De dharma bekeken door de ogen van een leek.
anatta
Edel – Het wegvallen van het zelf
Er rest mij niets anders dan mijn eigen integriteit. Misschien is er iets wat zij hebben wat ik nog niet heb, maar als ik naar hen kijk stel ik mij de vraag: ‘Wil ik zo worden, wil ik zelf op deze manier met mensen omgaan?’ En dan roept alles in mij: ‘Zo wil ik nooit zijn. Als dat verlichting is, laat mij dan voor altijd een onverlichte dwaas blijven.’
De oplossing van het aloude en tragische misverstand over Boeddha’s Anatta-leer
In Boeddha’s eigen – beroemde – woorden, zouden we bij alles wat we ervaren moeten bedenken: ‘N’etam mama, n’eso’ham asmi, na me so atta’ – ‘Dit is niet van mij, dit ben ik niet, dit is niet mijn zelf.’ Hiermee wilde hij eens en voor goed duidelijk maken, dat verschijnselen in het relatieve bestaan – inclusief onze gedachten, gevoelens en ziele roerselen – vergankelijk zijn en dus geen vaste, blijvende kern hebben en dat we ons dus er beter niet aan kunnen hechten.
Guy – Over wedergeboorte…
Reïncarnatie vindt géén énkele grond in de buddhasasana. In de Dhamma is geen plaats voor een ‘zelf’, een ‘ik’, een ‘ziel’ (P. atta) dat de dood overleeft. Alle fenomenen, dingen, verschijnselen zijn immers ‘zelfloos’ (P. anatta), d.i. ze bezitten geen enkele stabiliteit, geen ‘zelf’, geen ‘ik’, geen ‘ziel’.
Aandacht voor de (eigen) dood
Je beseft dat je de dingen niet tot morgen of volgende week of volgend jaar kunt uitstellen, want morgen kan voor jou misschien nooit komen.
Frans Langenkamp – De oplossing van het misverstand over het ego
Het ego is net als de geest, de ziel en ons lichaam een geïntegreerd onderdeel van het geheel – van onze hele individualiteit. Je kunt zelfs stellen dat het ik-besef het centrum is van onze ziel.
Paul Boersma – Het portret als valkuil
Het Boeddhabeeld is een symbolische weergave van de vergoddelijkte mens, van de verlichte mens, van de mens waarin wijsheid en mededogen tot volle ontplooiing zijn gekomen. Het is een toonbeeld van harmonie.
Aandacht voor de (eigen) dood
Je beseft dat je de dingen niet tot morgen of volgende week of volgend jaar kunt uitstellen, want morgen kan voor jou misschien nooit komen.
82 – Onder de mantel der liefde
Twee exhibitionisten.
63 – Een nachtvlinder is geen licht
Toen ik bij zinnen kwam, was Hij verbrandt in mij.