Bill Gates, Warren Buffett, Chuck Feeney, Somtjid Wongtang. Ik denk dat ik ze hier genoemd heb in volgorde van bekendheid. De eerste naam is wereldwijd zo’n beetje algemeen bekend. De tweede wat minder, de derde nog wat minder en van de vierde is de bekendheid beperkt tot Nong Noi en omstreken én de lezers van Leven in Thailand. Zelf ken ik de naam Chuck Feeney pas een paar dagen. Mijn aandacht werd getrokken door een artikel met de kop: “Miljardair die blut wilde sterven is nu blut (en nog niet dood)”. Feeney had in 1982 een vermogen van 9 miljard dollar opgebouwd en besloot dat volledig weg te gaan geven. Het heeft wat tijd gekost, maar onlangs heeft hij zijn doel dan toch bereikt. Volgens diverse nieuwsberichten is hij nu officieel blut. In dezelfde nieuwsberichten wordt overigens ook gemeld dat hij nog wel een pensioenpotje van 2 miljoen opzij had gezet, dus de definitie van blut is rekbaar, maar daar ga ik verder niet over zeuren.
Bill Gates en Warren Buffett noemen Feeney hun grote inspiratiebron. Ook zij geven grote bedragen weg en worden steevast aangeduid met filantroop, in plaats van met belastingontwijker. Oeps, sorry, ik zou niet gaan zeuren en het is altijd nog beter om de helft van je vermogen weg te geven dan om het te gebruiken om president van een heel groot land te worden.
Somtjid Wongtang runt met haar man Pradith het plaatselijke restaurantje in Nong Noi. Ze bedient de klanten, maakt met iedereen een praatje, doet de keuken erbij als Pradith er niet is en als er dan even niets te doen is ze druk in de tuin. Die is zo weelderig dat we eerst twijfelden of Wongtang wel een restaurant was, of toch een tuincentrum. Ze is een overtuigd en praktiserend boeddhiste die op alle belangrijke dagen in de tempel te vinden is, waarbij ze regelmatig voor eten voor de hele goegemeente zorgt. Ze zorgt ook voor mensen in het dorp die al dan niet tijdelijk blut zijn en zelfs geen pensioenpotje achter de hand hebben. Daar stelt ze voedselpakketjes voor samen, of ze koopt een schooluniform of geeft een maaltijd.
Zoals de meeste Thai is ze ook gek op de loterij. Elke 1e en 16e van de maand zijn er trekkingen. Waarzeggers verdienen een flink deel van hun inkomen met het voorspellen van de winnende nummers. Van vrienden die een restaurant runnen of op de markt staan horen we dat er op de 1e en de 16e van de maand niets te verdienen valt omdat iedereen dan zijn laatste geld aan loten uitgeeft. Vanwege de verjaardag van Pradith had Somtjid speciale loten gekocht. Ik weet niet meer of iemand haar een winnend nummer had ingefluisterd of dat zij een aan Pradiths verjaardag gelieerd nummer had gekozen, maar ze won zo maar 20.000 baht. Dat is ruim 550 euro en dat is meer dan een bovengemiddeld maandsalaris hier. Ze heeft het geld inmiddels al weer uitgedeeld aan mensen die het harder nodig hebben dan zij.
Somtjid komt niet in Forbes, in The Guardian, of in de Volkskrant. Ze heeft geen pagina op Wikipedia. Ze heeft geen pensioenpotje van 2 miljoen en toch is ze niet blut. Ze is niet bekend als filantroop, maar als de vrouw die een restaurant in Nong Noi runt. Ze is geen inspiratiebron voor superrijken. Ze komt niet in het nieuws omdat ze haar gewonnen 20.000 baht weggeeft en ze hoeft ook niet in het nieuws, omdat ze gewoon doet wat goed is. Maar vandaag wil ik haar toch maar even noemen. Zodat iedere bloglezer voortaan bij het horen van het rijtje Bill Gates, Warren Buffett, Chuck Feeney enzovoort denkt: “en Somtjid Wongtang”.
Marcel Rouweler zegt
“Somtjid komt niet in Forbes, in The Guardian, of in de Volkskrant.” Maar nu toch maar liefst in het Boeddhistisch Dagblad, ook niet te versmaden; en bijvangst bovendien want niet een “aangekondigde” ambitie van een bekende belastingmijder.
Bedankt voor weer een artikel als een parel uit Thailand.
Francois La Poutre zegt
Dank je wel. Het is toch vooral een artikel óver een parel.