“Een ware vrouw/man, zonder rang, stand naam, leeftijd, gaat vrijuit in en uit door de poorten van de zintuigen”. Dat is een koan waar ik, in het zencentrum de Noorder Poort (waar ik train) vaak mee gezeten heb. Een fantastisch mooie koan vind ik. Want het zegt iets over waar we onze identiteit aan koppelen. Het zegt iets over dat idee van: Ik ben…
Zen
Taigu – Westers boeddhisme is toekomstloos anti-westers
Westers boeddhisme is pas boeddhisme als het in verbinding met de eigen tijd in rook is opgegaan, getransformeerd in iets anders.
Zen en de kunst van het Solex onderhoud
In het grijze verleden heb ik ooit een boek van ene meneer Pirsig gelezen, “Zen en de kunst van het motoronderhoud”. Daarin staat dat je met aandacht en concentratie aan je motor moet sleutelen en dat je goed naar haar gekuch en geronk moet luisteren. Dit neem ik ter harte en met aandacht en concentratie is de schuur tot een heus bromfiets herstellingsoord getransformeerd
Dokter Zen – een toekomstsprookje?
Wat een aparte neuroloog heb ik toch! Helemaal wetenschappelijk geschoold, werkzaam in een academisch ziekenhuis, en toch in staat om te zeggen: “Ach ja, in mijn specialisme zijn we gewend elektrische stroompjes te meten, maar wat is elektriciteit anders dan energie? Als neurologen weten we dat heel het lichaam doortrokken is van energie en dat we daar via de zenuwen maar een deel van kunnen objectiveren.”
Zenmeditatiegroep Zazenkai Rotterdam stopt na 21 jaar
De zenmeditatiegroep van Rotterdam zal met ingang van 2025 na 21 jaar ophouden te bestaan. Op 14 december 2024 wordt ter afsluiting een zazenkai georganiseerd.
Wijsheid in moeilijke tijden
Winst en verlies, lof of blaam, genot en pijn, roem of afgang, denk je werkelijk dat dit aan je voorbij gaat? De woorden, die worden toegeschreven aan de Boeddha, raken vast een snaar. In je leven kan er ineens iets gebeuren wat je onderuit kan halen. Het leven is zwaar als je een geliefde of dierbare verliest, als je werkloos bent of met pensioen gaat en in een gat valt. Als je belasterd of onterecht beschuldigd wordt, als jij of iemand die je lief is, ernstig ziek is, of als je midden in een scheiding zit of geldproblemen hebt. Dan zit je ineens tussen de brokstukken. En dan zijn er nog situaties in de wereld die een appel op je doen: van oorlogsgeweld tot de teloorgang van de biodiversiteit en klimaatschade door aanhoudende bosbranden, orkanen, overstromingen, de stijgende zeespiegel waardoor mensen ontheemd raken. Hoe gaan we hiermee om?
‘Het nieuwe verhaal van compassie, verantwoordelijkheid en verbondenheid met alle leven’
In mijn werk voor duurzaamheid is de wijsheid van niet-weten een krachtig principe. Er is zoveel onzekerheid, er zijn geen garanties. Ik weet vaak niet of wat ik doe uiteindelijk veel zal veranderen. Maar dat maakt niet uit. Het voelt alsof dit het juiste is om te doen, vanuit mijn hart en overtuiging. Zelfs als het achteraf volstrekt zinloos zou blijken, dan nog zou ik geen moment spijt hebben. De reis zelf is al prachtig. Onderweg ontmoet ik de meest inspirerende mensen die, net als ik, de werkelijkheid van klimaatverandering grondig doorvoelen maar toch moedig in beweging komen. Samen vormen we een beweging, niet omdat we zeker zijn van de uitkomst maar omdat we voelen dat we moeten handelen.
Wanhoop is het ergste dat een mens kan overkomen
Deze week zag ik een filmpje op Facebook van Thich Nath Hanh. Een jongen vroeg aan hem wat het moeilijkste was dat hij ooit geoefend had. En Thich Nath Hanh antwoordde : ‘ Wanhoop’.
