‘Nergens in het boeddhistische canon staat ook maar iets dat een aanmoediging is om een ander kwaad te doen. Het boeddhisme maakt geen onderscheid tussen doden in vredestijd of in oorlog. Er bestaan geen rechtvaardige of heilige oorlogen.’ De Westerse boeddhist Matthieu Ricard schreef dit in zijn blog Buddhism always condemns violence, without exception. Het blijkt echter dat in het dagelijks leven boeddhisten wel degelijk geweld plegen. Dit overzicht zet daarover enkele meningen op een rij.
Aanhangers van de wereldreligies beweren dat hun geloofsovertuigingen liefde, compassie en vergevingsgezindheid koesteren. Hierbij plaatsen Dan Arnold en Alicia Turner vraagtekens in hun artikel Why are we surprised when Buddhists are violent? Als voorbeeld bekijken ze de situatie rond de Rohingya in Myanmar (= voorheen Birma).
Dr. K. Sri Dhammananda schreef in What Buddhists believe: ‘Buddhists should not be the aggressors even in protecting their religion or anything else. They must try their best to avoid any kind of violent act. Sometimes they may be forced to go to war by others who do not respect the concept of the brotherhood of humans as taught by the Buddha. They may be called upon to defend their country from external aggression, and as long as they have not renounced the worldly life, they are duty-bound to join in the struggle for peace and freedom. Under these circumstances, they cannot be blamed for becoming soldiers or being involved in defence. However, if everyone were to follow the advice of the Buddha, there would be no reason for war to take place in this world. It is the duty of every cultured person to find all possible ways and means to settle disputes in a peaceful manner, without declaring war to kill his or her fellow human beings.’
Vertekend beeld
De geschiedenis toont aan dat religie mensenwerk is. Ook is het naïef verrast te zijn als boeddhisten gewelddadig blijken. Desondanks is de mythe wijd verbreid dat zij tolerant, vreedzaam en harmonieus zijn. Arnold en mede-auteur Turner vragen zich af hoe het mogelijk is dat boeddhistische monniken iets te maken hebben met zoiets monsterlijks als de etnische zuivering van de Rohingya in Myanmar.
De schrijvers zien een verband met het boeddhistisch modernisme, dat onder andere een beeld schiep van het boeddhisme als wetenschappelijk, tolerant en vreedzaam. Dit door het Westen geïnspireerde hybride boeddhisme ontstond in de 19de en 20ste eeuw. David McMahan schreef daarover een gezaghebbend boek. Onder andere de antroposofische Henry Steele Olcott en vooruitstrevende boeddhisten ontwikkelden deze nieuwe vorm van boeddhisme, gebaseerd op de verschillende boeddhistische tradities uit landen als China, Sri Lanka, Tibet en Japan. Het doel ervan was niet alleen het voortbestaan van het boeddhisme, maar ook om een tegenwicht te bieden tegen de kerstening van Azië, een van de gevolgen van het westerse kolonialisme.
Nationalisme
In de recente geschiedenis ontbreekt het niet aan voorbeelden van geweld in boeddhistische samenlevingen. De Sri Lankaanse burgeroorlog (1983-2009) bijvoorbeeld had te maken met de houding van de nationalistische boeddhistisch Sri Lankaanse meerderheid ten opzichte van de minderheid van Tamil Hindoes. De boeddhisten zagen Sri Lanka als het laatste bastion van het ‘ware’ boeddhisme. Volgens een artikel in Tricycle uit 2018 werd de politieke situatie er mede bepaald door stereotypen uit de Britse koloniale tijd over moslims en over boeddhisten.
Over nationalisme gesproken, het geweld tegen de Rohingya in Myanmar is volgens de auteurs niet uitsluitend religieus. De kwestie wordt gedomineerd door vragen als: Wie is Birmees? Welke etnische minderheden zijn Birmees? Voor velen is het boeddhisme onderdeel van de ‘echte’ Birmese identiteit. Daarom nam in 2015 het parlement van Myanmar vier wetten aan over de ‘bescherming van het ras en religie.’
Bovendien is de huidige regering van Myanmar een bijzondere mix van de voormalige militaire dictatuur en de democratisch gekozen National League of Democracy van Aung San Suu Kyi. De auteurs geven aan dat de anti-moslim retoriek samenhangt met de onzekerheid in Myanmar over de snelle economische, sociale en politieke veranderingen. Deze onzekerheid is koren op de molen van politici en van anderen.
