• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst

Boeddhistisch Dagblad

Ontwart en ontwikkelt

Header Rechts

Veertiende jaargang

Zoek op deze site

  • Home
  • Agenda
    • Geef je activiteit door
  • Columns
    • Andre Baets
    • Dharmapelgrim
    • Bertjan Oosterbeek
    • Dick Verstegen
    • Edel Maex
    • Emmaho
    • Goff Smeets
    • Hans van Dam
    • Jana Verboom
    • Joop Hoek
    • Jules Prast
    • Paul de Blot
    • Rob van Boven en Luuk Mur
    • Ronald Hermsen
    • Theo Niessen
    • Xavier Vandeputte
    • Zeshin van der Plas
  • Nieuws
  • Contact
    • Steun het BD
    • Mailinglijst
  • Series
    • Boeddha in de Linie
    • De werkplaats
    • Recepten
    • De Linji Lu
    • De Poortloze Poort
    • Denkers en doeners
    • De Oude Cheng
    • Meester Tja en de Tao van Niet-Weten – alle links
    • Fabels door Goff
    • Cartoons van Ardan
    • Tekeningen Sodis Vita
    • De derwisj en de dwaas
  • Over ons
    • Redactiestatuut van het Boeddhistisch Dagblad
    • Redactieformule van het Boeddhistisch Dagblad
  • Privacy

Home » Boeddhisme » Boekbespreking – The origin of Buddhist Meditation

Boekbespreking – The origin of Buddhist Meditation

17 april 2022 door Erik Hoogcarspel

Enkele jaren geleden hoorde ik tijdens een boeddhologenconferentie iemand beweren dat we eigenlijk helemaal niets weten van het boeddhisme. Misschien heeft de Boeddha niet eens bestaan, zei deze spreker trots. We weten dit volgens hem niet, omdat we geen onweerlegbare feiten kennen, we hebben immers alleen de teksten. Zulke geluiden heb ik weleens meer gehoord en ze komen voornamelijk uit de Verenigde Staten. Dit komt omdat daar ‘science’, dus natuurwetenschap, als de norm wordt beschouwd voor elke vorm van wetenschap. De studie van het boeddhisme bestaat voornamelijk uit het lezen en interpreteren van teksten, het is dus een hermeneutische wetenschap. Hermeneutiek betekent zoveel als tekstuitleg. Een tekst lezen is echter heel wat anders dan een natuurwetenschappelijke observatie doen, bijvoorbeeld meten op welke temperatuur water kookt. Als je een tekst leest, moet je van tevoren al een idee hebben waarover de tekst gaat, anders weet je niet waar je op moet letten. Als je bijvoorbeeld de bijbel gaat lezen als een kookboek, dan snap je er niets van. Vervolgens leer je van de tekst. Er is dus een cirkelbeweging, je kijkt met een soort vooroordeel naar de tekst en de tekst leert je er wat bij. Hierdoor verander je je vooroordeel, zodat je de tekst beter leest en ga zo maar door. Dit hermeneutische principe wordt algemeen geaccepteerd en het gevolg daarvan is dat de werkwijze en de waarheid in hermeneutische wetenschappen verschilt van die in de natuurwetenschappen.

De oorsprong van boeddhistische meditatie

In het boek ‘The origin of Buddhist Meditation’ gaat de auteur, Alexander Wynne, op een hermeneutische manier te werk. Hij merkt op dat de ‘opleiding’ van de Boeddha, of eigenlijk Bodhisattva, in verschillende soetta’s wordt beschreven. De meest authentieke beschrijving vindt hij in de Ariyapariyesana Soetta. De Boeddha heeft twee leraren gehad en hij leerde er vier reducties (samāpattis) te bereiken: de sfeer van de oneindigheid van ruimte, de sfeer van de oneindigheid van bewustzijn, de sfeer van het niets en de sfeer van geen waarneming en geen niet-waarneming. Deze vier sferen, die de vormloze reducties worden genoemd, worden op verschillende plaatsen in de Pali Canon genoemd. Ze werden blijkbaar, misschien wel in een gewijzigde vorm, ook door de Boeddha onderwezen.

De ontdekking van de bodhisattva

Wynne begint met te bewijzen dat beide leraren van de Boeddha historische figuren zijn. Dat betekent dus ook dat de verslagen van de meditaties die de Boeddha daar leerde en zijn vaststelling van hun beperking authentiek zijn. De belangrijkste beperking vond de Bodhisattva dat de mediterende zelfs in de meest verregaande reductie van geen waarneming en geen niet-waarneming toch nog een wedergeboorte heeft. Hij ervaart de werkelijkheid dus nog steeds vanuit een ik-perspectief. Toch spreekt de Bodhisattva met veel waardering over zijn beide leraren en verwacht van ze dat zij zijn ontdekking snel zullen begrijpen.

