Shambhala International moet op basis van verklaringen tijdens het vooronderzoek van vrouwen binnen de Shambhalagemeenschap door een neutrale derde partij een volledig onderzoek in laten stellen naar de beschuldigingen van seksueel wangedrag door de leider van die organisatie Sakyong Mipham rinpoche (Osel R. Mukpo). Vrouwen die zich seksueel mishandeld voelen door Sakyong Mipham moeten overwegen burgerlijke en strafrechtelijke procedures tegen hem aan te spannen, als dit de juiste weg lijkt om de integriteit voor henzelf en hun omgeving te herstellen.
Sakyong Mipham en Shambhala International gaan zogenoemde genezingsprogramma’s financieren voor de slachtoffers -vrouwen- van zijn misbruik en vrouwen die slachtoffer zijn van andere leiders binnen Shambhala. Bekend is dat Sakyong belangrijke activa bezit en dat er activa verkocht zouden kunnen worden om een dergelijke vereffening te betalen. De leider van Shambhala gaat zelf in een rehabilitatieproject voordat hij weer in contact komt met de Shambhalagemeenschap. SMR en SI financieren het verdere werk van het Sunshine project, dat gericht is op het boven tafel krijgen van het misbruik binnen Shambhala International en het opzetten van verwerkingsprojecten voor slachtoffers.
Misdrijf in Amerika en Canada
Deze aanbevelingen en conclusies doet psychologe en ervaringsdeskundige Andrea Winn die de beschuldigingen van seksueel wangedrag binnen Shambhala International onderzoekt. Zij presenteerde haar tweede verslag op 28 juni, drie dagen nadat Sakyong Mipham rinpoche (SMR) in een verklaring toegaf relaties te hebben aangeknoopt met vrouwelijke volgelingen. Winn: ‘In de brief (aan de sangha) geeft hij toe dat hij ‘relaties met vrouwen’ had. Het gaat echter niet over relaties maar over seksuele geweldpleging, een misdrijf in alle staten van de VS en Canada. Er moet een volledig onderzoek worden ingesteld om de Sakyong in de gelegenheid te stellen te reageren op deze drie (actuele) specifieke aantijgingen en eventuele andere aantijgingen.’
Winn, betrokken bij de oprichting van het Sunshine project, adviseert dat een waarheids- en verzoeningsproces moet worden ontworpen om verzoening tot stand te brengen tussen Sakyong Mipham Rinpoche en de Shambhalagemeenschap en de vrouwen die zijn mishandeld. In haar eerste verslag dat in februari 2018 werd gepubliceerd, waren geen aantijgingen tegen de Sakyong opgenomen. Maar in mei 2018 kwamen vrouwen met beschuldigingen tegen Sakyong. Zij hadden het verslag in de pers gelezen en wilden dat hun stem werd gehoord. Winn zegt zeer erkentelijk te zijn voor de extreme moed van wat zij noemt de vrouwelijke overlevenden om met hun ervaringen met Sakyong naar buiten te treden. ‘Ze leven al jaren in stilte en isolement, en toch kwamen ze naar voren om hun verhalen te delen voor hun eigen genezing en voor de genezing van deze gemeenschap. Hun verwoestende ervaringen beïnvloedden niet alleen hun fysieke en emotionele leven, maar ook de kern van hun spirituele vajrayana paden.’
Een vrouw vertelt: ‘De eerste keer dat ik Sakyong Mipham Rinpoche zag, wist ik dat hij mijn leraar was – niet alleen een leraar voor dit leven, maar ook een leraar die ik eerder kende en met wie ik nu in dit leven weer in contact kwam. Ik ervoer vreugde na mijn eerste gesprek met hem. Vanaf die dag richtte ik mijn hele leven op de dharma en op mijn leraar. Ik heb alles gedaan wat ik kon om mezelf aan te bieden aan Shambhala.
Eerst heb ik een opleiding gevolgd als bediende in het huishouden van de Sakyong. Vaak laat in de nacht bij banketten of dinerfeestjes die zich tot in de kleine uurtjes voortzetten. Ik zag toen voor het eerst de patronen van overmatig drinken. Toen ik in rang omhoog ging, was ik steeds vaker in de buurt van de SMR. Shambhala was mijn wereld, mijn huis, mijn diepste vreugde. Centraal stond mijn leraar, Sakyong Mipham rinpoche.
