvind, raak ik haar kwijt.
Je kunt niet jong genoeg met sterven beginnen
Sterven is te leren, tot het punt waarop er geen enkele angst, vrees of huiver meer is voor de eigen dood. Hoe? Door het te doen. Begrijp me goed: ik pleit niet voor onverantwoord spelen met het leven, laat staan voor het jezelf tot de rand van de fysieke dood brengen. Nee! Ik heb het over het aangaan van de confrontatie met de dood en het doorlopen van verschillende fasen van het stervensproces.
Kippenhartjes
Ik ga me nu niet verontschuldigen. Natuurlijk, ik had kunnen weigeren de hartjes te proeven. Wat zou ik daarmee bereikt hebben? Dat mijn zoon voortaan géén kippenhartjes meer zou kopen? Dat hij er over zou gaan nadenken? Dat de kippen weer levend zouden worden? Dat ik mijn geweten zuiver zou houden? Dat er geen slecht karma…