Een grote luchtbel vol compassie
“Waar was ik voordat ik geboren werd?, vraagt het kind. Zenpapa glimlacht.”
Over de kern van Zen en onvermogen tot spirituele zelfverheffing.
Dogen, een dwaalweg?
Dogen, een dwaalweg?
Je hebt zo van die gedachten
…
Taigu – Het eerdere en het latere
Hisamatsu was een vriendelijke, maar messcherpe man met een karakteristieke witte baard en een leraarsstok. Behalve filosoof verbonden aan een universiteit was hij een natuurtalent in zen. Na een kloostertraining stond hij op en vestigde zich op eigen gezag als zenleraar. Zijn missie na de Tweede Wereldoorlog was het vermolmde Japanse zen ingrijpend te vernieuwen en het toegankelijker te maken voor leken.
Zuster Maria Adriaens (1939 – 2024) overleden
Na een kort ziekbed is in de vroege ochtend van maandag 30 september Zuster Maria Adriaens op 84-jarige leeftijd overleden in het St Jozefklooster te Schijndel. Zij droeg haar archief met meer dan tienduizend tekeningen in 2016 met instemming van haar congregatie over aan het Nederlands Boeddhistisch Archief (NBA). Deze tekeningen waren het resultaat van een levenlang tekenen in de traditie van het Zen Zien Tekenen (ZZT), een vorm van tekenmeditatie die in de vorige eeuw is ontwikkeld door de Nederlands-Amerikaanse kunstenaar en zenbeoefenaar Frederick Franck.
Scheiding van kerk en staat
Mijn vakantie bracht mij in Turkije en in China, en het bezoek aan paleizen, moskeeën, kerken en tempels zette mij aan het denken over het idee van de scheiding van kerk en staat. Dat is in vele landen een strijdpunt. In het Westen zien we dat als een verworvenheid van de moderniteit. Het hoort bij de waarden van de verlichting. Maar zoals vaak exporteren we, in een neokoloniale reflex, onze eigen opvattingen als vanzelfsprekend naar andere culturen zonder ons af te vragen wat deze thematiek in die cultuur betekent. Ik wil hier niet ingaan op de actuele problematieken maar op enkele grote culturele verschillen.
Boeddhistische bevrijdingsparadigma’s
Naar mijn gevoel gaat boeddhisme te gemakkelijk over ‘mij’ en niet over de ‘ander’. En voor zover het op de ander gericht is, gaat het vaak om een naïef ‘lief zijn voor elkaar’ zonder de slag te maken van woorden naar daden, zonder een ketenverantwoordelijkheid te activeren die verder reikt dan ik-en-mijn-directe-omgeving. In het Mahayana van tegenwoordig komt paradoxaal genoeg gedrag voor dat men historisch gezien aan het Hinayana-kamp toeschreef. Velen schuilen binnen het boeddhisme tegen de boze buitenwereld in plaats van de bevrijding de wereld in te brengen.
Ardan – Subtiele agressie.
Het begint dus met subtiele agressie naar jezelf. En kan uitmonden in een enorme agressie naar anderen. Het klinkt als een enorm cliché. Maar is mijn inziens wel helemaal waar. Hoezeer ben je in staat om écht vriend te zijn met jezelf.
Noorder Poort – 49ste dag herdenkingsceremonie voor Ardan Lucas Timmer
Op donderdag 26 september is er om 15.00 uur een 49ste dag herdenkingsceremonie voor Ardan op de Noorder Poort.
Boeddhistisch universalisme
Chih-i bouwde voor het Chinese boeddhisme het soort Grote Tent. Vanuit Zen zijn Amida en nembutsu in zekere zin bijzaak, maar in een Grote Tent zouden ze er op voet van gelijkwaardigheid bij kunnen horen. Er gaat een wereld voor me open. Er is wellicht nog veel meer dan Amida en nembutsu. Boeddhisme is in de loop van de geschiedenis zo verkokerd en gespecialiseerd geraakt, maar er zijn dus meer historische voorbeelden van een inclusieve beoefening.
