Voor de derde achtereenvolgende dag zijn boeddhistische monniken en burgers in Mandalay (Birma) de straat opgegaan om te demonsteren tegen de Rohingya moslim minderheid in het westen van Birma. De plaatselijke autoriteiten hebben uit angst voor geweld een demonstratieverbod ingesteld, maar de monniken trekken zich daar niets van aan.
Voor de monniken is de demonstratie een middel om hun politieke macht te uiten. Ze zeggen dat het demonstreren nog wel een week kan duren. De demonstranten willen hun steun betuigen aan de Birmese president Thein Sein, die de moslims het land wil uitzetten ‘omdat zij illegaal zijn en geen deel van Birma uitmaken.’ Mandalay is de tweede grootste stad van Birma. De autoriteiten beginnen hun geduld te verliezen met de demonstranten en zijn bang de controle kwijt te raken.
In Birma leven meer dan 135 etnische groeperingen. De moslimbevolking vormt een minderheid en maakt slechts vier procent van de bevolking uit, op een totaal van zestig miljoen mensen. De Rohingya’s leven niet alleen in Birma maar ook in Bangladesh, Thailand en Maleisië. Ze zijn volgens de VN een van de meest vervolgde volkeren.
Bron: Buitenlandse persbureaus.