Johannes Martens, Marten Johannes, Grietje Barelds, Johannes, Geertrui, Alie, Henk, Frans, Grietje, Franciscus Cornelis, Geertrui, Truus, Martha, Greta, Bart, Laurent, Evert, Janus, Marian, Govert, Wally, Toon, Corrie, Eugène, Anna, Paul, Jan, Teun, Teunis, Adriana, Piet, Cor, Wim, Pierre. Cor. Fokje, Tietje. Fietje. Dirk. Jacob, Jan, Theo. Alie, Toon. Miep, Gerard. Mia, Reina, Rink. Jannie. Mia. Wim, Thijm. Paul.
Het zijn namen van overleden familieleden, vrienden en collega’s van mij. Zomaar een greep in mijn geheugen. Er kunnen er nog wel honderden worden toegevoegd als ik mijn geheugen uitwring en mijn stamboom raadpleeg. De norm is dan wel dat ik deze mensen gekend moet hebben bij leven.
Ik denk de laatste weken veel na over het fenomeen dood. Nee, ik schrijf nu niet dat ik nog vele jaren wil leven, al is dat wel het geval. Maar het is zo’n dooddoener. Als je lichaam sterft, ben je dan dood? Ja, je lijf wel, dat gaat de grond in of het vuur. Maar ben ik meer dan mijn lijf? Ze zeggen dat het lichaam het voertuig is van de geest. Zijn er ook ikken zonder voertuig? Heeft een brein, een geest, een lijf nodig? Ik ben in een doolhof van het leven beland. Ook tijdens het leven kan je je de vraag stellen: wie denkt er eigenlijk als er merkwaardige zaken in je hoofd opkomen. Hoeveel personen zitten er in je hoofd? Zijn ze er tegelijk, of speelt het ik- dat niet bestaat, rollen? Peter Pijls kan er als onze columnist boeiend over schrijven.
Het is zware kost, dat besef ik wel. Een paar maanden geleden was mijn kleinzoon bij mij. Een denker. Opa en kleinzoon spraken over doodgaan. Het doodgaan van opa, op langere termijn. Beiden bespraken of er wel iemand verdriet zou hebben als opa vertrok. Of er iemand zou huilen. Ik dacht van niet hou wel van drama in de familiekring. Mijn kleinzoon wilde mij troosten, dat rare idee uit de kop wegwerken. ‘Als jij bent overleden, opa, zullen mijn broertje en ik heel hard huilen.’ Hij keek er verheugd bij. Dat is hartstikke goed, zei ik. Mag ik nu een blauw ijsje, vroeg het kleinkind.
Moge iedereen gelukkig, gezond en veilig zijn, niemand uitgezonderd.
Vrede en alle goeds, zeggen de Franciscanen.
Moedig voorwaarts!

Geef een reactie