In het Birmese boeddhisme staat de opvatting centraal dat het boeddhisme in verval is en ten onder zal gaan, maar meer boeddhistische tradities delen deze mening. Al ruim twee eeuwen worden er in Birma pogingen gedaan om het boeddhisme te revitaliseren, te beschermen tegen verval en tegen andere bedreigingen. Een daarvan zou de Islam zijn.
Volgens de auteurs is het interessant dat Myanmar wordt bedreigd door moslims, omdat het boeddhisme een uniek vreedzame en tolerante religie zou zijn. Enkele boeddhistische leiders beweren dat de Rohingya illegale migranten zijn die een uitsluitende en bekerende religie propageren. De islam zou geneigd zijn tot territoriale en culturele verovering door middel van huwelijk en bekering.
Er zijn belangrijke historische redenen om aan te nemen dat het beeld van boeddhistische tolerantie en de afkeer van de Rohingya ook te maken hebben met de tijd van de Britse koloniale overheersing. In die periode werd religie een belangrijk en doeltreffend aspect van de Birmese identiteit in de handen van de kolonisator. De koloniale oorsprong van de natiestaat Myanmar bevorderde daardoor als het ware de verharding van de religieuze identiteiten. Het geweld van boeddhisten staat volgens Arnold en Turner overigens feitelijk niet ver af van de manier waarop het Westen de wereld ziet en kijkt naar de Islam en immigranten.
Canon
Kort geleden verscheen het interview met godsdienstwetenschapper Michael Jerryson, getiteld: Is Buddhism violent? Hij meent dat geweld eigen is aan het boeddhisme en is het dan ook oneens met Brian Victoria van Zen at war. Victoria meent dat bijvoorbeeld de gewelddaden van Japanse boeddhisten tijdens de Tweede Wereldoorlog afwijkingen zijn. De schuldige is de politiek. Jerryson geeft aan dat de scheiding van politiek en religie in boeddhistische landen van recente datum is én daarbij volkomen ondoorzichtig. Ook heeft in het Theravada boeddhisme de vorst traditioneel een bijzondere positie, bijna als een boddhisattva in het Mahayana boeddhisme.
De laatste 150 jaar waren het vooral blanke westerse mannen die min of meer bepaalden welke teksten tot het boeddhistisch canon behoren, waardoor een westers geïnspireerde boeddhistische orthodoxie ontstond. Iedere boeddhistische traditie heeft echter zijn eigen vinaya, zijn eigen sutra’s of soetra’s en de Abhidhamma verschilt van waar je bent. Sri Lankaanse boeddhisten zien de Mahavamsa – een episch gedicht geschreven in de 5de en 6de eeuw – als behorend tot de kern van hun geloof. Jerryson schrijft: ‘(King) Dutthagamini ends up slaughtering millions of Tamils. And, at the end, he’s visited by these fully awakened beings who tell him he’s only killed 1.5 people: only one person took on the three refuges, which means that they are a Buddhist; and only one person committed to the five moral precepts, and so they are half a person. The rest are no more than beasts. That’s an example of how violence is in doctrine.’
Geweld wordt vermeden in het boeddhisme, maar er zijn situaties dat deze regel moet worden overschreden. Dit heet ‘gerechtvaardigd geweld’ of zelfs ‘gerechtvaardigde oorlog’. De laatste jaren wordt keer op keer beweerd dat de Dharma, oftewel het boeddhisme, wordt bedreigd in Sri Lanka, Thailand en Myanmar. Beweerd wordt ook dat de Birmese extremistische monnik Ashin Wirathu niet put uit de boeddhistische doctrine. Hij is in een hooggeplaatste monnik in Myanmar en heeft daarom met wat hij zegt gezag, stelt de godsdienstwetenschapper Jerryson.
Deze Ashin Wirathu ontkent dat zijn toespraken racistisch zijn en haat prediken. De monnik wil zijn volk alleen maar waarschuwen uit bescherming. Wat het volk doet met zijn waarschuwingen is niet zijn zaak: ‘I am defending my loved one, like you would defend your loved one. I am only warning people about Muslims. Consider it like if you had a dog, that would bark at strangers coming to your house – it is to warn you. I am like that dog. I bark.’
Soldaatmonnik
Tijdens een onderzoek in Thailand in 2004 sprak de godsdienstwetenschapper met een ‘militairy monik’ die hem over moslims uitlegde: ‘The Buddhists are like small ants against this great elephant. But, when we come together, we can push back against it. That’s why I keep this Smith and Wesson behind my robes here.’ Deze soldaatmonnik legde hem uit dat hij een soldaat is die toebedeeld is aan een klooster en gewijd is als monnik. Hij blijft soldaat, krijgt hiervoor maandelijks een salaris en draagt een geweer. Een afwijking, dacht Jerryson, maar er waren ook soldaatmonniken in Thailand, in Japan en in China.
