Zoals gisteren toegezegd geef ik in dit tweede artikel meer details over een aantal gebieden waar boeddhisme en engagement te combineren zijn. Je bent in-de-wereld maar niet van-de-wereld, zoals een Lotusbloem met zijn wortels in de modder staat maar met zijn bloembladen fier het zonlicht groet. En om te vermijden dat het zich inlaten met samsara betekent dat je overweldigd wordt door samsarische patronen, hadden we nog wat piketpaaltjes geslagen.
Geëngageerd boeddhisme moet gedragen worden door would-be-aryas oftewel ‘slimmeriken’ en niet door balas oftewel ‘schapen’. En het zal altijd de power mode ondergeschikt maken aan de love mode, oftewel metta voor de samenleving als geheel. Tot slot moet het gaan om echte compassie, geen valkuilen zoals medelijden.
Suggesties voor jezelf
Wederom deels geïnspireerd door het uitstekende boek van collega Vaddhaka, die op zijn beurt volop andere geëngageerde denkers citeert, kijk ik eerst maar eens naar wat je met je eigen consumptiegedrag kunt doen.
Wel, in de eerste plaats consuminderen inplaats van blindelings consumeren waar de reclame en/of je buren en familie je toe aansporen. De derde positieve ethische leefregel (kusala-kamma) luidt niet voor niets: ‘Ik streef naar rust, eenvoud en tevredenheid’. Daarbij kun je bijvoorbeeld als inspiratiebronnen aanvoeren
- De Duits-Britse econoom E.F. Schumacher, die al in de jaren 60-70 boeken schreef als ‘Small is beautiful’ en ‘Buddhist Economics’. En wiens gedachtengoed de laatste jaren weer volop opduikt, bijvoorbeeld in het concept van de Tiny Houses.
- Gandhi met zijn “The world supplies enough for everyone’s need but not for everyone’s greed”. Met enige moeite kan ik dit ook uitleggen aan de Ambedkar-boeddhisten in India; die hebben om deels terechte reden een behoorlijke hekel aan de Mahatma maar moeten toch erkennen dat deze uitspraak ook moderne Indiase boeddhisten siert.
- Een fraai voorbeeld hiervan, of het nu 100% waar of ietwat aangedikt is, betreft een Cairibisch eiland. De vissers hadden een goede boterham aan de vangst enkele dagen per week, en in principe was er ook zat potentieel voor export. Een multinational bouwde dus een forse visverwerkingsfabriek, en lokte de lokale vishandelaren met relatief goede salarissen.
Na een maandag hard werken bleven dinsdag de fabriekshallen vrijwel leeg. De manager ging langs bij de huizen van enige dichtbij wonende medewerkers, en hoorde consequent: ‘In 1 dag verdienen we nu wat we vroeger in een hele week verdienden. Dus de rest van de week gaan we van het leven genieten, tot aanstaande maandag dan maar weer.’ - De definitie van ‘beste leefomstandigheden’ die de OESO aanvoert in diens ‘Better Life index’. Ze omvatten o.a. huisvesting, gezondheidszorg, inkomen, werkgelegenheid, onderwijs, maar ook milieu, gemeenschapszin en work-life balans. Allemaal zaken waar jouw eigen individuele keuzen, in je eigen leven, maar ook in je invloed op de politiek, nadrukkelijk een rol spelen.
- Min of meer analoog heeft de New Economics Foundation een set van vijf adviezen voor gelukkig leven geformuleerd die het nog concreter maken. Dat zijn: ‘Maak verbinding’ (met familie, buren, vrienden, collega’s); ‘Beweeg’ (iedere vorm van fysieke aktie die vermijdt dat je een dichtslibbend bankbintje ofwel ‘couch potato’ wordt); ‘Wees aandachtig’ (in om je heen kijken en genieten van o.a. natuur en eten); ‘Blijf leergierig’ (of het nu een formele professie is of een hobby of taal) en ‘Geef’ (tijd en/of geld). Allemaal zaken die je op elk inkomensniveau kunt doen en die bewijzen dat geluk in de kern niet van geld afhangt.
