Na de verkiezingen van 2021 deed de regering, mede dankzij een succesvolle campagne van voedselwaakhond Foodwatch, verschillende toezeggingen ter verbetering van de voedselomgeving. Helaas is er van deze beloftes in de praktijk weinig terecht gekomen. Duidelijk is dat alle facetten van het huidige voedselbeleid hard aan verbetering toe zijn. Een integrale aanpak om het recht op eerlijk, veilig en gezond voedsel te garanderen is hierbij noodzakelijk.
Foodwatch ziet nieuwe kansen voor het kabinet om zich na de verkiezingen van 22 november wel te committeren aan beter voedselbeleid. Daarom start Foodwatch op 6 oktober de campagne ‘Haal die bende van ons bord’. Foodwatch heeft een vijfpuntenplan opgesteld en roept de regering op dit plan mee te nemen in het nieuwe regeerakkoord. Supporters kunnen hun steun hiervoor uitspreken door de petitie te tekenen.
Foodwatch directeur Nicole van Gemert over de urgentie van dit plan: ‘Dit vijfpuntenplan richt zich op vijf verschillende aspecten van het voedselbeleid. De vijf punten hebben één grote gemene deler: het recht van ons allemaal op eerlijk, veilig en gezond voedsel. Nog te vaak stelt de overheid economische belangen van de voedselindustrie voor die van de burger en verzaakt daarmee haar verantwoordelijkheid om haar burgers te beschermen tegen de uitwassen van de industrie.’
Vijfpuntenplan
De eerste eis van het vijfpuntenplan luidt: bescherm consumenten tegen de macht van de voedselindustrie. Zo wist de voedselindustrie aan de overlegtafels voor het Preventieakkoord van 2018 maatregelen al zodanig af te zwakken, dat men vertrouwen verloor in de effectiviteit nog voor de inkt was opgedroogd. ‘Een herhaling van zetten moet te allen tijde voorkomen worden’, aldus Van Gemert, ‘invloed van de voedselindustrie in politiek en wetenschap dient tot het minimum beperkt te blijven.’
Daarom is het ook noodzakelijk dat de regering zich niet verlaat op zelfregulering van de industrie, maar het recht op een gezonde voedselomgeving wettelijk verankert en afdwingt. Nog circa 80% van het aanbod in supermarkten bestaat uit ongezond en ultrabewerkt voedsel, evenals het gros van de aanbiedingen. De overheid heeft de plicht de volksgezondheid te bevorderen. Dit kan zij niet aan de industrie overlaten of op het bordje van de individuele consument leggen, zoals nu nog te veel gebeurt.
Ook is meer daadkracht geboden bij de bestrijding van voedselmisleiding. Foodwatch campagneleider Frank Lindner somt op: ‘Een zogenaamd ‘gezond product’ vol suiker; een ingrediënt op het label dat in het echte product nauwelijks is terug te vinden; een afbeelding op het etiket die niet overeenkomt met de werkelijkheid, het is niet bij wet verboden en wordt niet bestraft.’
Voedselmisleiding kost een huishouden gemiddeld 2000 euro per jaar. Foodwatch eist daarom dat misleiding vaker, strenger en proactief wordt aangepakt. Alle vormen van misleiding moeten verboden worden en de strafmaat moet omhoog.
Verder eist Foodwatch dat voor 2035 de landbouw vrij is van landbouwgif. Bestrijdingsmiddelen zijn een serieuze bedreiging voor de volksgezondheid en biodiversiteit. Op één stuk fruit zitten soms wel tientallen verschillende gifstoffen. Dit is niet zonder gevolgen. Zo is in onderzoeken een verband aangetoond tussen chronische blootstelling aan glyfosaat en de ziekte van Parkinson. Hoewel de Nederlandse regering zich ten doel heeft gesteld pesticide in de landbouw terug te dringen, ontbreekt een concreet plan tot actie en komt er van die intentie dus maar weinig terecht. En dat terwijl een gifvrije landbouw met een serieuze aanpak wel mogelijk is.
Tenslotte moet de overheid werk maken van toegang tot gezond, veilig en duurzaam voedsel. De inflatie daalt, maar voedsel in de supermarkten is nog steeds circa 10% duurder dan vorig jaar. Bijna 1 miljoen mensen heeft moeite de eindjes aan elkaar te knopen in Nederland. Door de hoge prijzen komt de toegang tot voedsel voor een grote groep mensen in gevaar. Foodwatch eist garantie op het recht op kwalitatief goed voedsel en transparantie in de totstandkoming van prijzen.
‘Met halve maatregelen komen we er niet,’ zegt Van Gemert, ‘tijd voor de nieuwe de regering om echt stappen te zetten naar goed voedselbeleid én die zo snel mogelijk ten uitvoer te brengen. Alleen zo heb ik er vertrouwen in dat we kunnen genieten van ons recht op eerlijk, veilig en gezond voedsel’.