Voor veel mensen is een nieuw jaar een tijd voor verandering en een nieuw begin. Voor anderen blijven de meeste dingen hetzelfde. Helaas begon 2020 voor de Tibetaan Tashi Wangchuk in de Chinese gevangenis. Hij zit sinds januari 2016 in detentie en stond pas terecht in mei 2018, toen een rechtbank hem schuldig bevond aan “het aanzetten tot separatisme”. Tijdens zijn detentie werd hij gemarteld, bedreigd en afgesneden van zijn familie, een standaardbehandeling voor degenen die beschuldigd worden van misdaden in verband met de staatsveiligheid.
Tashi Wangchuk’s arrestatie, detentie en veroordeling waren gebaseerd op cynische en foutieve redeneringen. Zijn inspanningen om ervoor te zorgen dat Tibetaanse kinderen hun moedertaal op school konden leren, waren vreedzaam. Voor Tashi Wangchuk was duidelijk dat zijn werk om de Tibetaanse taal te bevorderen noch politiek gemotiveerd was, noch illegaal onder de Chinese wet. Hij legde dit uit in een documentaire van de New York Times in november 2015, kort voor zijn arrestatie.
Sinds zijn arrestatie voert Free Tibet campagne voor de vrijlating van Tashi Wangchuk. De organisatie heeft enorme internationale druk op China uitgeoefend via regeringen, de Verenigde Naties en duizenden brieven aan Chinese ambassades en regeringsfunctionarissen. Deze druk heeft er mogelijk toe bijgedragen dat hij tot vijf jaar gevangenisstraf is veroordeeld, in plaats van tot levenslang.
Toch is vijf jaar volgens Free Tibet nog steeds een onrechtvaardigheid. Tashi Wangchuk heeft geen ander misdrijf begaan dan het “misdrijf” om te proberen zijn Tibetaanse identiteit te behouden terwijl hij onder een onmenselijke bezetting leeft die weigert verschillen van identiteit of mening te tolereren. Free Tibet blijft zich inzetten voor zijn vrijlating.