“How do we begin to create peace on this planet if we don’t even recognise the basic fact that the reality we live in, part is of an interrelated and interdependent structure?”
“Hoe kunnen we vrede op deze planeet creëren als we niet eens het fundamentele feit herkennen dat de realiteit waarin we leven deel uitmaakt van een onderling verbonden en onderling afhankelijke structuur?”
‘Mutti’ Vrijheid – Vrijlating – Bevrijding
Verstaan we onder vrijheid hetzelfde als vrede?
Betrappen we ons heden ten dage wel eens op sensaties van diepe onvrede?
Een gevoel van walging, of soms zelfs een onverwacht gevoel van wrok, een emotie die naar de oppervlakte komt wanneer er verdriet of angst is, maar ook een verklaarbaar gevoel van onvrede en ingehouden woede als we de huidige toestand in de wereld aanschouwen? De wereldsituatie met al haar oorlogen, de barbaarse aanslagen en moorden op kinderen en onschuldigen vrouwen en mannen, de genocidale beelden die elke dag opnieuw onze huiskamers, beeldschermen, en ons bewustzijn binnendringen.
Kunnen we innerlijke vrede en vrijheid creëren en ervaren, terwijl de wereld in brand staat?
Zien we op onverwachte momenten soms gedachten naar boven or naar voren komen die ondanks dat we vrede willen, er ook dat verborgen gevoel is om korte metten te maken met diegene die dit onaanzienlijke lijden veroorzaken? Aan welke kant scharen we ons, en wanneer spreken we duidelijk uit dat genoeg, genoeg is? Is het als boeddhist überhaupt mogelijk om zonder oordeel te blijven, en niet gehecht (Non-Attached) te zijn aan de onderliggende oorzaak en de uiteindelijke gevolgen van oorlog en geweld, en zelfs van een mogelijke wereldvrede? En zijn we niet op zovele manieren verbonden, daarom gehecht aan de oorzaak en het gevolg van de chaos en vernietiging in deze wereld?
Wanneer de Boeddha sprak over het verdelen van gedachten in twee klassen: de ongezonde en de gezonde, gebruikte hij klaarblijkelijk zelfoordeel. Hij herkende in zichzelf de schade in ongezonde gedachten en zei deze los te laten, terwijl hij het voordeel van de gezonde gedachten waarnam en deze liet blijven. Hoe echter doen wij leken dit wanneer we ons in het midden bevinden van toenemende chaos en extreem lijden?
Paticca-samuppāda – inter-afhankelijkheid
Wanneer we als volgers van een boeddhistisch pad ons vinden in het idee, of de ervaring van de boeddha’s ontwaking in de wetten van het universum, en de onlosmakelijke en fundamentele wet van karma, de inter-afhankelijke oorsprong van alles wat is- hoe gaan we dan om met het diepe verdriet en de verwarring die we op dit moment ervaren als we ons bewust worden dat ook wij, als weldenkende mensen deel uitmaken van de chaos en het geweld in deze wereld? Want ja, of we het willen aanvaarden of niet, we zijn ten alle tijde, en uiteindelijk medeverantwoordelijk voor de huidige staat van de wereldgebeurtenissen.
De boeddhistische overtuiging zegt dat velen van ons deze verbondenheid niet zien of er niet bewust van kunnen zijn door de beperkingen die werden veroorzaakt door eerdere ervaringen en acties. Maar zelfs zonder ons er bewust van te zijn, zijn deze verbindingen er altijd. Het boeddhisme zegt dat tot op het microniveau de mens gezien wordt als een reeks processen die wordt aangestuurd door het principe van afhankelijk ontstaan. Alles in een mens- zowel fysiek als de gedachten patronen zijn afhankelijk van andere dingen om te kunnen bestaan, er is dus niets in de mens echt onafhankelijk /autonoom, en dit geld niet enkel voor de mens, maar voor het gehele bestaan.
Als we het concept van de inter-afhankelijke en onderling verbonden oorsprong als de basis van alles wat in dit universum is, en de wereld en ons individuele leven aanvaarden, of erin geloven, is er eigenlijk geen excuus om ons afzijdig te houden. Kunnen we ons niet langer verschuilen achter het idee dat we tegen genocide en oorlogen zijn, en dat niet wij, maar anderen dit veroorzaakt hebben, dat we met onze politieke overtuiging niet achter bepaalde acties of reacties staan, dat we een spirituele denkwijze naleven, een bepaald pad volgen die geweld afkeurt en afwijst- en we daarmee denken ons afzijdig en stil denken te moeten houden, wellicht misschien zelfs om onze handen in onschuld te kunnen wassen, misschien wel met als reden niet te willen oordelen, onpartijdig te zijn als deel van onze spirituele levensovertuiging.
