Een hele bubs dwarrellogica, dwarrelend alle kanten op: maar het komt toch altijd weer op hetzelfde neer. Het komt neer op wat men steeds meer als postmodernisme heeft leren labelen, wat de overheid aanvankelijk als veel vrijheid heeft trachten te presenteren.
Jawel vrijheid, aanzien en een mooi inkomen, dat was het wel voor de nieuwbakken laag van managers die in de jaren zeventig en tachtig de collectieve sector binnentrok en tal van organisaties overmande met als hulp de digitalisering. Deze laag kreeg onvermoede financiële opbrengsten te verdelen. ‘Maar ja, als je goed werkt!?’
Ik schrijf zelden blogs over iets dat heel kortgeleden speelde, dat doen de twitteraars al meer dan genoeg. Maar dit keer kan ik het toch niet laten. Kijkend naar het tv-programma ‘Nieuwsuur’ kwamen in ruim een half uur de grote zorgen van drie belangrijke vormen van jeugdzorg, dienstverlening en koemest de huiskamer in. De toon hierover was heel kritisch. Er is zoveel aan de hand, ja het is werkelijk crisis op vele – vaak samenhangende – fronten.
Aan de orde kwamen het volgende:
1 – De zorg, met name de intensieve jeugdzorg. Zo’n 32.000 jongeren zijn acuut in zwaar weer door onvoldoende beschikbaarheid van hulp. Een drama, maar komen de oorzaken echt boven tafel? En wat hebben de talloze bezuinigingen en ‘transities’ de jeugdzorg gedaan? Of eenvoudig, een voorbeeld, zijn soms niet heel goede opleidingen die toegespitst waren te leren werken in de jeugdzorg wegbezuinigd? Zijn die niet soms verdwenen in het moeras van vage algemeenheid in het hbo? Geen specialismen meer, alles moest maar ‘generiek’. Maar kun je daar echt beter mee helpen? Wég ebde veel kennis en ervaring.
2 – De afhandeling van de bagage op Schiphol wordt gedaan in een zuivere vorm van slavenwerk. De arbeidsinspectie wist dat maar stuurde wat huiswerkopdrachten en streefcijfers naar de werkgevers. Daarmee mochten deze ongestraft hun gang gaan. En ongestraft bleef het helemaal. Geen Arbeidsinspectie te bekennen. Terwijl de Arbeidsinspectie zelf de normen stelt en moet gaan kijken, toetsen. En bij een zogenaamd gebrek – een smoes !- aan ‘signalen’ hadden ze zo bij de vakbonden terecht gekund voor een stapel klachten.
3 – De mest, de stikstof en de koe die het allemaal ook niet kan helpen. Voorbarig en tevergeefs lijken banken en boeren geleund te hebben op slecht getoetste ideeën van technologische suggesties. Enzovoort.
Gaat het mij nu om de herhaling van de tv, om te zeggen hoe erg het allemaal is? Zeker niet alleen. Globaal klopt het allemaal en wordt de ernst genoemd, en dan nog eens genoemd. Zucht. Moeilijk kijken en wat dan?
Wat in de analyse zo vaak op tv ontbreekt is de analyse van de hele kwestie. Terwijl de conclusie niet zo moeilijk is over wat deze drie voorbeelden gemeenschappelijk hebben. Veel verschillende sectoren werden zo’n twintig jaar geleden opgezadeld met een model van dereguleren met daaraan toegevoegd een zelfevaluatie. En als derde pijler kwam er dan nog bij de ‘Eigen verantwoordelijkheid’.
Een model met drie pijlers voor de collectieve sector kun je zeggen, met: dereguleren, zelfevaluatie en eigen verantwoordelijkheid.
Dit op zich globale model nu werkte zeer ingrijpend: de deregulering leidde massaal tot herstructureringen en bezuinigingen. En zelfevaluaties tot rapporten waar keer op keer de scherpe kritische kanten van werden afgesneden. En als derde leidde de eigen verantwoordelijkheid tot hopgedrag van managers. Die liepen vaak van goed betaalde posten weg als het lastig en inhoudelijk werd.
Zo heerste er, als summum van ondernemend liberalisme, een model dat uit diverse trits op te delen is. Het leidde in tal van sectoren tot evaluaties die weer nieuwe ingrepen opriepen, waar men onthand naar stond te kijken, die vervolgens weer in faillissementen en bezuinigingen resulteerden. Dat werd vaak – niet alleen bij de jeugdzorg – een fout systeem dat niet meer inhoudelijke productief denkt, maar bureaucratisch met vastlopen als resultaat. Vervolgens worden gaten gedicht, met nieuwe fouten toegedekt. Net als bij de bagage afhandelaars.
