Wie anders dan Jan Arends? Wie anders zou een onontkoombaar motto hebben kunnen leveren voor Ander woord voor moeder dan Jan Arends, de literaire randfiguur wiens bloedmooie bundel Lunchpauzegedichten in dezelfde week verscheen waarin hij ook uit het leven stapte? Wie anders dan Jan Arends, schrijver van ‘Keefman’, een letterlijk en figuurlijk waanzinnig verhaal waarin hij onder meer iets schreef wat je zijn autobiografie in een notendop zou kunnen noemen: ‘Ik heb nooit voorspraak gehad in mijn leven. Daarom zit ik hier in het gekkenhuis.’ Wie anders dan Jan Arends, dichter van de schrijnende regels: ‘Ik heb / nooit / een echt woord gehoord / of het deed pijn.’
Dat laatste zou al een ijzersterk motto zijn geweest, maar toepasselijker nog vond ik deze regels uit een ander lunchpauzegedicht:
Alleen
het verdriet
is waar.
Geen klacht, maar een constatering: je verdriet vertelt de waarheid.
In een gedicht dat ik niet in Ander woord voor moeder heb opgenomen schreef ik over ‘een waas van tranen dat alles helder maakt’: je tranen tonen je de waarheid – en daar ik met mijn bundel vooral de waarheid heb willen dienen, mijn kleine waarheid, was het pleit feitelijk al beslecht toen ik die woorden van Jan Arends weer eens onder ogen kreeg. ‘Alleen / het verdriet / is waar.’
In de tussentijd dienden zich diverse andere motto’s aan, en voor elk daarvan viel wel iets te zeggen, wat ik in deze serie dan ook gedaan heb, maar de woorden van Jan Arends bleven op de achtergrond staan wachten, in het volste vertrouwen dat ze uiteindelijk als enige motto in Ander woord voor moeder zouden worden opgenomen. Hoe zou ik dat vertrouwen hebben kunnen beschamen?
Geef een reactie