Wat moet je als boeddhist aan met zenuwgas in Syrië? Een pleidooi voor een geëngageerd antwoord: een voettocht voor de vrede naar Damascus
Mijn militaire dienstplicht vervulde ik een kwart eeuw geleden op de officiersschool van de Koninkijke Luchtmacht, toentertijd gevestigd op de vliegbasis Gilze-Rijen, halverwege Breda en Tilburg. Met mijn achtergrond in de journalistiek en een geschiedenisbul op zak werd ik in staat geacht om als stafdocent cursussen te geven over vrede en veiligheid aan officieren in opleiding. Ik had een brede portefeuille die zowel de geschiedenis van de internationale betrekkingen omvatte, als het defensiebeleid van de NAVO, maatschappelijke kritiek op de krijgsmacht, mensenrechten, humanitair oorlogsrecht en nog het een en ander.
Ook nucleaire, bacteriologische en chemische oorlogsvoering behoorde tot mijn takenpakket. Ergens in die anderhalf jaar werd ik door de schoolcommandant, een luchtmachtkolonel, uitgenodigd voor een besloten symposium dat op de basis werd gehouden over dit vrolijk makende onderwerp. Op de dag zelf verscheen er als spreker in ons midden een besnorde officier van de militaire inlichtingdienst, die bij zijn binnenkomst driftig overleg begon te voeren met mijn schoolcommandant. Er was een vreemde in de zaal, iemand die onvoldoende ‘security clearance’ bezat en bovendien verdachte connecties met de journalistiek onderhield. Ik werd erbij geroepen. Mijn commandant hield voet bij stuk. “De vaandrig blijft hier. Mijn verantwoordelijkheid.” En daarmee was het geregeld.
Blaarvorming
Wat volgde was een diavertoning met beelden afkomstig van ‘bondgenootschappelijke inlichtingenvergaring’, live uit ‘krijgstheaters’ waar chemische wapens waren ingezet. De verschrikkingen die ik te zien kreeg, staan in mijn geheugen gegrift. Mosterdgas met zijn afschuwelijke blaarvorming, sarin en ander zenuwgas dat mensen al stuiptrekkend tot de verstikkingsdood brengt. Zulke dingen moet je weten als leidinggevende op een vliegbasis want als de pleuris uitbreekt dan zijn chemische wapens bij uitstek een middel dat jou op jouw ‘strategische locatie’ kan treffen. Gezellige gedachte.
Nu zie ik doodgewone mensen in het achterland van Damascus. Levenloos, met het schuim op de mond en vertrokken ledematen, op de foto’s in de media. Dit brengt in mijn herinnering de plaatjes naar boven die de besnorde inlichtingenofficier me indertijd voorschotelde. En het niet toereikende gevoel van afschuw, het tekort aan een bijpassende reactie en de walging, de onversneden, misselijk makende walging over hetgeen mensen elkaar kunnen aandoen.
Ik ben niet blind voor al het andere. Mensen worden wereldwijd vervolgd en soms gemarteld om wie ze zijn en wat ze denken. Er vallen dagelijks burgerdoden in de grotere en kleinere conflicten die onze planeet rijk is, ook in Syrië waar de teller inmiddels op meer dan 100.000 slachtoffers staat. Chemische wapens hebben al tijdens de Eerste Wereldoorlog vele levens geëist in de loopgraven van Frankrijk. En onlangs, begin augustus, was de jaarlijkse herdenking van de aanval met Amerikaanse atoomwapens op Hiroshima en Nagasaki in 1945.
Lijkstoeten
Wat moet je als boeddhist met al dit lijden dat zich aan je geestesoog voltrekt? In ‘Zen en de dood’, een opstel van Nico Tydeman in de bundel De karper is uit het net (2012), lees ik dat de ware zenbeoefenaar de dimensie van de dood bij voortduring opzoekt, in zijn (of haar) beoefening en levenspraktijk. Historisch gezien voelen zenmonniken een vreemde aantrekkingskracht tot begraafplaatsen, lijkstoeten en gebieden waar epidemieën slachtingen aanrichtten. De grote zaak van leven en dood: je kunt het niet serieus en letterlijk genoeg nemen. De ware zenbeoefening richt zich niet op geluksvermeerdering in deze wereld, maar op het cultiveren van een bijzonder soort doodsnabijheid in het hier en nu en een spijkerhard, achteloos gebrek aan medeleven met stervenden die vasthouden aan een illusoir ego. Durft iemand deze houding aan te nemen tegen de mensen die in Syrië doodgaan?
