Kort na 2003 heb ik voor mijn alter ego de naam “Dharmapelgrim” bedacht. Het begrip ‘alter ego’ betekent letterlijk “ander ik”. Denk nu niet dat ik een soort psychiatrische stoornis heb met meerdere ‘ikken’. Vergelijk het liever met de boven- en onderkant van een muntstuk. Kop en munt: zijn één geheel, en geen twee losse zaken. Ik ben Menno en tegelijkertijd bén ik ook Dharmapelgrim, en tussen die twee ervaar ikzelf geen enkel verschil. Ik gebruik mijn alter ego om mijn creativiteit en spiritualiteit te benadrukken. Ik schrijf als Dharmapelgrim voor het BD, zoals ik als opa op mijn kleinkinderen pas
slot
Bodai (slot) – ‘langzaam wordt alles scherp en helder’
Een beklemmend gevoel van teleurstelling overmant Bodai, hij krijgt een angstig beeld van een ballon die in een lege ruimte eindeloos van muur tot muur stuitert. Alsof hij schrijlings bovenop de buitenmuur van samsara, ‘zijn gevangenis’ zit.
De kern van yoga – afsluiting
Het is moeilijk: de weg strekt zich altijd vóór mij uit, in welke richting ik mij ook draai. Het is onmenselijk: er is geen beginnen aan de weg, want er komt geen einde aan. Het is bevrijdend: er is geen begin van de weg, en er is geen eind … het enige dat er is, is de weg.
Bodai (slot) – ‘langzaam wordt alles scherp en helder’
Een beklemmend gevoel van teleurstelling overmant Bodai, hij krijgt een angstig beeld van een ballon die in een lege ruimte eindeloos van muur tot muur stuitert. Alsof hij schrijlings bovenop de buitenmuur van samsara, ‘zijn gevangenis’ zit.




