“Ten tijde van Boeddha Shakyamuni lag er eens een lijk van een vrouw aan de kust, en in haar hoofd leefde een grote worm. Van tijd tot tijd kwam de worm tevoorschijn uit het ene neusgat en kroop terug door het andere. Hij verliet het lijk slechts heel even, hij hield er niet van om gescheiden te zijn van zijn huis. Als mensen hem probeerden te verwijderen, keerde hij steeds weer terug. Het gedrag van de worm verbaasde de mensen en zij vroegen Boeddha dit te verklaren. Boeddha legde uit dat de dode vrouw negatieve handelingen had begaan, die resulteerden in haar wedergeboorte als worm. Ten tijde van haar dood was ze zeer gehecht aan haar lichaam en dus nam ze wedergeboorte als een worm die haar oude lichaam bewoonde.”
uit: Universeel mededogen, Geshe Kelsang Gyatso, 2002, p. 79
Piet Nusteleijn zegt
Dit verhaaltje en weetje verschijnt vandaag in het BD. Zoals mijn denken is gevormd zeg ik “flauwekul-verhaaltje”.
Dat verhaaltje of weetje verschijnt ná het BD, ín mij.
Dan (of nu) wordt het echt interessant. Wat mij betreft.
Wat is Dat..,waarin het verhaaltje of weetje en deze beoordeling “flauwekul” verschijnt?
Ben benieuwd wat de geleerden en weters, de Boeddha hierover hebben laten zeggen. Dat is wetenswaardig. Weer wat mij betreft.
Met groet.