De oproep van de beroemde Birmese boeddhistische monnik Ashin Issariya (in de volksmond Min do Nya, koning nul) aan andere monniken in Birma om publiekelijk afstand te nemen van de haatdragende preken van Ashin Wirathu, Birma’s prominentste boeddhistisch nationalist, geeft mensenrechtenorganisaties hoop op het bevorderen van tolerantie in een sterk verdeeld Birma. Boeddhistische nationalisten zien Rohingya moslims in Birma als een bedreiging voor de boeddhistische meerderheid in dat land.
Radicale monniken steunen het leger in het hardhandig optreden van de Rohingya in Rakhinestaat in Birma. Meer dan 600.000 moslims weken de laatste maanden uit naar het naburige Bangladesh om uit handen van het leger en boeddhistische bendes te blijven. Wirathu heeft vorig jaar maart een spreekverbod van een jaar opgelegd gekregen, maar lapt dat volgens progressieve monniken aan zijn laars.
Min do Nya was een leidende figuur in de zogenaamde saffraanrevolutie in 2007, toen monniken een opstand leidden tegen de militaire junta. De monnik moest vluchten en leefde jarenlang in ballingschap in Thailand. ‘Monniken moeten het goede voorbeeld geven. De mensen zullen het respect voor een boeddhistische sangha verliezen als monniken mensen wreed behandelen, dat is het tegenovergestelde van wat de Boeddha verkondigde,’ zei Min do Nya op een persconferentie eind februari. Hij zei anderen te willen aanmoedigen de waarheid te blijven spreken. Een vertegenwoordiger van Wirathu zei dat het niet aan Min do Nya is om Wirathu de boeddhistische maat te nemen.
Ujukarin zegt
“dat het niet aan Min do Nya is om Wirathu de boeddhistische maat te nemen”
Krijg NOU wat!
Dat is juist wel aan sanghaleden, en speciaal monnikken, om elkaars ethiek te toetsen. Zeker als Wirantu’s ethiek het (laten) vermoorden van moslims toestaat.
Hopen dat er meer mensen in Myanmar opstaan…
With folded palms,
G.J. Smeets zegt
Alles goed en wel maar om haatzaaien en aanjagen van genocide te veroordelen is een beroep op religie, welke dan ook, helemaal niet nodig. Ook Myanmar is lid van de V.N. en er gelden de rechten van de mens etc.. Min do Nya heeft met zijn kritiek op Wirathu het boeddhisme helemaal niet nodig. Zijn argument dat het respect voor het boeddhisme in het geding is lijkt me dan ook alleen relevant voor de interne boeddhistische richtingen strijd.
Ujukarin zegt
Op zichzelf mee eens.
Maar in Sri Lanka, waar vergelijkbare Boeddhanazis aktief zijn en juist afgelopen dagen weer zeker 5 doden en miljoenen aan schade veroorzaakt hebben, is mijn ervaring dat je beroepen op VN en mensenrechten weinig helpt. Velen daar vinden dat ‘Imperialistisch opgelegde waarden’ die niet allemaal in de lokale EIGEN identiteit zouden passen.
Vandaar dat het dan erg helpt als een Min do Nya zegt dat die eigen identiteit, indien ie terecht wil claimen van Boeddhisme afgeleid te zijn, juist geen haat en wel mensenrechten moet omvatten…
With folded palms,