Maar kunnen we dit, kunnen we ons afzijdig houden, de negatieve gedachten opzijschuiven, met de illusionaire overtuiging dat we er geen deel van uit maken?
Als er niets op zichzelf kan bestaan, als elke gebeurtenis en ervaring afhankelijk is van andere aspecten, en alle verschijnselen in dit leven direct en indirect met elkaar verbonden zijn, daarom ook al de sociale normen en voorwaarden die wij als individueel mens nastreven of hopen na te kunnen leven, wanneer worden we ons dan volkomen bewust hoe we hebben bijgedragen aan de oorlogen en de vele veranderingen die onze wereld op dit moment ervaart.
Het niet eerder bewust te zijn geweest, o.a. van de verstrengeling van wat we kopen en het consumeren van producten die uiteindelijk de politieke situaties in bepaalde landen steunen en overeind houden, is van een veel grotere consequentie dan we ons kunnen voorstellen.
De anemoontjes, het gipskruid, of de pioenrozen bijvoorbeeld, die vanuit de bloemenwinkel de weg naar onze Nederlandse of Europese huiskamers vinden, de vele soorten fruit zoals druiven, dadels, appelen, perziken, avocado’s, of de olijven en amandelen in onze keuken die deel uitmaken van ons dagelijks dieet, alsook veel van het metaal welke we gebruiken voor het vervaardigen van medische elektronica, telecommunicatie, technologie, de vele vormen van computer hard-en software, en dan nog maar te zwijgen over de chemicaliën die we gebruiken in onze landbouw. Zij dragen allen, zonder dat we ons daarvan bewust zijn, direct en indirect bij aan de economie en de politiek van een land dat zich op dit moment schuldig maakt aan de complete vernietiging van een cultureel verleden, schuldig maakt aan een wel doordachte vernietiging van een infrastructuur die wellicht vele tientallen jaren zal nemen om te herstellen- als ze ooit toegestaan wordt te herstellen.
En het meest catastrofale, aan genocide, het doeltreffend vernietigen van een volk. Het doden van vrouwen en kinderen als de duidelijke doelgroep in het stelselmatige en de opzettelijke uitroeiing van nieuwe generaties. Een land en regering die zich voor jaren schuldig maakte aan het blinderen van de waarheid naar de rest van de wereld. De bezetters die zich als slachtoffer profileren- en de slachtoffers die nu als de gewetenloze en genadeloze terroristen worden beschouwd, maar pijnlijk genoeg ook handelen naar hun inzien, met de overtuiging dat zij de werkelijke slachtoffers zijn van een koloniaal bewind en de daarmee gepaarde bezetting /occupatie. Hoe, en wanneer dus ontstaat de redenatie of de rechtvaardiging van het recht op verdediging?
Is er een boeddhistische rechtvaardiging voor een bezetting, nu oorlog, of een recht om zich te verdedigen? Wie mag zich verdedigen- en naar welke kant wordt ons bewustzijn als toeschouwer, en de reactie op dit bewust worden van onrechtvaardigheid, uiteindelijk gemanipuleerd?
Ahimsā – geweldloosheid en het boeddhisme
Kan het boeddhisme, of welke religie ook maar, het gebruik van geweld sanctioneren?
Als het boeddhisme een voorschrift van geweldloosheid heeft, kunnen we dan nog de basis voor de doctrine van geweldloosheid AHIMSA begrijpen- zelfs als deze al dan niet gesanctioneerd staatsgeweld of ander geweld toestaat? (Ahimsa de spirituele doctrine oorspronkelijk uit het jainisme, maar nu gedeeld door het hindoeïsme en het boeddhisme)
Het is pijnlijk en dikwijls verwarrend om te ervaren hoe ons denken verscheidene kanten uit lijkt te worden getrokken, de zogenaamde vrije wereld levert oorlogs materiaal aan een land om zich te verdedigen, of aan een land om een hele bevolking uit te roeien. Waarin vinden we de balans, als er zelfs nog maar sprake kan zijn van balans in een geïndoctrineerd denken? Want ja, ook ons zogenaamde vrije denken is geïndoctrineerd. En als we aan indoctrinatie of beïnvloeding denken, is dat dikwijls niet zo vaak aan een globale indoctrinatie. Toch zijn we in de laatste 20 à 25 jaar constant met Islamophobia geconfronteerd, en is ons denken gemanipuleerd, en in een bepaalde richting geduwd, zonder dat we er ons specifiek bewust van waren. Zijn we eigenlijk zelden of nooit beïnvloedt door de positieve aspecten en het rijke gedachtegoed van de Islam.
Is er een irrationele angst ontstaan voor, en een vijandigheid naar, en zelfs haat, tegen een religie waarin de meeste van ons zich nooit echt in hebben verdiept. Ervaren we een onverdraagzaamheid naar de religieuze en culturele achtergrond van diegene die we als een bedreiging zijn gaan ervaren, en die we als de bron van ons ongemak zijn gaan beschouwen.
