Op de weg van Utrecht naar Den Bosch (is het symbolísch, dat dit de weg is naar “het donkere zuiden”?) haalden wij tot tweemaal toe een grote, open, met gaas bespannen vrachtwagen in, die tot de nok toe gevuld was met dicht opeengepakte kratten, barstens vol met levende, witte kippen. Hij (de Dalai Lama) vond het lot van deze dieren verschrikkelijk. Ik ook.
kardinaal
1973 – Victor Westhoff, Dalai Lama en het dagboek (2)
De begeleiding van de Dalai Lama gedurende deze ritten was een beleving op zichzelf, die niet in onmiddellijk verband stond met de overige bezigheden.