Twee weken geleden, 21 december, bereikte de zon de meest zuidelijke punt van de steenbokskeerkring[1]. Vanaf dat moment klimt ze weer in noordelijke richting naar de evenaar: het is de midwinter-zonnewende. Sinds prehistorische tijden vierden de oude culturen van Noord-Europa hun lichtfeesten; de duisternis was overwonnen en je leefde in blijde verwachting van de lengende dagen met de belofte van het nieuwe leven, het nieuwe licht en de komst van de lente. De datum van het kerstfeest werd op de antieke Romeinse kalender gelijkgesteld met die van de zonnewende. De kerstboom, de altijd groene dennenboom, is een erfenis uit die tijd en uitgegroeid tot een symbool van het kerstfeest, waarin elementen van natuur en christelijke religie samen zijn gekomen. De kerststal is uit de meeste huizen verdwenen, de kerstboom is gebleven.
Sinds mensenheugenis is de eindejaarperiode een tijd van bezinning, het is de tijd van hoop op het nieuwe leven en nieuwe licht. Wellicht is er daarom ook in onze tijd bij veel mensen een innerlijke drang om samen te komen in de stilte. Jarenlang nam ik deel aan oudejaars sesshins in Cadzand. Ze waren van een grote schoonheid, mede door de locatie, want de lichtvervuiling is daar vele malen minder dan in de Randstad. Cadzand ligt aan de kust te midden van het Zeeuwse uitgestrekte polderlandschap. Op weg van de zendo naar onze slaapplaatsen, liepen we dan onder een fonkelende sterrenhemel met heldere maan, die de onderlinge verbondenheid en eeuwigheid in het moment tastbaar maakten in de vrieskou. Het is een dierbare plek; in zo’n vriesnacht van acht jaar geleden maakte ik een sprong in het diepe en onbekende: sprong voorbij alle angst, de sprong van een ‘honderdmeter hoge paal’. Dit jaar ben ik er weer geweest om de oude en dierbare banden met m’n vroegere leraar en andere medereisgenoten op de weg te vieren.
Natuurverschijnselen gaan vaak gepaard met bijzondere gebeurtenissen, zoals tweeduizend jaar geleden toen een stralende ster de drie koningen in de kerstnacht de weg wees naar de stal in Bethlehem. Op 6 januari wordt van oudsher het feest van Driekoningen gevierd. Op de kerst-cd van de monniken van Chevetogne staat: “we vieren het wonderbaarlijk moment van de blijde geboorte, voortgekomen uit de schoot der mensheid, waarvan de genade en vreugde de hele schepping doordringt,”[…]“het is een geschenk aan de mensheid om de boodschap van verlossing te verkondigen uit ons dagelijkse lijden”; een blije boodschap!
Het is de centrale boodschap van iedere religie, van het christendom, de islam, het jodendom en boeddhisme. Iedere religie is een weg van verlossing of bevrijding uit ons lijden. In onze traditie geloven we dat alle levende wezens worden geboren met de boeddhanatuur. Wij leven in de relatieve samsarische wereld van het lijden, maar we dragen de verlossing al in ons. Alles is er, we zijn al ontwaakt, maar we zitten vastgeklonken aan het ego. Door onze beoefening kan een proces op gang komen, waarin: “het ego, het zelf, kan transformeren in een mededogend zelf; een gesloten zelf in een open zelf; van een zelf in verwarring in een verlicht zelf”[2]. Op het kussen zijn we al ontwaakt, ervaren we glimpen van die absolute werkelijkheid.
Hoe breng je je geloof in de verlossing in het dagelijkse leven tot uitdrukking? In de politieke arena gebeurde dat te midden van de 2de wereldoorlog in een oproep van president Franklin D. Roosevelt op 6 januari 1941 in zijn ‘State of the Union’, waarin hij de wereld vroeg om niet meer tegen iets, maar vóór iets te strijden. Hij streed voor het herstel van democratische waarden die, alleen tot volle bloei konden komen als de vier fundamentele vrijheden van de mensheid worden gerespecteerd: vrijheid van meningsuiting, vrijheid van godsdienst, vrijwaring van gebrek en vrijwaring van vrees, van armoede en geweld. Wereldwijd staan deze waarden onder druk. Nooit is er zo’n grotere rijkdom in zo weinig handen geweest, nooit eerder was de politiek zo verklonken met de economie; er is enorme armoede en de vluchtelingenstromen zijn groter dan ooit door oorlog en klimaatschade.