De Grote Tent van Tegenspraak
De Grote Tent van Tegenspraak als beeldspraak kan richtinggevend zijn van het soort publieke boeddhistische discours dat je je zou wensen. De Grote Tent zelf als beeldspraak kan richtinggevend zijn voor het type boeddhisme waarvoor je je sterk wilt maken. In mijn voorstelling van de Grote Tent is er ergens ook ruimte om een kaarsje op te steken zonder dat het hele tentdoek in de hens gaat.
Er wijzer van worden
De eerste twee jaar dat ik mijn zentraining (intern) deed op het zencentrum de Noorder Poort in Wapserveen, heb ik geen boeken gelezen. En zeker geen boeken over zen of over boeddhisme. Eigenlijk ben ik daar heel blij om. Daardoor kon ik mijn ervaringen niet ‘invullen’ .
Uitvaren met een schip dat op zee zal vergaan
Het lijden (dukkha) is niet het centrale idee van het boeddhisme. Geluk (sukha) is een even courant woord in de Palicanon. Ook de eerste edele waarheid is niet meer dan een platitude. Het is een simpele vaststelling. Er is nu eenmaal lijden. Overigens, als dat niet jouw ervaring is dan heb je er weinig boodschap aan. Geen probleem, er zijn nog interessante dingen in de wereld. Niemand zegt dat je de Boeddha moet geloven.
Lof der zekerheid
De middenweg is voor iedereen toegankelijk. We moeten niet wachten tot we doodgaan om dood te gaan. Kijk naar onze meditatiepraktijk. We gaan zitten met een milde open aandacht. We sluiten niets uit, we houden niets vast, we weten niet wat er gaat komen. Soms is er rust en vrede, soms vliegt de angst ons aan. Het hoort er allemaal bij. Er is niets om ons aan vast te klampen, geen iets en geen niets. We doen het gewoon, van moment tot moment, van adem tot adem. Sommige boeddhistische tradities definiëren zichzelf als een voorbereiding op de dood. Maar onze praktijk is in de eerste plaats leven, leven de maalstroom, in de middenweg tussen illusie en desillusie.
Imagining the blue light – lessen van Sri Kumaré
En toch, overal ter wereld vind je schrijnen, tempels, kerken, praktijken, priesters, leraars … Telkens herkennen we dat als religie, maar als we religie proberen te definiëren komen we er niet aan uit. Zelfs de grote wereldreligies zijn nooit tot een gemeenschappelijke definitie van religie kunnen komen.
Meditatie is heel eenvoudig
Toegegeven, ik heb veel andere instructies uitgeprobeerd. Ik heb mijn adem gevolgd, mijn adem geteld. Ik heb met mu gezeten, tot ik helemaal mu werd, met talloze andere koans gezeten. Bodyscans gedaan. De activiteit van mijn geest benoemd. Naar de geluiden van de wereld geluisterd, tot het onderscheid tussen de luisteraar en de sirene van de voorbijrijdende ambulance wegviel. Loopmeditatie, in het bos of thuis midden in de nacht met een baby in de armen, na de voeding, tot we samen een boertje deden waarna ik hem veilig weer in de wieg kon leggen. Ik heb gezeten, gezongen, gedanst en gesprongen. Toch kom ik steeds weer bij deze oorspronkelijke instructie uit.
Als een bende idioten
Het meest extreme voorbeeld van Amy Chua’s drieslag vind ik in de autobiografie van Rudolf Höss, de kampcommandant van Auschwitz. Ik ben het boek ooit in Auschwitz beginnen lezen om te begrijpen hoe iemand zo kan ontmenselijken dat hij tot zoiets in staat is. Het is bloedstollend. Aan het begin beschrijft hij dat hij, als SS-officier vol hooggespannen idealen, het gevoel had door zijn meerderen maar als tweederangs bekeken te worden en hoe zijn aanstelling in Auschwitz de kans was om zich te bewijzen. Wat je naar de keel grijpt is het bevlogen idealisme waarmee hij schrijft. Als het boek ging over het oprichten van een hospitaal ergens in het oerwoud, zouden we het vol bewondering lezen.