Suggesties voor samen leven
Dan een aantal suggesties van Vaddhaka maar ook veel aanverwante denkers over hoe de inrichting van de maatschappij beter kan. Zoals in de gisteren gepubliceerd tekst al gezegd: geen ‘ieder alleen voor zich zonder door enige wet afgeremd te worden’ (extreem roofkapitalisme) maar ook geen ‘het collectief voor ons allen zonder echt privébezit’. Het zijn allen bouwstenen die tot wasdom kwamen in een specifieke context en daarmee geen precieze blauwdruk zijn voor toepassing in het hier-en-nu; maar het feit dat ze in de betreffende context langdurig gewerkt hebben maakt ze een goede inspiratiebron voor de hedendaagse westerse situatie.
- Epicurus was een Grieks filosoof, en natuurlijk de naamgever van het Epicurisme. Dat kent drie peilers: vriendschappen onderhouden naast je familie/partner-relaties, je roeping volgen in een inspirerende job inplaats van winst- en carrièrebejag en een reflectief leven inplaats van een luxe leven. En hij voegde de daad bij het woord en startte de eerste ‘commune’, later door velen nagevolgd. Helaas stierf het idealisme en communeleven na enkele eeuwen uit, mede wegens onderdrukking door de steeds machtiger wordende kerk.
- Ook vanuit het boeddhisme zijn er de laatste 50-100 jaar vele vormen van woon- en leefgemeenschappen gesticht, met in ieder geval volop plek voor niet-celibatair gezinsleven naast monnikken en nonnen. Door gezamenlijk op te trekken wordt in ieder geval bespaard op huisvestings- en energiekosten en vaak ook op andere zaken zoals eten; dure investeringen zoals wasmachines, auto’s en tuingereedschap kunnen ook efficiënter benut worden.
- Eenzelfde principe kun je doortrekken naar produktiebedrijven; de goede oude coöperatie, waar een ieder zowel klant als mede-eigenaar is, wordt iets te makkelijk als ‘verouderd’ weggezet terwijl er veel elementen beduidend ethischer zijn dan een roofkapitalistische NV die alleen maar voor het snelle geld gaat.
- En van economen zoals Thomas Piketty, die bijvoorbeeld een maximale ratio tussen laagste salarissen en directie-bonus adviseert inplaats van zelfzuchtig roofkapitalisme, kan een boeddhist ook nog heel wat leren. Piketty benadrukt compassie en empathie als basis van een stabiele samenleving, en dat ontbreekt nu juist totaal bij tegenpolen van hem zoals Milton Friedman. Een goed bedrijf is gebaseerd op lange-termijn relaties waar lasten en lusten eerlijk verdeeld worden tussen eigenaren/management, werknemers en klanten; dat is Boeddha’s middenweg vertaald naar de 21e eeuw!
Suggesties voor ethischer produktie
Consuminderen betekent niet alleen eenvoud in je gebruik, maar ook duurzaamheid. Want een produkt wat 10-20 jaar mee kan levert gewoon beduidend minder milieubelasting op dan een goedkoper snel-klaar-snel-kapot produkt. Dus in ieder geval als consument stuur je er op dat je spullen koopt die repareerbaar zijn, geen wegwerp.
