Tussen slagen en falen vind je de poort zonder woord.
Jaren eerder
Leerling: Waar is al dat zitten goed voor?
Meester: Om je te laten nadenken over de vraag waar al dat zitten goed voor is.
Leerling: Nou, dat is dan mooi gelukt.
Jaren later
Leerling: Waar is al dat nadenken over de vraag waar al dat zitten goed voor is, goed voor?
Meester: Om je te laten voelen wat het is om geen antwoord te hebben.
Leerling: Nou, dat is dan mooi gelukt.
Jaren later
Leerling: Waar is al dat voelen wat het is om geen antwoord te hebben goed voor?
Meester: Om je te laten zien waar het in zen om draait.
Leerling: Nou, dat is dan mooi mislukt.
Jaren later
Meester: Waar is al dat zitten goed voor?
Leerling: Ja, laat maar zitten.
Meester: Dan is het toch gelukt.