Sinds 1982 reikt de Roosevelt Foundation te Middelburg[3] in de even jaren de Four Freedoms Awards uit aan personen en organisaties die zich op één van deze vier vrijheden hebben onderscheiden. In 2024 werden ze uitgereikt: vrijheid van meningsuiting ging naar Bellingcat; Zumretay Arkin, die voor de rechten van Oeigoeren strijdt, ontving de vrijheid van godsdienst; vrijwaring van gebrek ging naar Sônia Guajajara, Braziliaanse minister van Inheemse Volkeren; de award voor de vrijwaring van vrees ging naar Grace Forrest, oprichter van Walk Free, die zich inzet voor de afschaffing van de moderne slavernij. De prijs is een oproep aan de wereld om aandacht te schenken aan het belang van deze vier vrijheden.
Dat de Four Freedoms in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens zijn opgenomen, danken we aan Eleanor Roosevelt. Het verdrag werd op 10 december 1948 door de Verenigde Naties geratificeerd. De waarden zijn in de huidige tijd niet meer vanzelfsprekend. Dagelijks krijgen we beelden te zien van honger, armoede, de oorlogen, beelden van het huiselijk geweld, femicide, de afname van biodiversiteit en onherstelbare klimaatschade en schendingen van mensenrechten van Palestijnen, Oeigoeren, Tibetanen, Rohingya en schendingen van dierenrechten. Het is soms moeilijk te blijven geloven in het onmogelijke. We willen, nee we moeten blijven geloven in een wereld waarin het licht zal zegevieren en verlossing en bevrijding van alle levende wezens, zelfs van het kleinste grasje en plantje werkelijkheid zullen worden.
Het is de eerste gelofte van de bodhisattva en het begint op de plaatsen dicht bij huis, zei Eleanor Roosevelt in 1958 bij de viering van het 2de lustrum van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. “Het begint op de plaatsen dicht bij huis, zo dichtbij en zo klein dat ze op geen enkele kaart van de wereld te zien zijn. Het begint in de wereld van gewone mensen; op de plek waar je leven zich afspeelt, in de buurt waar je woont; de school waar je naar toegaat en de plek waar je werkt. Het begint bij onszelf, want als deze rechten op die plekken niet de betekenis krijgen, die ze behoren te hebben, dan hebben ze ergens anders ook weinig te betekenen.
Dat is vrijwel identiek aan de woorden van Black Elk[4] uit 1948 over Vrede in ons hart[5]. Black Elk was de laatste grote visionair en medicijnman van de Oglala Lakota Sioux (Native Americans). Het is een tekst die me dierbaar is, die ik vaak herlees in deze tijd van het jaar:
“De eerste vrede, die het belangrijkst is,
is de vrede die neerdaalt in het hart van de mensen als
zij zich hun onderlinge verbondenheid realiseren,
hun één zijn met het universum en met alle kosmische krachten en
als zij beseffen dat, in het middelpunt van dat universum
het Grote Mysterie, Wakan Tanka, woont en dat
dit middelpunt werkelijk overal is; het is in ons allemaal te vinden.
Dat is de ware vrede en de andere zijn daar slechts een afspiegeling van.
De tweede is de vrede tussen twee mensen en
de derde, de vrede die gesloten wordt tussen volkeren.
Maar vóór alles dien je te begrijpen,
dat er nooit vrede tussen volkeren kan bestaan,
voor die ware vrede bekend is,
die alleen te vinden is in het hart van alle mensen.”
Er is een gebed dat hierbij aansluit, het is gericht op het grote Mysterie, Wakan Tanka. Wij gebruiken hier begrippen voor als: het goddelijke of de hartgeest van het gehele universum, die in ons tot leven komt in onze ware natuur: het is de Wijsheid voorbij alle wijsheid. Het gebed gaat als volgt:
Leer mij hoe ik mijn hart moet vertrouwen, mijn geest, mijn intuïtie,
mijn innerlijke wijsheid, de zintuigen van mijn lichaam,
de zegeningen van mijn geest.
Leer mij deze dingen te vertrouwen,
zodat ik mijn heilige ruimte en liefde kan binnengaan,
voorbij alle angst (hier resoneert de Dharani van de Grote Mededogende)
en zo in evenwicht de weg kan gaan met
de dagelijkse glorieuze gang van de zon om de aarde.
Ik wens iedereen een gelukkig, gezond en voorspoedig nieuwjaar toe, maar bovenal Vrede in het hart.
Elsbeth Wolf.
[1] De zonnewende in 2024 vond plaats op 21 december om 10.20.
[2] Taitetsu Unno in Twee rivieren. 1998.
[3] De familie Roosevelt emigreerde in de zeventiende eeuw vanuit Tholen in Zeeland, Nederland naar New York.
[4] John G. Neihardt. 1932. Black Elk speaks.
[5] Tekst uit een toespraak van Black Elk in 1948.
Foto: Luisella Planeta via Pixabay
Bron Zitten in verbondenheid / 3 januari 2025. https://mahakarunachan.nl/leer-mij-hoe-ik-mijn-hart-moet-vertrouwen/
Geef een reactie