De ervaring van de eerste jhāna, of trap van verzonkenheid, had de Bodhisattva als jongen toen hij naar zijn vader keek die het land beploegde, blijkbaar ging dit gepaard met een wegvallen van het ik-perspectief. Dit gaf hem een aanwijzing van een mogelijke alternatieve bevrijdingsweg. Deze ontdekking betekent echter volgens Wynne alleen een afwijzing van ascese en niet van de meditaties die hij had geleerd.

Wat waren dit voor meditaties? Het gaat hier om vormloze reducties, de aandacht wordt dus niet op een ding gericht. Volgens de Oepanishaden moet degene die het brahman wil leren kennen zijn bewustzijn tegen de stroom van de evolutie in terug laten gaan naar de oorsprong. Dit begint met  een concentratie op de elementen: aarde, water, lucht en vuur. Vandaar gaat de aandacht naar de essenties van de elementen en vandaar naar de vier reducties die hierboven al zijn beschreven. Uiteindelijk volgt dan de ervaring van het brahman. Deze meditaties op de elementen worden kasiṇameditaties genoemd, waarbij ‘kasiṇa’ zoveel betekent als ‘totaliteit’. Als je op het element aarde mediteert ervaar je de totaliteit van alle aarde overal, je krijgt een ervaring van een onpeilbare oneindigheid. Dit noemde de filosoof Kant een ervaring van het sublieme. Bij zo’n overrompelende ervaring verliezen alle begrippen hun houvast en wordt het woekerende denken verlamd. De bedoeling hiervan in de Oepanishaden ligt voor de hand, je wordt bewust van steeds meer fundamentele oneindigheden, totdat je je bewust wordt van de meest fundamentele oneindigheid: het brahman.

De methode anders toegepast

Het lijkt er volgens Wynne op dat de Boeddha deze methode zonder de achterliggende bedoeling heeft overgenomen, waarschijnlijk vanwege het optreden van de ervaring van het sublieme. Het oorspronkelijke doel van deze serie reducties is de ervaring dat het zelf, het ātman, identiek is met het brahman. In de Oepanishaden wordt de reductie van zowel het niets als van geen waarneming en geen niet-waarneming inderdaad met het zelf in verband gebracht. Beide reducties zijn dus ervaringen van gemoedsrust en van het stoppen van het woekerende denken. Dit was wat de Boeddha had geleerd en waar hij niet tevreden over was, omdat het ik-perspectief er nog niet was overwonnen. De meditatie op de elementen wordt in de Pali Canon op verschillende plaatsen genoemd.

Er zijn drie oude teksten in de Pārāyanavagga van de Suttanipāta waar de Boeddha het specifiek over meditatie heeft (Sn 5.6, 5.13 en 5.14). Vooral de eerste, het tweegesprek met Upasīva, is interessant omdat de Boeddha daar naar andere bestaande meditatievormen verwijst. Wynne ontwikkelt op basis van commentaren een nieuwe interpretatie. De instructie die de Boeddha aan Upasīva geeft, is daarbij het beschouwen van zintuiglijke objecten als niets dan verschijnselen. Hij moet dus als het ware het niets achter de dingen ontdekken. Dit is de reductie van het niets. Volgens de Oepanishaden is deze reductie een zich afsluiten van alle zintuiglijke objecten, maar nu legt de Boeddha dit volgens Wynne uit als een speciale manier om ergens aandacht voor te hebben. Als de zintuigen vervolgens nog wel hun werk doen, zie je geen dingen meer, alleen verschijnselen die zich voordoen als dingen. Dat is de sfeer van niet waarnemen en niet niet waarnemen.

Volgens Wynne heeft sati, aandachtigheid, in de oude teksten de betekenis van iets met aandacht op zich, zoals het zich voordoet, beschouwen. Je ziet dus vormen als niets dan vormen, hoort geluiden als niets dan geluiden, enzovoort. Elke verwijzing naar iets meer dan dat doet immers het ik-perspectief weer herleven. Dat je bijvoorbeeld weet dat het piepen van het tuinhekje de buurman is die van zijn werk komt, beleef je dan niet als een onomstootbare waarheid, maar als een verschijnsel, een gedachte die verschijnt en weer verdwijnt. Er is alleen leegte en verschijnselen.

