40 Katieïsmen om te onderzoeken. Zijn ze waar? Kun je dat wel weten? Wat gebeurt er als je ze gelooft? Wie zou je zijn zonder die gedachten? Keer ze om.
Hieronder een selectie van gevleugelde woorden van Byron Katie waarmee je zelf aan Het Werk kunt gaan. Aan elk ervan heb ik in deze serie minstens één dialoog gewijd. Een officiële canon is het niet maar ze zijn wel representatief.
Als jouw favoriete Katieïsmen er niet bij staan kun je ze toevoegen. Ook troetelgedachten van eigen makelij mogen erbij. Hoe liever hoe beter. Kill your darlings.
Toegegeven, je lievelingen doden is opnieuw half werk. Maar nu de andere helft. Je betere helft.
1
“Je gelooft wat je denkt of je onderzoekt het. Er is geen andere keus.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
2
“Het ergste wat je kan overkomen is een niet onderzochte gedachte.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
3
“Je kunt je gedachten niet uitzetten maar je kunt ze wel onderzoeken.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
4
“Als je je gedachten niet langer gelooft verlies je nooit meer je kalmte.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
5
“Mijn geluk is niet afhankelijk van andermans geluk.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
6
“Als je strijdt met de realiteit zul je verliezen.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
7
“Alles wat er gebeurt is de wil van God. Als je dat beseft ben je binnen.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
8
“Als ik boom zeg wend ik me af van de realiteit.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
9
“Liefde is wat wij zijn zonder verhaal.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
10
“De lakmoesproef voor zelfrealisatie is een constante staat van dankbaarheid.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
11
“Wij lijden aan onze opvattingen over het leven, nooit aan het leven zelf.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
12
“De realiteit is altijd vriendelijker dan je gedachten erover.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
13
“Het laatste verhaal – God is alles, God is goed.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
14
“Hoe helderder de geest wordt hoe meer hij een vriendelijk universum projecteert.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
15
“De hele wereld is mijn eigen verhaal, teruggekaatst op het scherm van mijn waarneming.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
16
“Wij zijn nooit echt de baas. Dat denken we alleen maar als alles meezit.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
17
“De wereld waarin je leeft is voor honderd procent je eigen verantwoordelijkheid.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
18
“Vrijheid is nooit een moment van angst, woede of verdriet meemaken.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
19
“Uiteindelijk ben ik alles wat ik kan weten.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
20
“De enige met wie je ooit te maken hebt ben je zelf.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
21
“Alle problemen hebben maar één doel, jouw zelfrealisatie.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
22
“Als je je gedachten niet gelooft ben je alles.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
23
“Er zal pas vrede zijn, in onszelf, in onze families en in de wereld, als we onze gedachten niet meer geloven.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
24
“Alles gebeurt voor jou, niet met jou.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
25
“Alles komt precies op tijd.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
26
“Je krijgt nooit meer pijn dan je aankan.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
27
“De ultieme – en eigenlijk de enige – relatie die je hebt is de relatie met je eigen gedachten.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
28
“Aangezien het verleden niet echt is en de toekomst ook niet, gaan al je gedachten nergens over.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
29
“We zeggen tegen anderen alleen wat we zelf willen horen.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
30
“Liefde omarmt alles.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
31
“Het is ondenkbaar dat een heldere geest een ongelukkig leven kan leiden.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
32
“Trauma is niets anders dan vastzitten in wat je gelooft.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
33
“Eet-, drink- en depressiestoornissen zijn eigenlijk denkstoornissen.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
34
“Angst is altijd het resultaat van een niet onderzocht verleden voorgesteld als toekomst.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
35
“Angst heeft maar twee oorzaken, de gedachte te verliezen wat je hebt en de gedachte niet te krijgen wat je wilt.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
36
“Als je elders bent met je gedachten mis je het echte leven.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
37
“Je eigen denken begrijpen is alle denken begrijpen.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
38
“Iedereen in je leven is een voorstelling van je verbeelding – zelfs jij.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
39
“De wereld is niets dan mijn waarneming ervan.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.
40
“Het is uiteindelijk niet wat er gebeurt dat ons gevangen houdt, maar onze beleving ervan.”
Is dat waar?
Kun je dat wel weten?
Wat gebeurt er als je dat gelooft?
Wie zou je zijn zonder die gedachte?
Keer het om.