Arjan Mulder schreef een manifest voor een leefbare aarde. In een vlotte en leesbare schrijfstijl onder een prikkelende, min of meer provocerende, titel ‘Hoe niets doen de wereld redt’.
In de eerste acht hoofdstukken schetst de schrijver een doembeeld. Een herkenbaar doembeeld. Hoe ons beperkte verstandelijke brein zichzelf overschat en de ogen sluit voor de intelligentie van de natuur. Hoe we ons bestaan steeds meer hebben opgebouwd op schijnzekerheden. Hoe we ons als mens isoleren en afscheiden van de universele samenhang. Hoe angst regeert en competitie, egoïsme, bezit en macht ons welzijn ondermijnt. Hoe ons energieverbruik disproportioneel is en ernstige disproportionele effecten heeft op natuur, dier en mens. Hoe onze westerse mindset resulteert in egoïsme, controledrang en denken in rechten. Hoe we gevangen zitten in een zelfgebouwd systeem en groepsgedrag destructieve gevolgen heeft.
Al lezend door de eerst negentig pagina’s van het manifest gebeurde het bijna vanzelf. De door de schrijver opgevoerde litanie aan ellende riep bij mij het gevoel op ‘mijn god, er valt aan deze ellende niets meer te doen’. Overvalt dat alleen mij? Of is dat het (uiteraard onbedoelde) gevolg van het schetsen van uitgebreide doembeelden? Het risico van een dergelijke forse benadering, lijkt mij, is het activeren van fatalistisch niets doen. Een gevoel van ‘er valt toch niets meer aan te doen’ dat kan leiden tot ideeën als ‘dan maar in de tempel of grot afwachten op het naderende einde van de mensheid’ of het omgekeerde idee ‘als het onafwendbaar die kant opgaat, laat ik het er dan nog maar eens even goed van nemen’. Een fatalistisch gevoel ontstond ondanks enkele perspectief schetsende oproepen: We zullen rigoureus moeten stoppen met onze huidige levensstijl (bladzijde 59) en Stap uit de collectieve gekte (bladzijde 69) en werd niet weggenomen met een geruststellend gezichtspunt (pagina 57): de aarde heeft de mens niet nodig, de mens heeft de aarde nodig.
Maar bij dit alles blijft de boodschap van Arjan Mulder recht overeind: slagen we er niet in het huidige verwoestende economische (on)tij te keren dan blijft er geen of enkel een rauwe toekomst over voor de mensheid. Maar er is wel altijd aarde, is de troostende boodschap.
De verwijzingen naar de natuurvolken en de oosterse filosofie werkten voor mij in het betoog niet ondersteunend, maar kwamen soms over als een ver van mijn bed show en riepen af en toe de vraag op in hoeverre hierbij sprake is van geïdealiseerd beelden.
Maar dan…
Dan volgt ’Groeien is krimpen’. De titel van hoofdstuk 9. Met als kernvraag ‘blijven groeien op een aarde die niet meegroeit. Kan dat?’. Dit hoofdstuk vormt een opmaat voor praktische ideeën en perspectieven die aan het slot van het boek uit de doeken worden gedaan. Een hoofdstuk met statements als:
- Blijven groeien kost onze gezonde leefomgeving;
- Welvaart gaat over kwantiteit. Welzijn gaat over kwaliteit;
- Steeds meer mensen zien dat;
- Het afzweren van economische groei, is een maatschappelijke en spirituele ontwikkeling.
Hoofdstuk 10 biedt praktische perspectieven. Handreikingen voor alternatief handelen en alternatieven denkwijzen voor de huidige dynamiek, de huidige structuren en de huidige economische paradigma’s. Met inspirerende gedachten en voorbeelden als:
- De meest rationele economie bestaat uit lokale productie met lokale bronnen voor lokale behoeften;
- Terug naar harmonie en menselijke waarden;
- Naar een kleinschalige mens-inclusieve landbouw die bijdraagt aan natuurbehoud; met als voorbeeld landbouwboerderij ‘Bodemzicht’ in Nijmegen.
- En met als apotheose de stelling: Wanneer de mens terugtreedt, zal de natuur ons royaal belonen en weer bloeien.
Aan het slot van het manifest komt dus naar voren dat ‘Niets doen’, ‘Anders doen’ blijkt te zijn. Fundamenteel anders, op basis van het loslaten van het groeiparadigma dat mens, dier en natuur uitbuit en vernietigt, en het inwisselen van dit paradigma voor de acceptatie van krimp. In ultimo eindigt het manifest met een pleidooi om niet alleen zaken los te laten, maar ook dingen te doen. Heel anders te doen, compleet anders te doen.
Kortom, Arjan Mulder heeft een helder ecologisch en spiritueel manifest geschreven. Om zijn oproep voor anders doen kracht bij te zetten reik ik hierbij een ‘strijdlied’ aan, dat ik schreef voor mijn zielsverwant, Vincent Duindam. Zing het in gedachte, op de melodie van het oude socialistische strijdlied:
DE NIEUWE INTERNATIONALE:
Ontwaakt verslaafden van deez aarde
Ontwaakt, laat los en eis niet meer.
De geest van eenvoud komt dan nader,
zij verheft u dan keer op keer.
Wij zijn moe van al het consumeren
en ook de slaafse competitie-nijd.
Wat wij nu echt hebben te leren
is stil genieten, zonder strijd.
Hoort en zie de signalen
redt de aarde van kabaal,
de natuur, onszelf bevrijden:
voor mens en dier, wij allemaal.
Zielen hoort de signalen
redt de aarde van kabaal,
laat natuur ons gaan bevrijden:
mens en dier, wij allemaal.
Tot slot, verdient het prachtige ontwerp van de cover het manifest, van Jonny Lindner uit Freiberg een eervolle vermelding. Moeder aarde, met wriemelende mensjes, die glimlachend haar blik richt op een wolk in de vorm van een hart.
Uitgave Brave New Books
Advies en redactie Charlot Mulder
Eindredactie Wieteke Swarts
Omslag Jonny Lindner, Freiberg, Duitsland,
ISBN 9789464354577