‘Ik worstelde als klein meisje al met de vraag waarom ik mezelf als een geest met een lichaam zie, maar niet omgekeerd: een lichaam met een geest. Terwijl dat wel is wat de wetenschap zegt: een materieel lichaam waarin ergens bewustzijn ontstaat. Zomaar.’
Aldus Sarah Durston, hoogleraar biologische psychiatrie aan de Universiteit Utrecht, in een interview in de Volkskrant van afgelopen maandag. De aanleiding is een boekje dat zij samen met psychotherapeut Ton Baggerman schreef over bewustzijn.
Ik vind die opmerking van Durston een klein juweeltje. Immers, wat staat hier? Om de werkelijkheid te duiden, moet de mensheid het doen met onvolkomen etiketten. Ook in de wetenschap.
Dat het onderscheid lichaam/geest slechts een werkhypothese is, wordt bijna altijd vergeten. In het dagelijks spraakgebruik is het ingeburgerd. ‘Een gezonde geest in een gezond lichaam’. En de wetenschap heeft dankzij het onderscheid het lichaam kunnen bestuderen alsof de geest er even niet toe doet.
Interessant is dat atheïsten vaak de lichamelijk-materiële kant van ons menszijn benadrukken als argument tegen alle godsdienstigheid. Religies verkondigen nogal eens dat de geest sterker is dan het lichaam en het zelfs als ziel overleeft. Als echter niet geest en ziel maar lichaam en materie het laatste woord hebben, slaan die godsdienstige vooruitzichten nergens op.
De betrekkelijkheid van het onderscheid klinkt niet door in de waarheidsclaims van beide kanten. Toch zou het bij alle godsdienstige en wetenschappelijke zoeken bevrijdend werken als we doorhebben dat we allemaal spelen met begrippen waarmee we onze o zo weerbarstige werkelijkheid trachten te benoemen.
Ons bewustzijn speelt met etiketten. In de wetenschap, in de religie, en in alles daar tussenin.
Sarah Durston and Ton Baggerman, The Universe, Life and Everything…: Dialogues on our Changing Understanding of Reality. Amsterdam University Press, 2017, 110 blz. Open access, te downloaden via aup.nl.
G.J. Smeets zegt
“Ons bewustzijn speelt met etiketten. In de wetenschap, in de religie, en in alles daar tussenin.”
Is dat wel zo?
Me dunkt dat het de taal is die met etiketten speelt, niet het bewustzijn. Nog afgezien van het raadsel wat bewustzijn zijn en dat niemand ooit heeft opgelost zonder in metaforen te spreken.
– wetenschap is uiteraard talig maar speelt niet met etiketten, wel met hypotheses die je kunt testen en meetgegevens die controleerbaar / corrigeerbaar zijn.
– religie is uiteraard ook talig en speelt evenmin met etiketten, wel met metaforen. En i.t.t. wetenschappelijk taalgebruik zijn metaforen niet testbaar, wel proefbaar.
Piet Nusteleijn zegt
Met het denken verwoorden ‘we’.
Het bewustzijn doet niets; het speelt ook niet.
Waar de scheiding is tussen geest en lichaam is ook niet aan te geven. Is er wel een grens? Ik denk toch zomaar, dat die grens feitelijk niet bestaat.
Religie is ook een product van ‘het denken’.
Nog even terugkomen op ‘het bewustzijn’.
Misschien produceert Bewustzijn: lichamen, geesten en zielen. Dan doet ‘ze’ toch wel heel veel…
Een fijne dag toegewenst, met groet.
Siebe zegt
Aldus heb ik gelezen in de sutta’s:
Zonder dat er bij een bevruchte eicel een element van bewustzijn aanwezig is, komt deze bevruchte eicel niet verder tot ontwikkeling. Dit bewustzijn is niet het bewustzijn van de vader of moeder maar schijnt iets te zijn wat als een soort (informatie)stroom uit een vorige leven komt. Kennelijk is deze informatie mede bepalend of en hoe het lichaam verder zich ontwikkelt.
groet,
Piet Nusteleijn zegt
Sorry. Bewustzijn is in ieder geval gender-neutraal. Dus:
“Dan doet HET toch wel heel veel…”
Een correctie op mijn reactie van 10.14…
Piet Nusteleijn zegt
Siebe, dit is een reactie op jouw 14-10, 20.15.
Dat wat niet geboren wordt en niet sterft: Bewustzijn.
Dit Bewustzijn, dit onpersoonlijke bewustzijn, brengt leven in die eicellen en “produceert” de eenheden (lichaam, geest, ziel)
Jij las dat het uit een stroom (van informatie) komt uit een vorig leven.
Ik lees ook over ‘de stroom’en begrijp dat er sprake is van het leven dat ‘de stroom’ genoemd wordt.
Er is één ononderbroken stroom. Ik denk dat daar ook het woord “Bewustzijn ” aan gegeven kan worden.
Na het menselijke leven lost dit leven weer op in die stroom.
Wanneer je spreekt over ‘een vorig leven’, moet je dit mi. niet persoonlijk opvatten. Reïncarnatie bestaat niet. Niet die persoonlijke reïncarnatie. Ik bedoel dit: “ik kom niet terug” Mijn vorm verdwijnt en komt niet terug. Er gaat wel iets verder en dat is opnieuw Bewustzijn. Nee, niet nieuw, maar verder, ononderbroken.