Het globale model werd heel vaak ook elders toegepast. In de hele jeugdzorg, niet alleen de intensive zorg, ook de gezondheidszorg, de advocatuur, het hele onderwijs, dus alle sectoren van primair onderwijs tot en met universiteiten, en in bedrijven die normen van vervuiling soms schaamteloos overtraden, enzovoorts. In het onderwijs en elders werd het model afgesloten met de lumpsum financiering die eiste binnen het vooraf bedachte budget te blijven, ook als dat kwalitatief gezien onmogelijk bleek.
De toepassing en analyse van het model geeft heel wat leerzame voorbeelden. Daar liggen voor tv en andere media kansen volop de werking van de bewust gekozen postmoderne aanpak in veel sectoren beter te begrijpen. De fouten liggen niet alleen bij de uitvoerende werkers maar structureel vooral ook in de uitgangspunten van het hele systeem. Niet alleen het geld, maar vooral de wijze van inzet.
Men denke bijvoorbeeld aan al het administratieve werk dat werkers in onderwijs en (jeugd)zorg moeten doen. Leerzaam, je stuit op allerlei vormen van verspilling. Ook leerzaam waar men bureaucratische overvloed de deur uit heeft weten te werken. Niet alles is op voorhand slecht natuurlijk.
De drie genoemde schrijnende voorbeelden moeten in hun maatschappelijk betekenis en samenhang veel verder geduid. Het gaat om een model, een aanpak die bewust werd toegepast en veel te laat de grote risico’s bloot legde. Immers, men hoeft als goed liberaal niets te doen, er kwamen toch evaluaties en verbeteringen? Maar intussen werd enorm op de kwaliteit van het werk van velen ingeteerd en werden de kwalitatief sterkste werkers vaak voor totaal ander werk ingezet.
De hele samenleving worstelt nu met crises, zowel in de economie als in collectieve sectoren. Duidelijk moet zijn dat algemeen meer gecentraliseerde deskundige inzet en controle van medewerkers wenselijk zijn. En ook een controlerende rol voor vakverenigingen om aan verbeteringen werken, samen met de ontwikkeling van de lokale en bedrijfsgebonden democratie. Omdat een systeem dat zich alleen richt op eindresultaten onvoldoende controles inbouwt en op den duur altijd problemen oproept. Eenheid van thema’s, en sociale samenwerking binnen het vak of de productie-eenheid. Macht en invloed delen, ook op de werkvloer en gerelateerd aan het goede contact met cliënten c.q. klanten. Een slecht gevolg daarentegen heeft in de regel meestal ook negatieve oorzaken in het stelsel zelf.
Natuurlijk is dit verhaal nooit helemaal af. Maar als op tv drie afzonderlijke ernstige thema’s aan bot komen, en je dat waarheidsgetrouw wil doen, moet je door durven graven naar de diepere achtergronden, overeenkomsten en grotere samenhangen. En dan stappen durven voorstellen, ook tegen kapitaalsbelangen in als dat nodig en productief is.
Een goede echt kritische documentaire wil meer samenhang zien, ook met de korte- en lange termijn belangen van de bevolking, de verschillende generaties. Kijken vanuit de generatie jeugd kan dan de acute jeugdzorg expliciet in beeld komen en dat structureel blijven ook. Met voldoende mensen en middelen.
De postmoderne, vaak overheersende logica ontmaskeren? De verdere reflectie en duiding op de eigen reflectie hoort er wel bij en het gaat niet om een spelletje. De houding van zaken die wel samenhangen sterk uit elkaar trekken ondermijnt een verdere kritisch samenhangende kijk op de zaak. Terwijl zo’n visie noodzakelijk is voor alle jeugdzorg, bagageafhandelaars, koeien in de wei en het werkelijke verdere leven.
Halve aandacht is slechte aandacht.
Erik Hoogcarspel zegt
Mooi stuk. Ik mag je er alleen aan herinneren dat het postmodernisme uit Frankrijk afkomstig is. De huidige managers cultuur is echter ontstaan in de VS in de jaren 50 in zeer conservatieve , zelfs christelijke kringen van Ayn Randdebielen..
Tantra Hardrock zegt
Ayan Randdebielen haha
(vind het boeddhistisch dagblad, dit niet harde woorden?)
Al mijn woorden zijn hard.
Nee, maar even serieus. Meneer heeft gelijk, post modernisme is een Frans filosofisch fenomeen. Neoliberalisme is een soort Amerikaans populisme/radicalisme