Het artikel A short history of violent Buddhism vermeldt voorbeelden van boeddhistische oorlogsvoering. Een van de vroegste voorbeelden zijn de monniken van de Shaolin tempel in China. Voor het grootste deel van hun geschiedenis gebruikten deze monniken, die de kung fu (wushu) uitvonden dit meestal ter zelfverdediging. Soms zochten ze actief de strijd op zoals in het midden van de 16de eeuw toen de centrale regering hen om hulp vroeg tegen Japanse piraten.
Ook Japan kent een lange geschiedenis van militaire monniken, de yamabushi. In de late 16de eeuw herenigden de daimyō (krijgsheer) Oda Nobunga en Hideyoshi Toyotomi Japan na de chaotische Sengoku periode (midden 15de tot begin 17de eeuw) en de meeste van de beroemde tempels van militaire monniken stonden op de nominatie uitgemoord te worden. In 1571 brandde het leger van Nobunga het klooster Enryaku-ji tot de grond toe af, met zo’n 20.000 dodelijke slachtoffers.
Overdenking
Omdat boeddhisten mensen zijn, hoeft het niemand te verbazen dat leken boeddhisten ten strijde trokken en trekken. Voor buitenstaanders is het verbazingwekkend dat ook monniken hebben deelgenomen aan geweld en ertoe hebben opgeroepen.
De rol invloed van ‘het’ boeddhisme bij dit soort geweld is onduidelijk, want er bestaan diverse tradities met hun eigen geschiedenis. Dat wat wij in het Westen als ‘modern’ boeddhisme kennen is een Westers geïnspireerde hybride. Ook zal het duidelijk zijn dat allerlei andere factoren een rol spelen bij dit onderwerp van ‘boeddhistisch geweld’. De snelle economische, sociale en politieke veranderingen in landen als Sri Lanka en Myanmar veroorzaken onrust en onzekerheid is daar een van. Waar overigens Niet? In tijden van onzekerheid en onrust lopen de onderlinge verhoudingen soms hoog op. ‘Onbekend maakt onbemind’, geldt dan eens te meer en niet alleen in Zuidoost-Azië.
- Een groot deel van het vraaggesprek met Jerryson gaat over institutioneel geweld, om precies te zijn: sekse discriminatie. Ook racisme is een vorm van institutioneel geweld. Het artikel van hierboven is echter algemeen.
G.J. Smeets zegt
Je hebt geweld van boeddhistische mensen tegen andersdenkenden en ook geweld van boeddhistische mensen jegens gelijkdenkenden.
Wat Matthieu Ricard en Sri Dhammananda ook zeggen mogen, boeddhisme is een instituut met macht-uitoefening en dus inherent geweldgevoelig. Als ik me historisch niet vergis gooide ook Gautama Shakyamuni het op een akkoordje met zijn politieke beschermer en geldschieter. Vrouwen waren de klos en konden niet toetreden tot de ‘sangha’. En ook zieken werd toegang onmogelijk gemaakt. Over macht en geweldgevoeligheid gesproken.
bolletje zegt
Zegt het boeddhisme niet gewoon: Geweld = leed. Als jij gewelddadig bent, dan doe jij een ander én (dat is ook niet onbelangrijk, wat mij betreft) jezélf pijn. Ik kan mij herinneren, dat ik een keer in een ruzie, een persoon enorm minachtend te woord stond. Ik zag de kwetsing in het gezicht van die persoon. Daar schrok ik achteraf van. Dat was nou ook weer niet de bedoeling. Mensen die andere dood geschoten hebben ( criminelen ) hoor je weleens spreken over nachtmerries en schuldgevoel. Nachtmerries = leed. En leed = wat je niet wilt…(in theorie)
Dus, het is niet gek dat boeddhisten óók gewelddadig zullen zijn (het zijn immers maar mensen en mensen zijn compleet imperfecte, grillige en verwarde wezens), maar het is niet de bedoeling van de religie. Het is niet zo dat de Boeddha zegt: ga moslims doodschieten. Die bestonden niet eens. Mensen zeggen mij, om mijn boeddhisme te ontkrachten: ja, maar Myanmar. Maar, wat heb ik daarmee te maken ? Je kan overal alles uit halen. Ik ga toch ook niet een katholiek bekritiseren, omdat priesters misbruik pleegden? Spreek iemand aan, op de daden van die persoon. Niet op de daden van andere.
kees moerbeek zegt
‘Ik ga toch ook niet een katholiek bekritiseren, omdat priesters misbruik pleegden? Spreek iemand aan, op de daden van die persoon. Niet op de daden van andere.’
