Afgelopen weekend las ik in de Volkskrant een interessant artikel over “Waarom Nederland zo weinig 100-jarigen kent, en wat we van de Ieren kunnen leren” (zie https://www.volkskrant.nl/wetenschap/waarom-nederland-zo-weinig-100-jarigen-kent-en-wat-we-van-de-ieren-kunnen-leren~baee048b/). Per miljoen inwoners telt Ierland verreweg de meeste honderdplussers van Europa. Op grote afstand gevolgd door Hongarije, Frankrijk, Griekenland en Cyprus. Nederland staat slechts op plaats 19. Wereldwijd heeft Japan de meeste honderdjarigen. Volgens het artikel zijn dit de factoren die bijdragen aan het bereiken van een hoge leeftijd: armoede, een hechte gemeenschap, en eten uit de moestuin. Het is geen gemakkelijke boodschap voor de mens van nu, maar wie weinig eet, leeft over het algemeen langer. In Okinama zegt men in plaats van “eet smakelijk” “hara hachi bu”, wat zoveel betekent als “eet tot je maag 80% vol is”. Naast genetische aanleg en leefomstandigheden speelt cultuur een grote rol. “Het verschil tussen Duitsland en Frankrijk in levensverwachting is groot, en dat verschil begint direct bij de grens. … Bewoners ademen dezelfde lucht in, dus je gaat al snel denken dat het iets met Bratwursten en rode wijn te maken heeft.” Ook heeft Zeeland naar verhouding meer honderdjarigen dan Brabant en Limburg.
Het recept om honderd te worden is volgens de auteurs: eet matig, eet samen, eet uit eigen moestuin. Vegetarisch of plantaardig eten wordt niet genoemd in het artikel, maar ik kan me zo voorstellen dat in die arme, rurale gebieden honderd jaar geleden toen onze honderdjarigen geboren werden, alleen al vanwege de armoede veel meer plantaardig dan dierlijk voedsel werd gegeten.
In diezelfde krant stond in een ander lezenswaardig artikel (https://www.volkskrant.nl/wetenschap/hoe-in-de-19de-eeuw-het-ve-ge-ta-ris-me-in-nederland-van-een-misdaad-een-trend-werd~bda4cfbe/):
“Met een vast aantal vierkante meters konden boeren meer vegetariërs voeden dan vleeseters. Vanaf de Eerste Wereldoorlog woog dat inzicht zwaar, want toen dreigden ook in neutraal Nederland tekorten …Na de oorlog leefde daarom het besef dat de overheid burgers moest voorbereiden op een nieuwe, soortgelijke ramp… Daarom kwam er in 1937 een Rijksbureau voor de Voorbereiding van de Voedselvoorziening in Oorlogstijd dat Nederland minder kwetsbaar moest maken voor een nieuwe wereldoorlog. Als die begon, bepaalde het Rijksbureau, dan moest een groot deel van het vee plaatsmaken voor akkerbouw, zodat er voldoende voedsel beschikbaar zou blijven, ook als voedselimporten uit het buitenland zouden komen stil te liggen. Zo geschiedde, en daardoor had Nederland in de eerste oorlogsjaren gezond te eten, totdat de Duitse bezetter zo veel schade had aangericht dat de Hongerwinter onvermijdelijk werd. Het Rijksbureau had dus belangrijk werk verricht, maar voor het aanzien van plantaardig voedsel was dit slecht nieuws. Door de oorlog associeerden Nederlanders vegetarisme met schaarste en soberheid. En dat de aanstichter van alle verschrikkingen, Adolf Hitler, beweerde vegetarisch te eten, deed de zaak ook geen goed. Na de oorlog zat het vegetarisme daardoor in een dip.”
Maar waar zijn dan al die vegetarische en plantaardige recepten gebleven, de traditionele recepten die uit zichzelf al plantaardig waren, lang voordat er kant-en-klare vlees- en zuivelvervangers waren? Mijn plan was om op onderzoek uit te gaan, helaas ligt dat onderzoek momenteel stil. Fijn als je reageert met anekdotes, tips of recepten door hieronder een reactie achter te laten. Mailen mag ook (janaverboom apenstaartje gmail punt com).
Vandaag deel ik hier een Georgische vegaklassieker: auberginerolletjes met walnootvulling (nigvziani badrijani). Alle ingrediënten zouden zomaar uit een mediterrane moestuin kunnen komen. Een heerlijk borrelhapje of bijgerecht.
Ingrediënten:
- 200 gram walnoten
- 2 knoflooktenen, gepeld
- Ongeveer 6 eetlepels water
- 1 theelepel gemalen korianderzaad
- 1 theelepel gemalen fenegriekzaad
- snufje chilivlokken of -poeder
- 1-2 eetlepels wijnazijn
- 3 aubergines
- olijfolie
- handje granaatappelpitjes
- verse peterselie
Bereiding
Snijd de aubergines in de lengte in plakken van ongeveer 0.5-1 cm dik. De meeste recepten raden aan om nu de plakken met zout te bestrooien, uit te laten lekken, af te spoelen en droog te deppen, maar ik vind dat overbodig. Nooit iets gemerkt van een bittere smaak. Misschien is dat iets van heel vroeger. De aubergineplakjes kunnen gebakken worden in olie, gegrild in een grillpan, gegrild in de oven, of gebakken in de oven (200 graden, ca. 25 minuten). Ik had ook al gevulde wijnbladeren in de oven staan, dus ik koos voor die laatste optie. Soms gebruik ik de grillpan. Je krijgt dan mooie grillstreepjes, maar het ontbreken daarvan vond ik even minder erg. Besmeer ze voor het bakken of grillen met olijfolie. Laat, eenmaal gaar, afkoelen.
Maal ondertussen de walnoten en knoflook in een keukenmachine fijn, samen met de koriander, fenegriek, chili en azijn. Voeg genoeg water toe tot er een gladde saus ontstaat. Breng op smaak met zout.
Maak de auberginerolletjes: besmeer elke plak met walnotenmengsel, rol op en leg op een schaal. Bestrooi de rolletjes eventueel met peterselie en eventueel granaatappelpitjes. Hara hachi bu!
G.J. Smeets zegt
Sorry Jana maar wat is er zo speciaal of aantrekkelijk aan om 100 jaar oud te worden? Voedsel is om de dag door te komen niet om je (klein)kinderen te overleven. What’s up?
Je recept voor de Georgische vegaklassieker is voor menigeenm een brainer. Niemand kan dat betalen behalve rijke mensen. Granaatappelpitjes, walnoten. Met Euro 15,- (ruwe schatting) komt Jan met de Pet met dit recept niet weg. Ik wil maar zeggen… etc..
Jana zegt
Oh maar je moet ook nooit granaatappelpitjes in een plastic bakje kopen! Een granaatappel kost op de markt ongeveer een euro, je kunt een halve granaatappel lang bewaren (koelkast), in dit recept zat voor ongeveer €0.50 aan granaatappel. Walnoten koop ik per 500 gram bij de Lidl. Dit gerecht is echt niet prijzig.
Ik bespaar juist veel geld door alles zelf te maken. Worst en kaas bij de borrel is waarschijnlijk een stuk duurder.
En nee, ik wil geen 100 worden. Wel wil ik gezond zijn. Honderd jaar worden zie ik als een indicator voor gezond leven.