Monnik: Wat zijn bergen?
Meester: Sterke lokale verheffingen van het aardoppervlak.
Monnik: Ik bedoel, wat zijn bergen nou echt?
Meester: Oh, zo.
Monnik: Nou?
Meester: ‘Bergen’.
Monnik: Bergen zijn eigenlijk ‘bergen’?
Meester: Wat anders.
Monnik: Bedoelt u dat ze niet echt zijn?
Meester: Dan had ik dat wel gezegd.
Monnik: Bedoelt u dat ze wel degelijk echt zijn?
Meester: Dan had ik dat wel gezegd.
Monnik: Bedoelt u dat ze echt en onecht tegelijk zijn?
Meester: Dan had ik dat wel gezegd.
Monnik: Bedoelt u dat ze echt noch onecht zijn?
Meester: Dan had ik dat wel gezegd.
Monnik: Bedoelt u dat ze echter dan echt zijn?
Meester: Dan had ik dat wel gezegd.
Monnik: Bedoelt u dat ze voorbij echt en niet echt zijn?
Meester: Dan had ik dat wel gezegd.
Monnik: Bedoelt u dat universalia alleen maar namen zijn?
Meester: Dan had ik dat wel gezegd.
Monnik: Bedoelt u dat de vraag wat bergen zijn geen antwoord heeft?
Meester: Dan had ik dat wel gezegd.
Monnik: Bedoelt u dat u het verschil tussen echt en onecht niet kent?
Meester: Dan had ik dat wel gezegd.
Monnik: Wat bedoelt u dan?
Meester: Precies wat ik zeg.
Monnik: Bergen zijn ‘bergen’.
Meester: Dan had ik dat wel gezegd.
Deze tekst maakt deel uit van de serie Niet om door te komen, de Poortloze Poort. Woord: Hans van Dam. Beeld: Lucienne van Dam. Alle teksten van deze serie. De Poortloze Poort op NietWeten.nl. Alle publicaties van Hans van Dam in het Boeddhistisch Dagblad.