Ik ga in mijn betoog nu echter langzaamaan overstappen van individuele keuzen naar keuzen die je als groep consumenten maakt, of zelfs in het democratische besluitvormingsproces. Want het feit dat we in onze samenleving besloten hebben dat produktie aan ‘de markt’ wordt overgelaten neemt niet weg dat we minimale eisen stellen aan bijvoorbeeld voedselveiligheid, en aan betalen volgens Nederlands minimumloon en niet pakweg Oosteuropees niveau. Dat is de vanuit boeddhistische waarden noodzakelijke regulering van wat er collectief gedeeld wordt als lasten en lusten en wat per individu bepaald wordt. Maar waarom zou milieuvriendelijk produceren ook niet meer als een minimumeis gezien kunnen worden? Niet alleen door een verbod op bepaalde gifstoffen, in het produkt zelf of bij ziektebestrijding in de landbouw, maar ook bijvoorbeeld een verbod op niet-herbruikbare grondstoffen? Of zelfs het toevoegen van een afval-recycling boete aan wegwerpprodukten, waardoor repareerbare produkten prijstechnisch weer kunnen gaan concurreren?
In brede zin kunnen we, als consumenten danwel als kiezer, zelfs aansturen op duurzame produktie van alles wat op de markt komt. Biologisch voedsel en gifvrije landbouw zijn mooie voorbeelden. Maar denk ook aan alles waarvoor regenwoud gekapt wordt, niet-hervulbare fossiele brandstoffen gebruikt worden etc. etc. Als dat een collectieve keuze is dan betekent het ook dat qua kosten zoiets als ‘gasvrij’ even duur gemaakt moet worden als aardgas blijven gebruiken. En producenten die hun personeel en boeren eerlijke fair trade prijzen betalen, zou vanuit boeddhistische optiek ook de standaard moeten zijn, geen dure uitzondering.
Lessen van geëngageerde boeddhisten
Vaddhaka geeft duidelijk aan waar zijn inspiratie komt van geëngageerde mede-boeddhisten, dus als een basis voor verdere studie kan het geen kwaad kort aan te duiden wat hij van ieder waardeert en opgepikt heeft.
De Amerikaanse professor David Loy is een vrij bekend denker over Westers boeddhisme inclusief de interactie met de maatschappij. Hij is o.a. aktief in INEB (Network of Engaged Buddhists) en een fel criticus van het ongelimiteerde roofkapitalisme dat o.a. in de USA zelfs verkiezingen kan ‘kopen’.
Bhikkhu Bodhi, ook Amerikaan maar in Sri Lanka als monnik opgeleid, heeft sinds hij naar Amerika terugkeerde zowel een puur dharma-theoretische als een meer sociaal-activitische kant van zichzelf ontwikkeld. Dus van zafu-zitter is hij nadrukkelijk nu ook gaan kijken naar zakenleven en sociale dimensies. Hij is o.a. aktief in de Buddhist Global Relief organisatie. En stelt dat boeddhisme niet alleen bestaat uit het persoonlijke spirituele pad naar verlichting, maar misschien nog wel meer uit het ‘naar buiten reikende’ pad van compassie. Dus we moeten o.a. zorgen voor een samenleving die gerechtigheid, gelijkheid en compassie als randvoorwaarden heeft voor de vrijheid om een markt in produkten en arbeid te organiseren.
En laat dat nu precies het advies zijn dat ook Dr. Ambedkar, de eerste Indiase minister van Justitie en de leider van de bekeringen van Onaanraakbare hindoes tot het boeddhisme, voor de hele wereld en speciaal de Indiase samenleving heeft. Natuurlijk primair gericht op zijn eigen volgelingen, maar het zijn principes waarvan nog steeds veel geleerd kan worden door alle Indiers maar ook elders in de wereld. Hij vond niet alleen het kastensysteem maar veel andere gangbare menselijke denkstijlen botsend met gelijkheid, vrijheid en broederschap – waarden die hij rechtstreeks bij de Boeddha terugziet en waarvan bijvoorbeeld de Franse Revolutie en de Amerikaanse Grondwet later mooi leentjebuur speelden. Vrijheid betekent speelruimte om jouw leven naar eigen zin in te richten, zolang als je daarmee niet de vrijheid van anderen hindert. Gelijkheid betekent dat een ieder zoveel mogelijk gelijke kansen op een beter leven krijgt, o.a. door onderwijs en verbod op elke discriminatie. En broederschap betekent dat een ieder elke medeburger respecteert en waardeert, wetend dat wij mensen op deze planeet voor elkaar (en de planeet) dienen te zorgen. Dus die vrijheid van het eerste principe betekent niet Ikke-ikke-en-de-rest-kan-stikken!
