De Israëlische regering heeft acht Noorse diplomaten het land uitgezet die in Oslo als contactpersoon fungeerden voor de Palestijnse Autoriteit (PA) op de Westelijke Jordaanoever.
Het bevel om de Noren hun diplomatieke status te ontzeggen werd donderdag uitgevaardigd door de Israëlische minister van Buitenlandse Zaken, Israël Katz. Hij verwees naar Oslo’s recente erkenning van Palestijnse soevereiniteit en haar steun voor een klacht tegen hoge Israëlische functionarissen, waaronder premier Benjamin Netanyahu, bij het Internationaal Strafhof (ICC).
Door zijn beleid ‘koos Noorwegen ervoor om… moordenaars en verkrachters te belonen’ in plaats van Israël te helpen in de strijd tegen ‘Palestijns terrorisme’ en ‘de Iraanse as van het kwaad’, verklaarde de minister, eraan toevoegend: ‘Noorwegen heeft een eenzijdig beleid gevoerd met betrekking tot de Palestijnse kwestie en zal daarom worden uitgesloten van elke betrokkenheid daarbij.’
De ICC-zaak waar Katz naar verwees, heeft betrekking op vermeende oorlogsmisdaden begaan door Israëlische functionarissen en leiders van de Palestijnse groep Hamas in de context van de inval van de militanten in het zuiden van Israël in oktober vorig jaar, en de militaire reactie van Israël daarop.
De Noorse diplomaten waren gestationeerd in Tel Aviv en onderhielden contact met de PA, een orgaan dat op gespannen voet staat met Hamas, dat sinds 2007 de Gazastrook controleert. Minister van Buitenlandse Zaken Espen Barth Eide heeft de aanval op zijn personeel omschreven als ‘een extreme actie die in de eerste plaats invloed heeft op ons vermogen om de Palestijnse bevolking te helpen’.