Vergankelijkheid

Hoe komt het nu dat deze uitleg zo weinig is opgemerkt? Wynne wijt dit aan de invloed van de brahmaanse filosofie. De Boeddha zelf merkt op verschillende plaatsen in de Pali Canon al op dat zijn leer subtiel is en niet gemakkelijk te begrijpen. Omdat de leer van de Oepanishaden voor velen zo vanzelfsprekend leek, werden de teksten er vaak op aangepast. We moeten hierbij wel opmerken dat de uitleg van Wynne erg nauw aansluit bij de filosofie van de madhyamika en bij de latere praktijken van mahāmūdra en dzogchen. Nāgārjuna was er dan ook van overtuigd dat hij een van de weinigen was die de leer van de Boeddha echt had begrepen.

Bovendien zien we dat de latere teksten overschaduwd worden door de eeuwige discussies tussen de verschillende boeddhistische scholen. Deze discussies gaven aanleiding tot een steeds verder groeiende dogmatiek. Die dogmatiek werd maar al te graag overgenomen in andere culturen toen het boeddhisme zich over de grenzen van India verspreidde. Dezelfde dogmatiek staat ook nu nog steeds volop in de belangstelling bij boeddhistische studies die voornamelijk bestaan uit het vertalen van teksten. Goed kunnen mediteren is nog steeds geen vereiste voor het ambt van professor in de boeddhologie aan een universiteit.

Het boek

Het boek leest prettig, maar het is wel geschreven voor deskundigen. Uiteindelijk is Wynne op dit onderzoek gepromoveerd. Er staat heel veel informatie in en alles wordt gerechtvaardigd met uitgebreide verwijzingen naar bronteksten. Dit kan een beetje overdonderend overkomen bij een lezer die onvoldoende is ingevoerd. Daar tegenover staat dat Wynne zijn standpunten regelmatig samenvat. Elk hoofdstuk wordt bovendien met een samenvatting afgesloten.

Bovenal vind ik dit een belangrijk boek, het is belangrijk voor iedereen die zich serieus met het boeddhisme bezighoudt en wil weten waar het nu precies om gaat. Er is wel een groot gevaar: de uitleg van Wynne is niet de standaarduitleg die door de meeste boeddhistische leraren wordt verkondigd. Wie dit leest zal moeten nadenken!

Alexander Wynne: The origin of Buddhist Meditation,  Routledge 2007, paperback 184 bladzijden.

Categorie: Boeddhisme, Boekbespreking, Geluk, meditatie, Onderwijs, Pakhuis van Verlangen, Pali-Canon Tags: aarde, Alexander Wynne, Atman, bodhisattva, boeddhologenconferentie, brahman, filosoof Kant, hermeneutische wetenschap, India, kasina, lucht en vuur, Oepanishaden, sati, The origin of Buddhist Meditation, tweegesprek met Upasīva, twijfel bestaan Boeddha, VS, water, zintuiglijke objecten

Lees ook:

  1. De mythe van het mahāyāna
  2. De Lotussoetra – boeddhisme en politiek
  3. Het ongelijk van de gelijkheid (deel 2 en slot))
  4. Yongey Mingyur Rinpoche – er is meer nodig dan mediteren, VS heeft nood aan verandering

Elke dag het BD in je mailbox?

Elke dag sturen we je een overzicht van de nieuwste berichten op het Boeddhistisch Dagblad. Gratis.

Wanneer wil je het overzicht ontvangen?

Primaire Sidebar

Door:

Erik Hoogcarspel

Erik Hoogcarspel studeerde filosofie en Indische talen aan de rijksuniversiteiten in Groningen en Leiden. Hij publiceerde ‘Koken met Filosofie’ en een vertaling van de belangrijkste tekst van Nagarjuna ‘Grondregels van de filosofie van het midden’. 
Alle artikelen »

Agenda

  • Agenda
  • Geef je activiteit door

Ochtend- of avondeditie

Ochtend- of avondeditie ontvangen

Abonneer je

Elke dag gratis een overzicht van de berichten op het Boeddhistisch Dagblad in je mailbox.
Inschrijven »

Agenda

  • 10 februari 2025
    Zen Spirit studiegroep 'Het verborgen licht'-vanaf 10 februari 2025
  • 13 mei 2025
    Verdiepingsbijeenkomst Hand in hand met de Boeddha
  • 13 mei 2025
    Dinsdagavond op even weken samen mediteren in Almere Buiten
  • 13 mei 2025
    Oude boeddhistische inzichten voor geslaagde moderne relaties
  • 14 mei 2025
    Alleen maar zitten
  • 14 mei 2025
    Online lezingenserie: Meewerken aan 2000 jaar toekomst van de Theosofia (3)
  • 14 mei 2025
    Zen Spirit zenmeditatie Arnhem, 1e helft 2025 8 januari-25 juni
  • 14 mei 2025
    Zenmeditatie in Leiden
  • bekijk de agenda
  • De werkplaats

    De werkplaats.