Bottom line
De basisconclusie van de gisteren gepubliceerd tekst blijft natuurlijk staan: je moet eerst je eigen intenties en moreel kompas aanscherpen, en vandaaruit kun je dan binnen en buiten sangha-verband idealen in de wereld steunen. Maar Vaddhaka diept dit, en de boven beschreven bronnen en praktijkvoorbeelden, mooi uit door af te sluiten met vijf punten waar wij als boeddhistisch individu aan kunnen werken voor een ethischer leven. En daarna vijf waar wij gemeenschappelijk met andere boeddhisten, dus als sangha, mee aan de slag kunnen om de wereld in te trekken met onze idealen.
Het zijn, eerst de adviezen voor individuele ontwikkeling:
- Transformeer jezelf (Padmasambhava!), want zonder moreel kompas heb je geen recht van spreken naar anderen toe.
- Lees je in over economie. Het debat over o.a. de echte prijs van produkten inclusief milieuschade, en een eerlijke beloning voor werknemers en aandeelhouders, bevat veel te veel boeddhistisch-ethische componenten om alleen maar aan wetenschappers en beroepspolitici over te laten!
- Stap van je zafu en kies maatschappelijke thema’s en gremia waar jij met je boeddhistische waarden een verschil kunt maken. Op kleinere schaal voor specifieke doelen; in de bredere politiek gaan zal uitzondering en geen regel zijn omdat de power/groepsdimensie daarin vrijwel altijd domineert.
- Wees een voorbeeld in gedrag. In o.a. afwijzen van luxe, kopen van repareerbare en fair trade produkten (of bezoek eens een repair café, energiezuinig leven etc. etc.
- Probeer richting een vegetarisch/veganistische leefstijl te gaan, alleen al vanwege diens veel betere milieu-impact.
Dan de adviezen voor de sangha’s (gemeenschappelijke ontwikkeling), die wel degelijk ook jou als individu raken:
- Beoefen dana (vrijgevigheid). Dus ‘geef wat je kunt en gebruik alleen wat je nodig hebt’, principes van o.a. Schumacher en Gandhi. Het betekent bijvoorbeeld dat in de dharmacentra’s mensen niet aan dure minimumprijzen vastzitten maar ook deels kunnen betalen door zelf een handje te helpen. En dat mensen zonodig het levensonderhoud van staf, die zelf weer zo goedkoop mogelijk leeft, betalen. Maar ook dana als sangha gezamenlijk naar de buitenwereld toe is belangrijk!
- Beoefen kalyana mitrata (spirituele vriendschap), en probeer van daaruit ook boeddhistisch geinspireerde woon- en leefgemeenschappen te vormen. Die gemeenschappen zijn hierboven al genoemd als een belangrijke bijdrage aan een beter milieu, en ook in bredere zin een leefbaarder samenleving.
- Onderzoek als person right livelihood oftewel juiste inkomensvergaring, eveneens als sangha gezamenlijk. Denk aan boeddhistisch-geinspireerde bedrijven, of als dat nog niet lukt in ieder geval studiegroepen voor boeddhisten van hoe in het overheids- of zakenleven wat meer zuiverheid te brengen.
- Probeer collectief, bijvoorbeeld tijdens retraites, begrip voor de natuur en rituelen te stimuleren. Dingen zoals het dierenleven en de planten rond een retraitecentrum te vriend houden, en zonodig ‘praten met de natuur’, zijn elementen uit oude volksreligies die iets te makkelijk als verouderd weggezet worden. Je hoeft niet letterlijk in zaken als boom -en watergeesten te geloven om toch een diep respect voor bomen als brengers van zuurstof en schone lucht te vormen, en riviertjes als brenger van schoon water – het zijn allemaal voorbeelden van iInterzijn tussen mens en natuur oftewel afhankelijk ontstaan. En dat kan dan onbewust helpen om je gedrag in het dagelijks leven bijvoorbeeld te richten op minder bomenkap, minder waterconsumptie en CO2-uitstoot.
