Zenleraar Edel Maex wil achttiende-eeuwse samenlevingswaarden revitaliseren. Voor een maatschappelijk betrokken zenbeoefening is dit echter onnodig en ongewenst.
“Boeddha kan nooit ofte nimmer worden gekend als object, maar alleen als Zelf-ontwaakte existentie, als Ontwaken ontwaakt tot Zichzelf,” zo omschreef de naoorlogse Japanse zenvernieuwer Hisamatsu Shin’ichi (1889-1980) in een moderne formulering een kerninzicht dat het zenboeddhisme heeft verkondigd sinds zijn begintijd onder leiding van zijn legendarische stichter Bodhidharma.
Nationalisme en imperialisme hadden Japan na een verwoestende oorlog tot op de rand van de afgrond gebracht. Maar Hisamatsu had evenmin fiducie in het vrije Westen, dat in naam van zijn hoge verlichtingsidealen een orgie van geweld had laten losbarsten om zijn economische belangen op wereldschaal veilig te stellen. Als filosoof behorend tot de kring van de Kyoto-school had hij een scherp ontwikkelde blik voor het nihilisme dat regeerde in het hart van Oost én West.
In een artikel in het Boeddhistisch Dagblad van 26 april 2018 met de prikkelende titel ‘Zen is politiek’ steekt de Antwerpse arts en zenleraar Edel Maex de loftrompet over diezelfde verlichtingsidealen. Maex maakt zich er zorgen over dat onverdraagzaamheid en handelen uit eigenbelang in verschillende delen van de wereld toenemen. Aan de historische periode in de achttiende eeuw die wij ‘de Verlichting’ noemen, ontleent hij samenlevingswaarden zoals vrijheid, gelijkheid en broederschap (een motto van de Franse Revolutie). Voor deze waarden zouden wij volgens Maex nadrukkelijker moeten kiezen.
En niet alleen wij, individuele burgers, maar ook wij, zenbeoefenaars. Maex: “De bottomline van de samenleving zijn de keuzes die wij maken. In die zin is zen politiek. De bodhisattvagelofte ‘Hoe talloos de levende wezen ook zijn, ik beloof ze alle te bevrijden’ is een oude boeddhistische verwoording van de keuze voor bevrijding en solidariteit.”
Wat Maex hier ten beste geeft, is een hedendaags voorbeeld van geëngageerd boeddhisme. Als spirituele bewegingen hebben zen én boeddhisme vóór het midden van de twintigste eeuw nooit geëxcelleerd in politiek-maatschappelijke betrokkenheid. Maar sinds dat wel gebeurt, door navolging van pioniers zoals Hisamatsu en Thich Nhat Hanh, zijn het hoofdzakelijk intrinsieke boeddhistische waarden die voorstanders het pad van het geëngageerde boeddhisme doen opgaan.
Als individuele burger kan ik wel enige sympathie opbrengen voor de oproep van Maex om tegen de tekenen van onverdraagzaamheid in de samenlevingswaarden van de historische Verlichting te koesteren. Maar als zenboeddhist vind ik het onnodig en ongewenst om zen te verbinden met de idealen van de Verlichting.
Zen heeft zelf alles in huis voor maatschappelijk engagement. De Verlichting er bij halen wekt maar verwarring. Want laten we niet vergeten dat de Verlichting de Rede in het zadel hielp en een periode van onttovering inluidde, die mensen van zichzelf en de wereld vervreemdde, met alle gevolgen vandien. De filosoof Immanuel Kant (1724-1804), die Maex in zijn artikel ten tonele voert, bracht de zo-heid van objecten buiten het domein van het menselijk kenvermogen, een inzicht dat haaks staat op de ervaringshorizon van Zen.
De Verlichting kent haar verdiensten, maar heeft een blinde vlek voor het nihilisme dat maatschappelijk geëngageerde zenboeddhisten routineus in hun blikveld betrekken. De bevrijding en de solidariteit die Maex verbindt met de eerste bodhisattvagelofte gaan dan ook nog een paar tandjes dieper dan die welke de verlichtingsidealen beogen.
Als je zen en politiek dichter bij elkaar wilt brengen, dan heb je wat mij betreft genoeg aan Hisamatsu’s ‘Gelofte aan de mensheid’ uit 1951 (vertaling Maha Karuna Ch’an, 2007), gehouwen uit massief zen, en niet vermengd met westerse verlichtingsidealen:
“Kalm en evenwichtig:
Laat ons ontwaken tot ons ware Zelf,
mensen worden, vol van mededogen.
Onze gaven ten volle ontplooien,
ieder volgens de eigen roeping in het leven.
Ons bewust worden van de doodsstrijd
persoonlijk en maatschappelijk
en de bron ervan onderkennen.
De juiste richting ontdekken
waarin de geschiedenis zou moeten voortgaan
en elkaar de hand reiken
zonder onderscheid naar man- of vrouw-zijn,
zonder onderscheid naar ras, natie of klasse.
Laat ons met mededogen de gelofte afleggen
het diepe verlangen van de mensheid
naar bevrijding van haar ware Zelf
werkelijkheid te doen worden
en een wereld bouwen
waarin iedereen
waarachtig en in heelheid kan leven.”
Namu Amida Butsu,
Taigu
Piet Nusteleijn zegt
Een gelofte van Hisamatsu, gehouwen uit massief Zen….een bede.
Edel Maex doet een oproep om te kiezen voor waarden. Uit verlichtingsoogpunt.
In deze reactie beschrijf ik dit maken van keuzes, als “kiezen voor vergoddelijking”, in de strijd tegen de verontmenselijking.
In het boek ‘Krishnamurti’ van Carlo Suarès (1934?- oud Nederlands) tref ik een treffende omschrijving aan van ZEN (“gehouwen uit massief Zen”)en het begrip ‘ontgoddelijken”,
op.175:
‘De menschen leeren heden ten dage de wereld te ontgoddelijken, niet door scepticisme, door ongeloof (ongeloof verschilt in wezen niet van geloof, het behoort even goed tot het “ik”), maar door de ontplooiing en de verdwijning van het individueel bewustzijn in het Nu, wat de vervulling (vervulling staat schuingedrukt) van de tijd is en van datgene, wat “ik” God noemde’.