In de loop der jaren speelde zich een ander verhaal af. Ik had een romantische fantasie van een Tibetaanse boeddhistische goeroe die in en door me heen kon kijken, die heel goed wist wie ik was en die de omstandigheden kon en zou organiseren die nodig waren om me wakker te schudden. Het andere deel van het verhaal was het seksueel wangedrag dat door de Sakyong werd begaan en door degenen die hem dienden werd vergoelijkt, gesteund en verborgen.’
Winn onderzocht de volgende aantijgingen: Dat de Sakyong een aantal vrouwen seksueel lastig viel (aanvallen wordt dat in het rapport genoemd). Dat hij kusung (bedienden, persoonlijke lijfwacht) gebruikte om vrouwen voor zijn eigen seksueel plezier in te zetten. Dat hij een vrouw die weigerde op zijn seksueel getinte voorstellen in te gaan het leven binnen de sangha bijkans onmogelijk maakte. Dat kusung, andere leiders en de Kalaparaad (KC) op de hoogte waren van en medeplichtig waren aan het mogelijk maken van deze aanvallen, en dat toen de Sakyong werd beschuldigd van verkrachting van een vrouw terwijl hij in Chili les gaf, SI leiders samenspanden om deze bewering geheim te houden.
Geen toestemming
Winn: ‘In het vooronderzoek heb ik de vrouwen geïnterviewd die de Sakyong beschuldigen (van seksueel geweld) en een aantal ondersteunende getuigen. De term ‘seksueel geweld’ kan veel betekenen. Een veel voorkomende definitie van seksueel geweld is ‘elk type van beledigend seksueel contact of gedrag dat plaatsvindt zonder de uitdrukkelijke toestemming van de ontvanger’. In de aantijgingen die ik hoorde, was er geen enkele toestemming. Alle drie de beschuldigingen voldoen aan deze definitie van seksueel geweld. In de meest recente situatie, 2011, zou de Sakyong een jurkje van een studente omhoog hebben getrokken, haar borsten hebben betast, haar gekust, zijn tong in haar mond hebben gestoken en een schunnig voorstel hebben gedaan. Hij was dronken. Dit gebeurde zonder haar toestemming en in het volle zicht van ten minste een andere persoon en met een schokkende minachting van haar fysieke en emotionele welzijn. Ze sloeg zijn voorstel af, maar werd vernederd en verward achtergelaten. Zij had gesprekken over dit incident met een aantal leiders van de Kalaparaad en andere leden van de Shambhalagemeenschap.’
Een andere vrouw beweert dat ze door een kusung werd opgeroepen om na een programma naar de suite van de Sakyong te komen. Toen ze daar aankwam, droeg hij behalve een gewaad geen kleding. “Toen begon hij (Sakyong) me te kussen en mijn kleren uit te trekken. Ik zei dat ik geen seks met hem wilde hebben. Hij leek verbijsterd. Hij dacht een tijdje na en duwde mijn gezicht naar beneden in de richting van zijn penis en zei: ‘Nou je kunt dit net zo goed afmaken’. Ik was zo in verlegenheid gebracht en geschokt dat ik het deed.
Winn: ‘Uiteindelijk “stemde” deze vrouw (en een andere vrouw die zich had gemeld) ermee in om seks met hem te hebben. Maar de betekenis van toestemming in een situatie waarbij een leerkracht en een leerling betrokken zijn, die wil studeren en “dicht” bij de leerkracht wil zijn, roept bekende ethische vragen op die buiten het bestek van dit onderzoek vallen, maar die de vraag opwerpen of er in deze situatie wel sprake kan zijn van “toestemming”.
Extreme dronkenschap is volgens getuigen in het onderzoek een consistent onderdeel geweest van het patroon waarin Sakyong zat. Maar alcoholmisbruik is gewoon een andere kwestie die moet worden aangepakt; het is en kan geen excuus zijn voor het gedrag waarvan jij wordt beschuldigd.’
