“Morgen komt de timmerman met het bed”, schreef ik afgelopen dinsdag. “Ten minste, als er niets tussenkomt”, voegde ik er aan toe. En je raadt het al: geen bed gezien. Het was nog niet helemaal af, maar op vrijdag 8 juni zou het geleverd kunnen worden. Dat nieuws sluit een beetje aan bij ons gevoel dat de timmerman eigenlijk niet zo goed wist wat hij met de opdracht aan moest. Het paste wel in het plaatje dat hij de tekening kwijt was. We zaten al te denken over een manier om dat netjes op te lossen.
Vandaag kwam er bericht dat de timmerman een auto-ongeluk had gehad en in het ziekenhuis ligt. Dat betekent uitstel voor nog onbepaalde tijd, terwijl het bed het belangrijkste meubelstuk in het huisje is. Neenee, niet daarom, maar omdat het de opbergplaats voor allerlei spullen overdekt en zo aan het oog onttrekt. Zonder bed kunnen we nog niet verhuizen, omdat we de spullen niet kwijt kunnen.
In Nederland zouden we in zo’n geval een andere timmerman zoeken, maar hier loop je aan tegen wat voor ons zo’n beetje het moeilijkst te begrijpen verschijnsel is: gezichtsverlies. Ik heb al eerder blogs erover geschreven maar die weer gewist, omdat het ongelofelijk lastig is om het op een respectvolle manier uit te leggen. Ik blijf nou eenmaal een westerling die de logica van sommige Thaise gebruiken vaak niet kan volgen. Eigenlijk gaat het al fout bij die constatering: westerse logica is namelijk niet hetzelfde als Thaise logica.
We wisten er wel van, van dat gezichtsverlies en dat het moeilijk is om daar mee om te gaan. Toen we net het landje gekocht hadden liepen we er al meteen flink tegenaan bij het maken van een weg. De aannemer had er de verkeerde grond opgegooid. Het leek eerst een berijdbare weg, maar na een flinke regenbui zakte de auto er tot de assen in. Dat moest dus over, vonden we, maar dat kon alleen als we nog eens een keertje zouden lappen. Anders zou voor iedereen duidelijk zijn dat de aannemer broddelwerk had geleverd en dat zou voor hem gezichtsverlies betekenen.
Je zou denken dat dat logisch is, en dat hij dat aan zichzelf te danken heeft, maar dat is onze logica, niet de Thaise. Hier wordt het niet begrepen als je niet probeert te voorkomen dat je iemand gezichtsverlies bezorgt, en bovendien betekent het het onomkeerbare einde van een relatie. Als nieuwkomers kunnen we dat beter voorkomen.
In de afgelopen maanden hebben we een klein beetje geleerd met het gezichtsverliesprobleem om te gaan. Als iemand iets verkeerd last in het huisje, zeggen we dus niet dat hij het verkeerd gelast heeft, maar rekenen netjes af. Dan vragen we een paar dagen later of hij het niet toch nog even anders wil doen, en dat rekenen we dan ook weer netjes af. Dan betalen we weliswaar meer, maar met het prijspeil van hier is dat te overzien. Voor een klein bedragje besparen we de lasser een gênante situatie en stellen we onszelf niet buiten de gemeenschap.
Wat het allemaal extra ingewikkeld maakt is, dat je iemand gezichtsverlies kan bezorgen zonder dat je je ervan bewust bent. Als wij vroegen waarom iets op een bepaalde manier gedaan was, merkten we dat de mensen daar heel ongemakkelijk van werden. Ook als er niks mis was met het werk, maar we gewoon graag wilden weten waarom ze voor een bepaalde methode hadden gekozen. Een Nederlandse directe vraag-en-antwoordcommunicatie kent men hier nauwelijks.
Het leidt allemaal tot een moeilijke positie voor twee goedwillende farang. We maken bepaalde afspraken over hoe iets gedaan moet worden, en zien dan als het klaar is dat het heel anders is gedaan. Waarom vragen is not done, en zeggen dat het niet goed is kan al helemaal niet. Dus resteert alleen accepteren. Meestal is het bij nader inzien ook niet zo vreselijk erg dat het niet helemaal is wat je voor ogen had, maar het is even wennen.
Wat het voor ons extra lastig maakt is dat we in Nederland geleerd hebben dat vragen stellen en kritiek leveren uiteindelijk tot het beste resultaat leiden. Wij weten dat een betonvloer die niet in één keer is gestort en die niet wordt natgehouden tijdens het drogen (klinkt raar, maar dat moet echt in een warm klimaat) gaat scheuren. Scheuren zijn invalswegen voor termieten. Dus waren we niet blij met de in delen gestorte vloer die te snel gedroogd was. Maar dat kunnen we niet uiten. Fouten bestaan niet zolang ze niet benoemd worden, maar als je ze niet benoemt blijven ze gemaakt worden. In Thailand kom je dan ook geen betonvloeren tegen waar geen scheuren in zitten.
Voor ons valt niet te bevatten wat nou precies de gedachte achter dat voorkomen van gezichtsverlies is. Het lijkt er in onze optiek toch wel heel sterk op dat het gebruikt wordt om kritiek te voorkomen. De pikorde speelt er op een of andere manier ook een rol in. Het is bijvoorbeeld uitgesloten dat een werknemer een waarom-vraag aan zijn baas stelt.
Uiteindelijk moet er in al die situaties toch iemand zijn die zijn gezicht verliest, denken wij dan. Als wij betalen voor een modderpad in plaats van voor een begaanbare weg, zijn wij die stomme farang die gewoon alles slikken. Maar ook dat blijkt weer westerse logica; voor de Thai is het gewoon afgedaan als we geaccepteerd hebben dat het modderpad goed is. Dan is er immers geen sprake meer van fouten en kan er dus ook geen gezichtsverlies geleden worden.
En nu moeten we dus iets met dat bed. De tekening is zoek, en waarschijnlijk weet de timmerman sowieso niet wat hij ermee aan moet. In Nederland zou hij dan even bellen en om een kopietje vragen, of eventueel zeggen dat het helaas toch niet ging lukken, maar hier kan dat niet, want dan bezorgt hij zichzelf gezichtsverlies. De bizarre situatie is nu dat de timmerman waarschijnlijk dolgraag van de klus af wil, dat wij dat ook wel willen, maar dat we niet kunnen zeggen dat we de opdracht intrekken. De timmerman zit weliswaar niet in onze directe omgeving, dus we zouden ons niks van zijn gezichtsverlies aan kunnen trekken, maar als gasten hier willen we ons ook weer niet heel bot opstellen, ook al vinden we dat zelf helemaal niet bot. We moeten dus een volkomen buiten hem liggende oorzaak vinden waardoor het echt niet anders kan dan dat hij het bed toch niet hoeft te maken. Mogelijk komt zijn auto-ongeluk, hoe vervelend ook, daartoe goed van pas. Wij moeten echt verhuizen en kunnen niet langer wachten, dus helaas helaas moet het bed snel door iemand afgemaakt worden. Toch nog een soort win-winsituatie.
Voor de Thai is het dan weer onbegrijpelijk dat we het gezichtsverlies niet goed begrijpen. En sowieso dat we het hebben over sommige dingen die een beetje anders gegaan zijn dan de bedoeling was. Bijna alles is immers gewoon goed gegaan en er staat toch een prachtig huisje waar iedereen blij mee is? Daar hebben ze dan weer helemaal gelijk in. Die farang kunnen best wat van de Thai leren.