Meester Linji zegt:
Omlopers, wanneer chanmeesters en chanleerlingen elkaar aan de tand voelen, gebeurt dat volgens bepaalde patronen. Ze spreken of zwijgen, ze brullen als leeuwen of trompetteren als olifanten. Wat is er aan de hand?
Soms slaakt een leerling een kreet of verleidt de meester, die het niet zo door heeft, met een of ander object tot ingewikkelde daden of rituelen. De leerling slaakt nog een kreet, maar de meester houdt voet bij stuk en verliest zich in voorschriften en verklaringen. Hij is ongeneeslijk ziek. Hier onderzoekt de patiënt de dokter.
Soms wacht de meester af tot een leerling een vraag stelt, waarna de meester hem ermee om de oren slaat. De leerling geeft niet op en werkt zich steeds verder in de nesten. Hier onderzoekt de dokter de patiënt.
Soms valt er voor de meester niets meer te doen. Hij erkent het en neemt het ervan. Om hem te testen roept de leerling zoiets als: ‘Wat een geweldige leraar, wat een diepgang.’ De meester zegt dan zoiets als: ‘Wie kent het verschil tussen leraar en leerling’, waarop de leerling een buiging voor hem maakt en het er verder bij laat. Hier onderzoekt de dokter de dokter.
Soms verschijnt een leerling voor een meester met zijn hoofd in een strop en zijn handen gebonden. De meester boeit hem ook nog met zijn eigen touwen en beiden vermeien zich in hun verbondenheid. Hier onderzoekt de patiënt de patiënt.
Omloper, ik leg je deze gevallen voor opdat je de bluffers en de knoeiers zult herkennen en op het lege pad kunt blijven.