Reddend zwammen met Meister Minder.
Leerling: Hoe ontsnap ik aan mijn gedachtestroom?
Meester: Waar is je vorige gedachte?
Leerling: Die is al weg.
Meester: Waar is je volgende gedachte?
Leerling: Die moet nog komen.
Meester: Welke gedachte heb je nu?
Leerling: Deze.
Meester: Hoe weet je dan dat er sprake is van een stroom?
Leerling: Omdat ik me mijn vorige gedachten herinner.
Meester: Hoe weet je dat die herinnering meer is dan een gedachte nu?
Leerling: …
Meester: Zo ontsnap je aan je gedachtestroom.
Leerling: Dus u gelooft dat de gedachtestroom een illusie is?
Meester: Natuurlijk niet.
Leerling: Dus u gelooft dat de gedachtestroom reëel is?
Meester: Natuurlijk niet.
Leerling: Gelooft u dan dat de gedachtestroom zowel reëel als illusoir is?
Meester: Natuurlijk niet.
Leerling: Gelooft u dan dat de gedachtestroom noch reëel noch illusoir is?
Meester: Natuurlijk niet.
Leerling: Waarom zeg u steeds ‘natuurlijk niet’?
Meester: Zo ontsnap ik aan mijn gedachtestroom.
Leerling: Hoe is het als je aan je gedachtestroom ontsnapt bent?
Meester: Vraag maar aan iemand die aan zijn gedachtestroom ontsnapt is.
Leerling: Bent u niet zo iemand?
Meester: Dat weet ik niet.
Leerling: Waarom zegt u dan steeds ‘zo ontsnap ik aan mijn gedachtestroom’?
Meester: Zo ontsnap ik aan mijn gedachtestroom.
Leerling: Tja.
Meester: En anders wel aan de jouwe.