De martelgang van de zendingsdrang.
mahayana
Boeddhisme in Tibet – een lange geschiedenis
Vanaf het begin van zijn onderricht heeft de Boeddha grote nadruk gelegd op het feit dat je hem niet moest geloven, dat zijn leer geen dogma of religie was, en dat je het leven in al zijn facetten zelf moest onderzoeken. Alleen als je je eigen psyche onderzoekt, wordt dat wat je ontdekt je eigen inzicht. Daarom was een van zijn uitspraken ‘Wees je eigen eiland’, dat wil zeggen, vertrouw op jezelf en niet op de leer of op de leraar.
Het mahayanaboeddhisme en het eten van vlees
‘Alle levende wezens zijn mijn kinderen’ (Shakyamuni Boeddha)
Dalai Lama – ‘Boeddhadharma kan binnen twee generaties verdwijnen als alleen geloof de basis is’
De Pali-traditie is volgens de Dalai Lama de basis van de boeddhadharma, en de Sanskriet-traditie legt veel nadruk op het gebruik van een logische benadering. Daarom gelooft hij dat deze twee tradities nu moeten worden gecombineerd.
Taigu – geloven in boeddhisme
Het is goed dat er wordt gezaagd aan de pijlers van ons hedendaagse boeddhisme. Het is een uitdrukking van de impermanentie en opent een venster op de mogelijkheid van een boeddhistische paradigmavernieuwing die de dharma toegankelijk maakt voor meer mensen.
Edel Maex – waarom gaan we staan, liggen of lopen? Wat is ons doel?
Als we gaan zitten (liggen, staan, lopen) om te mediteren, wat is dan onze praktijk? Waarvoor doen we het? Wat is ons doel? Of is het zonder doel? Maar als het geen doel heeft, waarom zouden we het dan doen? En hoe verhoudt onze praktijk zich tot ons dagelijks leven? Of staat het daar zoveel mogelijk los van. Wat is onze praktijk? (1).
Wie mag er mee op het Grote Voertuig? deel 3
Na het optreden van de historische Boeddha brak het tijdperk van de nikaya’s aan. Het tijdperk van de verschillende boeddhistische scholen met de illustere namen Sarvastivada, Mahsamghika, Theravada, Sthaviravada, Dharmaguptakas, Pudgalavadas, om de belangrijkste te noemen. Gaandeweg bestempeld als hinayana-scholen waartegen de nieuwe stroming van het mahayana zich zou afzetten.
Michael Hoek – Het mahayana-boeddhisme en het eten van vlees
‘Alle levende wezens zijn mijn kinderen’ (Shakyamuni Boeddha)
Wie weet waar ‘Moge iedereen gelukkig zijn…’ vandaan komt?
Lezersoproep
Gegaan, gegaan, naar de overkant gegaan
Avalokiteshvara Bodhisattva zag tijdens het praktiseren van de Prajna Paramita de vijf skandhas leeg transcenderen van al het lijden en moeilijkheden.
De parami’s in de Theravada
Is de Vipassanameditatie de essentie van het spirituele pad dat door de Boeddha gewezen is of is ze de bekroning daarvan?
Lang leve Mahayana
Voor de zenbeoefening is het van belang altijd de dynamiek van loslaten en stilzetten van overerfde beelden en metaforen geactiveerd te houden. Mahayana, waarvan zen een vertakking is, kent een potpourri aan zulke voorstellingen die, welbeschouwd, niet altijd goed verenigbaar of te rechtvaardigen zijn.
De drie mythen: de boeddhistische toren van Babel
Als je twijfels hebt over de beoefening van een mede-boeddhist is het de kunst om deze Babylonische spraakverwarring te vermijden, en terug te gaan naar jullie gemeenschappelijke kern aan dharmaprincipes.
‘De boeddhistische leraar en het geopende raam’
Er zijn maar weinig goede boeddhistische leraren, zei een boeddhistische vriend laatst tegen mij.
Voor anderen Boeddha worden, Bodhicitta, Verlichtingsgeest ofwel de Bodhisattva motivatie
Een van de bekendste en belangrijkste aspecten van het Mahayana (vooral bekend van Zen en Tibetaans Boeddhisme) is de Bodhisattva en diens verlichte motivatie om alle wezens te helpen.
Leve de leegte? Of juist niet?
De Boeddha zei: “Onze ervaring is niet zelf.” Maar naarmate je meer de leegte van alle verschijnselen gaat benadrukken, effen je ook de weg om de reikwijdte van het zelf steeds verder op te rekken. “De ander is even leeg als ik, dus ik ben daarin verbonden met de ander, wat zeg ik, met al het andere!”
Waarom gaan we staan, liggen of lopen? Wat is ons doel?
Als we gaan zitten (liggen, staan, lopen) om te mediteren, wat is dan onze praktijk? Waarvoor doen we het? Wat is ons doel? Of is het zonder doel? Maar als het geen doel heeft, waarom zouden we het dan doen? En hoe verhoudt onze praktijk zich tot ons dagelijks leven? Of staat het daar zoveel mogelijk los van. Wat is onze praktijk? (1).