Gemeenschap verlaten
Een andere vrouw meldde dat de Sakyong haar gedurende een bepaalde periode op een aantal bijeenkomsten tegen de muur duwde, tastend en kussend. Toen ze uiteindelijk bij de Sakyong klaagde over zijn gedrag, weigerde hij er over te praten en marginaliseerde hij haar tot het punt dat ze het gevoel had dat ze geen andere keuze had dan de gemeenschap te verlaten. Dit was een rode draad in de beschuldigingen zegt een slachtoffer: “Toen ik begon te klagen of anderen aan wilde spreken omdat ik diep getroffen voelde door die ervaring, [van seksueel geweld] werd mij verteld dat ik moest zwijgen, er niet in het openbaar over moest praten, er overheen moest komen, etc. Niet alleen door leiders, maar ook door vrienden in de gemeenschap. Uiteindelijk ben ik vertrokken.’
Winn vindt de vrouwen die zich hebben gemeld volkomen geloofwaardig. Elk individueel verhaal was gedetailleerd, consistent en zij was in staat om claims van een seksuele aanval vast te stellen. Hun individuele verhalen stelden een sterk patroon van gelijkaardig gedrag vast.
Dezelfde vrouw: ‘Vanaf het prille begin heb ik mezelf en anderen (zowel mannen als vrouwen) zien streven naar een plek in de buurt van SMR. Deze party’s vormden een geheime wereld achter de reguliere programma’s en evenementen van de bezoeken van het SMR aan verschillende centra. Ze bleven in de schaduw, prikkelend ons met hun beloften van ongewone en intieme ervaringen met de anders afstandelijk schijnende goeroe. Om uitgenodigd te worden voor zo’n party betekende een soort aanvaarding van de innerlijke mandala, de geheime mandala. Toen ik voor het eerst op deze partijen werd uitgenodigd, was ik opgetogen. Ik had het gevoel dat mijn toewijding herkend en erkend werd en dat ik er nu echt bij hoorde.
Alle party’s hadden een soortgelijk patroon. Ze begonnen met gezellig samenzijn en drinken, muziek en gekheid. Op een gegeven moment werd er gegeten en werd er verder gedronken. De meesten van ons raakten sterk bedwelmd, maar slechts weinigen zo sterk als Sakyong zelf. Hoe meer hij bedwelmd raakte, des te meer demonstreerde hij verschillende soorten activiteiten – spontane poëziewedstrijden, lange monologen. Naast deze (meestal) onschuldige demonstraties voerde hij ook nog een andere activiteit uit. Hij ging na welke vrouw zijn fantasie prikkelde.’
Er zijn ten minste drie vrouwen -buiten het aantal dat bekend was- die door de Sakyong zelf zijn geïdentificeerd (als slachtoffer van seksueel wangedrag). Zij moeten worden gehoord. Er zijn mensen binnen de Shambhala mandala die kennis hebben van deze gebeurtenissen, en anderen die uit de eerste hand hebben gehoord. Zij moeten worden gehoord om de aantijgingen te ondersteunen, vindt Winn.
Er is ten minste volgens de rapportage één hogere leider die wellicht kort na het voorval op de hoogte was van een van de incidenten en niets heeft gedaan, en er is een beschuldiging dat nog drie andere leiders op een later tijdstip in 2011 op de hoogte waren van een voorval.
De vrouwen die zich bij Winn meldden merkten hetzelfde patroon op – dat de Sakyong een vrouw zou uitkiezen tijdens een onderricht of een andere gebeurtenis en dan een kusung zou gebruiken om soms laat in de avond te bellen en haar naar zijn verblijven te brengen om seks met haar te hebben.
Roofzuchtig
Naast het in twijfel trekken van de misdragingen van Sakyong zijn er kusung en andere leiders die door vrouwen met name worden genoemd als vermeende deelnemers aan of vergoelijken van dit gedrag. Als het waar is, zegt Winn, wijst dit op een opmerkelijk roofzuchtig, geïnstitutionaliseerd misbruik van vrouwen dat in geen enkele organisatie getolereerd zou mogen worden, zeker niet door iemand met spirituele doelen. Er zijn beschuldigingen van het vormen van een dekmantel en medeplichtigheid van leiders van Shambhala. Winn: ‘Het geheel van de rapportages maakt me redelijk zeker dat de leden van KC en anderen die Sakyong omringen van deze zogenaamde aanvallen en seksueel wangedrag op de hoogte waren.’