Zelfs in een boeddhistisch georiënteerd land zoals Myanmar (Birma) worden op dit moment een half miljoen Moslims geconfronteerd met genocide, met meer dan een miljoen mensen op de vlucht, welke nu onder erbarmelijke omstandigheden leven. Zo nogmaals de vraag: kunnen we in dit huidige oorlogsklimaat leven, en handelen volgens het boeddhistische wereldbeeld van vrede?
Kunnen we met onze reacties op de misdaden die dagelijks plaats vinden – het sterven van duizenden mensen, vooral kinderen, het uithongeren, de totale vernietiging van een land, of het bezetten van b.v. de Oekraïne, of nu het geweld in Libanon – nog wel het pad van Ahimsa (geweldloosheid) en Satipatthāna (mindfulness) blijven volgen?
Het principe van Ahimsa ofwel geweldloosheid was het begrip waar Mahatma Gandhi in 1912 zijn geweldloze verzet tegen het Britse bewind en onderdrukking in India op baseerde en deze bekend werd als ‘Satyagraha’ waar ‘Satya de waarheid’ en ‘Agraha, het vasthouden aan een morele kracht’ betekende. Dit om geweldloosheid na te streven, die niet alleen door Gandhi, maar ook later door Martin Luther King en Mandela als een tactisch middel werd gebruikt in hun politieke strijd tegen onderdrukking, en als universele manier om onrecht te bestrijden. Maar wat is nu op dit moment de waarheid, en hoe denken we de waarheid te herkennen als blijkt dat deze zgn. ‘waarheid’ gebaseerd is op onwaarheden?
Samma ajiva – Right Livelihood – de waarheid en het juiste levens behoud
Diegene die strijden met elkaar geloven ieder vanuit hun standpunt de waarheid te kennen,
Elke strijder in een oorlog is, of wordt ervan overtuigd dat zijn of haar bijdrage van grote waarde is, dat hij of zij een held of heldin is, het land in oorlog beschouwt zichzelf als de reddende genade van de onderdrukten, welke geloven dat ze leven en handelen in, en voor hun juiste levensbehoud. Het probleem echter ontstaat wanneer degenen die binnenvallen en degenen die verdedigen hetzelfde geloven en ernaar streven om ook de redders van hun volk te zijn! Beiden, hoewel tegengesteld, zijn redders of helden onder hun eigen volk. Verschillende expressie, maar hetzelfde levensbehoud ligt ten grondslag aan hun acties.
Angst, verlies van controle, woede, aanval en verzet! Voor degenen die binnenvallen; angst om niet genoeg macht en controle te hebben of te kunnen behouden, angst gebaseerd op eerdere ervaringen en leed, en voor degenen die verdedigen; angst om controle en zelfbeschikking te verliezen. Dezelfde oorspronkelijke angst als inhoud van de geest, maar door de tegenovergestelde partijen niet herkend als dezelfde angst.
Niet langer een objectieve observatie of de waarheid, maar geïnterpreteerd door de strijdende partijen als de echte en enige realiteit. Beide gehecht aan hun individuele waarheid welke ontstond vanuit een diep lijden.
Dukkha – lijden
Dus opnieuw dezelfde vraag: is het mogelijk om als aanschouwer getuige te zijn van een barbaarse en onmenselijke strijd, en onze reactie te blijven herkennen, en alsnog te leven volgens het boeddhistische wereldbeeld van vrede?
Thich Nhat Hanh zei over oorlog en vrede…
“We denken vaak dat vrede de afwezigheid van oorlog is, dat als machtige landen hun wapenarsenaal zouden verminderen, we vrede zouden kunnen hebben. Maar als we diep in het geweld kijken, zien we onze eigen geest – onze eigen vooroordelen, angsten en onwetendheid. Zelfs als we alle bommen naar de maan zouden vervoeren, zijn de wortels van oorlog en van bommen nog steeds aanwezig, in onze harten en gedachten, en vroeg of laat zullen we nieuwe bommen maken. Werken aan vrede is oorlog uit onszelf en uit de harten van mannen en vrouwen verwijderen. Je voorbereiden op oorlog en miljoenen mannen en vrouwen te doden, is miljoenen zaden van geweld, woede, frustratie… en angst te planten die generaties lang zullen worden doorgegeven.”
De verschillende zogenaamde positieve en illusionaire percepties die we hebben over onszelf, en de negatieve percepties die we hebben over de ander, vormen wellicht de basis voor conflict- en in dit extreme geval voor geweld en oorlog.
Niet als boeddhist, moslim of christen, maar als bewust wordend mens.
Als we daadwerkelijk willen bijdragen aan het opheffen van het lijden van miljoenen medemensen, hoe nemen we dan verantwoording voor onze bijdrage aan oorlog en vrede?