Alles naar de maan.
De maan is niet de zon
‘De vinger is niet de maan’ is een waarschuwing waar weinig zoekers oor voor hebben. Ze graven zich dieper en dieper in de traditie in, tot ze geen kant meer op kunnen. Prijs de Leer, de hoogste Heer, Hij laat je nooit meer vallen.
‘De vinger is niet de maan’ is nog een halfslachtige waarschuwing ook. De eerste van een reeks van zes die zichzelf in de staart bijt. Een vicieuze cirkel.
Natuurlijk moet je je niet blindstaren op de vinger, maar ook niet op de maan. Dat is gewoon een dode rots.
De maan geeft geen licht, dat denk je maar. Ze is een spiegel, en nog een vuile ook. Hoe langer je poetst, hoe kleiner ze wordt, maar nooit helderder.
De maan is niets zonder de bron die haar verlicht. Het zou beter zijn om met de vinger naar de zon te wijzen.
De zon is niet het oog
Staar je niet blind op de vinger of de maan, dat is de tweede waarschuwing, een uitbreiding van de eerste. Maar ook niet op de zon.
Natuurkundig gezien is een ster geen lichtbron, maar een zwart lichaam dat elektromagnetische straling uitzendt. Pas in het gezichtsorgaan ontstaat voor een klein deel van het elektromagnetische spectrum de sensatie van licht.
Het zou beter zijn om met de vinger naar het oog te wijzen.
Het oog is niet het subject
Staar je niet blind op de vinger, de maan of de zon, dat is de derde waarschuwing, een uitbreiding van de tweede. Maar ook niet op het oog.
Het oog is van zichzelf stekeblind. Het zien vindt plaats in een organisme, in zijn of haar geest, brein, verstand, bewustzijn, of waar het ook precies is dat het beeld ontstaat en ervaren wordt.
Het zou beter zijn om met de vinger naar het subject te wijzen.
Het subject is niet het object
Staar je niet blind op de vinger, de maan, de zon of het oog, dat is de vierde waarschuwing, een uitbreiding van de derde. Maar ook niet op het subject.
Er moet iets zijn om naar te kijken, zonder materie geen zicht.
Het zou beter zijn om met de vinger naar het object te wijzen.
Het object is niet de vinger
Staar je niet blind op de vinger, de maan, de zon, het oog of het subject, dat is de vijfde waarschuwing, een uitbreiding van de vierde. Maar ook niet op het object.
Zonder maan, zon, oog of subject kan er van een zichtbaar object geen sprake zijn.
Dit is de zesde, fatale waarschuwing.
Een onbegrijpelijk geheel
De vinger is niet de maan, de maan is niet de zon, de zon is niet het oog, het oog is niet het zien, het zien is niet het subject en het subject is niet het object – vinger of niet.
Onze waarschuwing is vicieus geworden, de kop is in de kont verdwenen, waar hij thuishoort. De weg is een rotonde zonder afslagen, een enso, een nul.
De vinger wijst via een omweg naar de vinger. De maan weerspiegelt via een omweg de maan. De zon verlicht via een omweg de zon. Het oog ziet via een omweg het oog. Het subject ervaart via een omweg het subject.
Vinger, maan, zon, oog, subject en object, het zijn allemaal abstracties. Schijnbaar zelfstandige entiteiten in een onbegrijpelijk geheel.
Al deze schijnbaar zelfstandige entiteiten verschijnen eerst bij analyse van het onbegrijpelijke zien, dat zich alleen laat lokaliseren in het onbegrijpelijke geheel.
Wat heet lokaliseren. Het onbegrijpelijke geheel bevindt zich niet in één locatie en is niet in zijn geheel gelokaliseerd, zodat het zich zelfs met tienduizend vingers niet laat aanwijzen.
Bovendien zijn ‘het onbegrijpelijke zien’ en ‘het onbegrijpelijke geheel’ opnieuw abstracties. Loze labels om je onwetendheid toe te dekken. Voor je het weet ga je ze ‘Bewustzijn’ en ‘Eenheid’ noemen en stamp je de volgende traditie uit de grond in plaats van de vorige erin.