De Europese Unie, de VS en hun bondgenoten hebben vrijdag een gezamenlijke verklaring uitgegeven over het toenemende geweld in Birma (Myanmar). Het mensenrechtenbureau van de VN zei dat het ‘beangstigende en verontrustende berichten’ heeft ontvangen uit het noorden van de staat Rakhine in Birma over de gevolgen van de gevechten tussen het leger van het land en het Arakanleger, een gewapende etnische groepering, voor Rohingya-burgers.
Naar schatting 45.000 Rohingya zijn onlangs gevlucht voor de gevechten in de steden Buthidaung en Maungdaw en hebben hun toevlucht gezocht aan de Naf rivier bij Bangladesh, waar al meer dan 1 miljoen Rohingya hun toevlucht hebben gezocht. Tijdens het geweld in de twee steden heeft het mensenrechtenbureau van de VN hernieuwde aanvallen op Rohingya burgers door het leger en het Arakan Leger gedocumenteerd.
Volgens de gezamenlijke verklaring van de naties omvatten de mishandelingen van de burgerbevolking luchtaanvallen op huizen, scholen, gebedshuizen en ziekenhuizen, evenals martelingen, het gebruik van burgers als menselijk schild en seksueel en op geslacht gebaseerd geweld tegen vrouwen en kinderen.
De Rohingya zijn een etnische moslimminderheid die al generaties lang in het overwegend boeddhistische Birma wonen. Hen is niet alleen het staatsburgerschap ontzegd, maar ook basisrechten en bescherming.