Geïnspireerd door hoofdstuk 35 van de Daodejing
Meester Tja zegt:
Spreekt Tja over zichzelf, dan spreekt ze in alle toonaarden.
Noemt ze zich diep dan noemt ze zich oppervlakkig.
Noemt ze zich waarheid dan noemt ze zich leugen.
Noemt ze zich vrij dan noemt ze zich gedwongen.
Noemt ze zich eeuwig dan noemt ze zich tijdelijk.
Noemt ze zich geest dan noemt ze zich lichaam.
Noemt ze zich vrede dan noemt ze zich oorlog.
Noemt ze zich hemel dan noemt ze zich aarde.
Noemt ze zich licht dan noemt ze zich duister.
Noemt ze zich goed dan noemt ze zich kwaad.
Noemt ze zich poort dan noemt ze zich muur.
Noemt ze zich wijs dan noemt ze zich dwaas.
Noemt ze zich leven dan noemt ze zich dood.
Noemt ze zich één dan noemt ze zich veel.
Noemt ze zich piek dan noemt ze zich dal.
Zwijgt Tja over zichzelf, dan zwijgt ze in alle toonaarden.