- Bied een gezamenlijk rustpunt voor de wereld. Dit keert weer enigszins terug naar de individuele-ontwikkelingspunten: om de wereld te gaan veranderen moet je eerst een stapje terug kunnen doen uit die wereld. En, gezamenlijk op kussens zittend en gezamenlijk reflecterend op de wereld en onszelf en daarover ook pratend, te komen tot een verandering in beiden.
Waarmee we weer precies terug zijn bij het thema van de afgelopen Buddhist Action Month: ‘Transformeer jezelf en transformeer de wereld’. Veel sterkte daarmee gewenst.
Daishi zegt
Beste Ujukarin, Misschien is het beter om een politieke partij op te gaan richten om zo je ideeën vorm te geven dan te verwachten dat het relatieve kleine aantal boeddhisten op deze wereld (waarvan een deel er misschien een totaal andere visie op nahoudt) meegaat in je gedachtengang en uitvoert.
Ujukarin zegt
Totaal niet. Van direkte politiek zeker op grotere schaal houd ik me juist verre, en met mij de meeste Westers boeddhisten.
Het gaat er juist om dat je als boeddhistisch INDIVIDU je steentje bijdraagt aan de maatschappij. In dit tweeluik wat handvaten, take it or leave it ;-)
With folded palms,
Cassandra zegt
Beste Ujukarin, heel veel dank voor de heerlijke, openbarende teksten. Eindelijk gevonden wat ik reeds ellendige jaren zocht: het volgen van de dharma met exclusie van autoriteit (= valkuil tot machtsmisbruik)en inclusie van groot vertrouwen, groot geloof, grote twijfel. Met nadruk op metta, verbinding en geven als een koning in een huidige wereld die in brand staat. Acties, daden maken karma en karma maak daden. Nog veel werk, maar alvast: YES FUTURE
Ujukarin zegt
Dank allemaal! Credits gaan voor een aanzienlijk deel naar m’n broeder Vaddhaka.
https://www.windhorsepublications.com/product/the-buddha-on-wall-street-whats-wrong-with-capitalism-and-what-we-can-do-about-it/
With folded palms,
Paulien van Poppel zegt
Hallo Ujukarin, je vroeg me een tijdje terug om op je bijdrage te reageren over de maatschappelijke impact vanuit het boeddhisme. Dus hierbij. Dank voor je poging om e.e.a. op papier te zetten. Ik vond het moeilijk te lezen, maar na herhaalde pogingen lukte dat goed. Ik ben het grotendeels met je eens. Veel begreep ik niet, bijv. als je buitenlandse benamingen gebruikt voor begrippen, of naar specifieke boeken, instanties of zaken die spelen in je eigen Sangha verwijst. Ik begrijp vanuit je stukje, dat jullie duurzame, “eerlijke” ondernemingen opzetten. Dat vind ik een goede zaak. Mij is duidelijk, dat we allemaal een klein stukje kunnen bijdragen. Het geheel is te groot. Mijn persoonlijke affiniteit ligt bij het “gezond maken” van het land. Ik zou daar graag een grotere bijdrage aan leveren, maar ben nog zoekende daarin. Gelukkig zie ik mensen om me heen, die zich inzetten voor vogels, biodiversiteit enz. Maar ook die onvermoeibaar teksten van vroegere meesters vertalen. Daar krijg ik energie van. Vanuit welke levensbeschouwing of religie dat ook gebeurt. Dank je wel voor je bijdrage Ujukarin.
Ujukarin zegt
Okay jij ook bedankt!
With folded palms,