    Boeddhistische kunstenaars

    Artikelen en beschrijvingen van en over het werk van boeddhistische kunstenaars. Lezers/kunstenaars kunnen zich ook aanmelden met hun eigen werk.
    lees meer »

    Pakhuis van Verlangen

    In het Boeddhistisch pakhuis van verlangen blijven sommige teksten nog een tijdje op de leestafel liggen.

    Weet jij wat een anker is? Test jezelf!

    Hans van Dam - 2 mei 2025

    Deel 3 van een 5-delig dwaalgesprek over de mystieke roos.

    ‘Het leven zelf is zazen’

    Wim Schrever - 28 april 2025

    De grote tragedie hier in het Westen is dat we onze eigen spirituele traditie zo snel hebben opgegeven en met het badwater -de religie- ook het kind -de spiritualiteit- hebben weggegooid. Terwijl een mens fundamenteel nood heeft aan spiritualiteit, aan zingeving.

    Geschiedenis als wapen deel 1

    Kees Moerbeek - 20 april 2025

    President Vladimir Poetin zei in 2014: ‘Onze collectieve herinnering bepaalt onze cultuur, onze geschiedenis en onze tegenwoordige tijd. En onze toekomst zal worden gevormd aan de hand van onze historische ervaring.’ Hij is het zelf die actief deze herinnering en ervaringen vorm geeft en propageert. Ivo van de Wijdeven schrijft dat in de Sovjettijd er nog werd gegrapt dat het land een zekere toekomst had, maar een onvoorspelbaar verleden. Onder Poetin is Ruslands geschiedenis als in beton gegoten. Er is maar één historische waarheid en deze is verankerd in de grondwet en de Nationale Veiligheidsstrategie.

    Jaloerse goden te slim af – de geschiedenis de baas…?

    gastauteur - 13 april 2025

    Hongersnood in een hermetisch afgesloten kuststrook die onwillekeurig aan de vernietigingskampen van weleer doet denken, besmet met meer dan een zweem van genocide… Regeert Adolf Hitler over zijn graf heen? Want bestaat Israël niet bij diens gratie? Zou zonder die bittere nazi-erfenis Palestina als land van drie monotheïstische religies niet nog gewoon zo heten? Is de grond er niet vervloekt, juist door godsdiensten die, gevoed vanuit één fictieve bron, vervolgens als protestbeweging steeds in chronologische volgorde aan haar voorgangster ontspruiten, waarmee de kiem voor een eeuwigdurende vete om de absolute waarheid is gelegd? En claimt niet elk van deze broeder- of zusterstromingen dat stuk met hun aller bloed doordrenkte aarde, aanvankelijk voor Abrahams JHWH, vervolgens voor Jezus’ Vader en ten slotte voor Allah – drie godheden die, in verbitterde onderlinge jaloezie verwikkeld, strijden niet alleen om religieuze hegemonie, maar ook om de profane en politieke macht?

    Wat is quiëtisme?

    Hans van Dam - 27 maart 2025

    Over het stillen van de wil.

    Meer onder 'pakhuis van verlangen'

    Footer

    Boeddhistisch Dagblad

    over ons

    Recente berichten

    • Goff – fabels voor fabeldieren (2) – kip
    • Ontkennen en ont-kennen in het christendom – de via negativa
    • Het jaar 2025 – dag 132 – vreemdelingenhaat
    • PM Modi – Het leven van de Boeddha zal de wereldgemeenschap altijd inspireren tot mededogen en vrede
    • Voorouders Tibetanen deden het met Denisovans

    Reageren

    We vinden het geweldig om reacties op berichten te krijgen en op die manier in contact te komen met lezers, maar wat staan we wel en niet toe op de site?

    Over het BD

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten.
    Lees ons colofon.

    Zie ook

    • Contact
    • Over ons
    • Columns
    • Reageren op de krantensite

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten. Lees ons colofon.