Iemand is inderdaad niet verantwoordelijk voor wat een ander doet. Het voelt soms/vaak echter anders en dit heeft met onze menselijke aard te maken.
Maar dit is het punt niet, Bolletje. Wat dacht je van een gesprek uit belangstelling, medegevoel in plaats van ‘bekritiseren’? Niet makkelijk.
We zouden geen mensen meer zijn als we niet zouden Lijden aan het lijden dat een ander veroorzaakt, en de veroorzaker van het lijden en het slachtoffer. Om vervolgens proberen te reddernn. Dit heet BOEDDHANATUUR.
Alle Lijden opheffen in deze wereld is niet te doen. Zwijgen als Lijden plaatsvindt en dan wegkijken als boeddhist lijkt me ook niet juist. Hoewel het soms onvermijdelijk is.
bolletje zegt
Ik snap je punt.
Ik ben zegmaar geen pacifist hè. Ik bedoel, ik kan mijzelf verdedigen.Ik geloof niet in het christelijke gezegde van: een ander de wang toe keren. Dan doe jij jezelf teniet. Dan doe jij jezelf kwaad. Dat is niet ‘heilig’, maar gewoon absurd. Als ik jou aanval, dan zal jij je tegen mijn aanval verdedigen. Lijfbehoud, met of geen ‘boeddha natuur’, of wat dan ook.
Máár, wel is het zo dat mensen in deze maatschappij veel te makkelijk omgaan met geweld en woede. Mensen schelden erop los, op sociale media bijvoorbeeld. Totaal zinloze agressie. Er is een verschil tussen assertiviteit en agressiviteit. Er is een thin line, tussen de twee gebieden. Misschien is dit niet boeddhistisch gedacht van mij, maar dat kan mij niet schelen.
kees moerbeek zegt
Keer een christen (of wie dan ook) nooit je wang toe, laat staan je andere wang. Wees in plaats daarvan een bodhisattva, geen slachtoffer en ren hard weg: een vaardig middel en gezond verstand!
Of mensen in deze maatschappij veel te gemakkelijk omgaan met geweld en woede, weet ik niet. Vrolijk word ook ik er niet van.
Wel lijkt er een groot gevoel van onbehagen te bestaan. Mensen voelen zich (terecht of niet) onbeduidend en een speelbal van veranderingen waarop zij geen invloed hebben.
Er is geen ’thin line’. https://www.youtube.com/watch?v=bcas0pl6-tM
Namo Guanshiyin pusa!
pascal versavel zegt
Het moderne Westerse boeddhisme is inderdaad een hybride maar dat geldt evenzeer voor het Japanse, Birmese en Sri-Lankaanse boeddhisme. In de Pali-canon (en veel dichter kunnen we niet bij de Boeddha komen)heb ik (voorlopig)geen teksten gelezen die geweld propageren. Dus volg ik in deze Ricard.
kees moerbeek zegt
Waarom ‘dus’ Ricard? De Boeddha was geen Westerling, zelfs geen boeddhist en leefde 2.500 jaar geleden :-)
bolletje zegt
Aangezien ik een westerse achtergrond heb. Denk ik dat ik zo diep ingebed ben in de westerse filosofie en cultuur, dat ik mij afvraag of ik boeddhisme ooit écht zal begrijpen. Ik blijf het door een westerse bril zien. Het zal zich altijd vermengen met mijn achtergrond. Een achtergrond van katholicisme,liberalisme, existentialisme, socialisme en al die zaken bij elkaar.Door elkaar gehusseld. Die Europese erfenis.
Vanuit mijn Europese wortels, denk ik individualistisch gericht. Ik heb vernomen, dat er ook een boeddhistische school is, die dit aanhangt. Het kleine voertuig, toch? Waarom dat voertuig dan ‘klein’ is, snap ik niet. Is collectivisme grootser? Wat mij betreft, vanuit mijn westerse roots gezien, is collectivisme niet méér dan individualisme.
Anyway, vanuit individualisme, is geweld niet voordelig. Waarom schiet je die persoon niet dood waar je ruzie mee hebt? Omdat ik daar last van zou krijgen. Het klinkt hard, maar is een legitieme reden,wat mij betreft. En het tempert geweld, wel degelijk. Je moet het niet heiliger maken dan het is. Back to the basics, vind ik dan. Waarom doe je geen kwaad? Niet omdat ik zo van die ander hou, maar omdat ik van mijn eigen gemoedsrust hou.
De Dalai Lama zou het niet zo met mij eens zijn.