Tydeman zegt ook niet dat zen zo is of moet zijn; hij geeft voorbeelden uit de geschiedenis van de relatie tussen zen en de dood. Het is ook niet alsof zen de doodsfixatie van een vreemde heeft, want ook de Boeddha beval zijn leerlingen al aan meditatie op lichamelijk verval vergezeld te doen gaan van visualisatie van lijkontbinding en dergelijke. Ik weet niet of ik het wel aankan, ‘zitten’ met deze beelden van onschuldige Syrische kinderen op de voorpagina van mijn avondkrant, vermengd met de herinnering aan wat ik zag tijdens mijn militaire diensttijd. Zitten, ademen, toelaten, niet veroordelen, ik ken het procedé, maar wanneer ik mijn kruintje omhoogtrek en mijn kin naar binnen, dan moet ik oppassen dat ik niet ga kokhalzen voordat ik goed en wel begonnen ben. Dus, ben ik eigenlijk wel een goede zenboeddhist?
Verlossing
In het zicht van al dit acute lijden lijkt zitten op een kussen welhaast een hinayana-achtige bezigheid, gericht op persoonlijke verlossing, in een soort regressiebeweging van het dharmawiel. Op deze momenten voel ik de hartenklop van Thich Nhat Hanh en zijn geëngageerde, naar de maatschappelijke praxis gerichte boeddhisme. Voetstap voor voetstap lopen voor vrede en verzoening in jezelf en in de ander: moeten we geen voettocht starten naar Syrië en wanneer onze kleding in de conflictgebieden doordrenkt raakt met de resten van zenuwgas, even onverschrikt de dood onder ogen zien als de plaatselijke hulpverleners die dit nu, op dit ogenblik overkomt. Blij toe: verlost van dit omhulsel en zijn verwarring gaan we terug naar onze oorsprong, al dan niet in afwachting van een volgende incarnatie van onze karmische erfenis.
Boeddhisten, er is meer dan alleen Tibet op deze aardkloot. Er is meer dan ons persoonlijk lijden. Er is meer dat we voor de wereld kunnen doen dan mediteren voor het heil van de mensheid. Er is meer dan de zekerheid van huis en haard. Als we met zijn allen te voet naar Syrië trekken, dan is de zaak daar snel bekeken. Het zou ook een mooi precedent kunnen zijn voor andere conflicten.
Ik schrijf uit machteloosheid, uit walging. Wat precies het juiste boeddhistische antwoord is op deze situatie, weet ik ook niet. Maar als iemand me gaat vertellen dat wat zich in Syrië afspeelt, ook maar iets is dat zich aan mijn skandha’s voordoet, en dat ik in meditatie moet neerzijgen totdat ik van deze voorstelling gezuiverd ben, dan ga ik gillen, keihard gillen, totdat mijn roep over dit onrecht zich vermengt met dat van de mensen die overal ter wereld snakken naar daadwerkelijk geuite compassie.
Piet Nusteleijn zegt
Taigu, we zijn bijna vijf jaar verder, heeft jouw roep over onrecht en onmenselijkheid zich vermengd met ontzettend veel mensen. Al die mensen stellen zich, ook onmachtig, de vraag “waarom gebeurt het en waarom blijft dit gebeuren?” En, “hoe kunnen we het lijden beëindigen?
Toch: Doorgaan, al-een, alleen het éne te doen.
Wees gelukkig, met groet.
Taigu zegt
Misschien goed op te merken dat het initiatief voor de herplaatsing van dit stuk van de redactie is uitgegaan, naar aanleiding van de actualiteit in Syrië en de onmacht die mensen daarbij opnieuw ervaren.