Dezelfde vrouw: ‘Dat uitte zich in een ervaring die zich in de loop der jaren herhaaldelijk voordeed. Toen hij volledig bedwelmd was, trok SMR me in een donkere hoek. Hij kuste me en tastte me terwijl hij mij agressief aanmoedigde om met hem naar bed te gaan. (…) Jaar na jaar heb ik me daartegen verzet. Er was maar één nacht dat ik in het bed van de SMR sliep. Hij was zo dronken dat ik een groot deel van de nacht met een kom klaar zat waarin hij kon braken. Daarna werd er nooit meer over gesproken.
Ik raakte meer en meer in de war over wat toewijding aan de leraar betekende. Ik begon ook een ander repeterend patroon te herkennen. Dit patroon bestond erin dat vrouwen door SMR naar zijn slaapkamer werden geroepen, daar intieme tijd mee doorbrachten en vervolgens zijn interesse verloren. Ze werden afgeschreven. Al deze vrouwen waren het ene moment dichtbij en de volgende minuut onzichtbaar.’
Winn zegt de beweringen van een verkrachting door Sakyong in Chili niet te kunnen beoordelen. Een onafhankelijke derde partij zou als onderzoeker deze aantijging moeten onderzoeken, onder meer over de vraag of er betalingen zijn gedaan om stilzwijgen te kopen.
Er zijn volgens haar nog meer vragen gerezen nu Shambhala International onlangs heeft toegegeven dat er geen mensen meer naar voren komen om gebruik te maken van het zogenoemde zorg- en gedragsproces. Ze beweren dat er geen probleem meer is met seksueel geweld in de gemeenschap. Winn: ‘Ik zou echter willen stellen dat het vertrouwen in het proces is afgebrokkeld, zodat slachtoffers niet langer overwegen om het proces te gebruiken. Interne rechtssystemen breken meestal af in gemeenschappen die geteisterd zijn door seksueel geweld. Bovendien heeft Shambhala International duidelijk gemaakt dat dat proces niet van toepassing is op de Sakyong.’
Dezelfde vrouw: ‘Het observeren van dit patroon en het ervaren van de duw en trekkracht van zijn bedwelmd verlangen voor mij, mijn zintuig van toewijding werd gemengd met gewone emotionele behoeften te zien, van waarderen, gewaardeerd en gewild. Ik had nooit een sterk seksueel verlangen naar SMR, maar ik wilde speciaal en onmisbaar zijn. Ik wilde “degene” zijn die nooit werd afgedankt of in de steek gelaten en ik geloofde jarenlang dat ik een manier had gevonden om mij te beschermen tegen het patroon van schade dat ik hem herhaaldelijk zag aanrichten.
Ik vreesde ik dat als ik me tegen zijn verlangens verzette, ik verbannen zou worden – ik zou de dharma verliezen, mijn vrienden verliezen, mijn leraar verliezen, mijn wereld verliezen. Net als zoveel andere vrouwen bleef ik hopen dat hij zich uiteindelijk zou realiseren dat ik zijn ware metgezel was.
Maar uiteindelijk voelde ik me door mijn gezond verstand en de realiteit van hoe beschaamd, angstig en verbijsterd, geroepen om me uit te spreken. (…)Ik vertelde hem dat ik had gezien hoe hij vrouwen behandelde en ik wilde er niets van weten. Jaren van frustratie en de vraag wat hij wilde van mij borrelden op. Terwijl ik sprak, zat de SMR met een verbijsterd gezicht en zei en zei enige tijd niets Toen hij eindelijk het woord voerde, zei hij dat het hem spijt, dat hij niet van plan was mij pijn te doen. Dat was het. Hij verliet de kamer. Vanaf dat moment sprak hij nooit meer privé met me en beetje bij beetje werd ik uit de binnenste cirkel geduwd. Mijn werk werd overgenomen door anderen.
En er was niemand om naartoe te gaan. Zodra ik ontslagen werd, keerden de hofhouding en bijna al mijn “vrienden” mij de rug toe alsof ik nooit had bestaan. Ik bleef worstelen met het gevoel dat ik iets verkeerds had gedaan.’
Lees ook Isabella van Vliet – ik zal niet langer zwijgen
Lees ook beerput van seksueel wangedrag open bij shambhala
Vincent van der Voort zegt
Heel goed dit op deze wijze te publiceren. Laat niemand ooit weg kunnen komen met dit soort wangedrag.