Het volgende verhaal is mogelijk gemaakt door het team achter Breaking Brainwashed, een organisatie die soldaten in het Birmese leger helpt als ze niet meer mee willen doen aan de wandaden van het leger en uit het leger willen stappen.
Ik wil jullie een verhaal vertellen dat zich afspeelde in de frontlinies van Karen tijdens mijn tijd daar.
Ik was een nieuwe persoonlijke assistent van de commandant van twee colonnes op de Thit Tapin Kone basis toen er een ernstig voedseltekort was. Er was geen plaats voor ons om voorraden te kopen, zelfs geen dorp. We moesten wachten tot een kleine kalebas groter werd voordat we hem konden eten.
De rijst- en kikkererwtenvoorraad die we hadden was zo aangevreten dat er nog maar de helft van over was nadat we het wasten. Het eten ervan was helemaal niet voedzaam! We verhongerden, simpel gezegd. Na de inspectie kregen we ’s morgens taken voor de basisverdediging voor te bereiden. Dan trok ik mijn sportbroek aan, droeg een mand en pakte mijn mes om voedsel te zoeken. Ik sneed bamboescheuten en plukte paddenstoelen, noten en viooltjes. Ik nam alles mee wat we konden eten. Ik moest zelf genoeg verzamelen voor de hele basis. Omdat er veel mijnen waren in Karen State, was dat heel gevaarlijk. Mijn ondergeschikten hebben gezinnen. Ze hebben mensen die willen dat ze veilig terugkomen. “Bogyi, breng je ondergeschikten alsjeblieft veilig thuis,” zeiden hun vrouwen zo vaak tegen me, en ik waardeerde hun woorden. Dus ik wilde niet dat ze gewond raakten. Ik had zelf mijn ouders toen al verloren, en had geen vrouw. Dus ik had niemand die om mijn dood zou rouwen. Ik besloot om alleen mijn leven te riskeren om ons eten te bezorgen, want onze hogere officieren leverden niets.
Ik was een weemoedige kerel. Op een dag liet ik een brief vallen op de route die ook de EAO (ethnic armed organisation) gebruikte. Ik wilde dat ze contact met me opnamen. Radiofrequenties en codes stonden in de brief. Ze namen contact met me op. We werden hechte vrienden en communiceerden via de radio. Ze waren vriendelijk. Ze speelden zelfs liedjes op de radio!
Ik zei op een dag dat ik ze wilde ontmoeten. Ze stemden gewillig toe. Ik had alleen deze slechte rijst en wormstekige kikkererwten voorraad. Ze gaven me betere kwaliteit bergrijst, varkensvlees, betelnoot, sigaretten enz. We waren als broers.
Vrienden zijn met hen komt ook mijn volk ten goede. Als ik voorraden nodig had, bestelde ik bij mijn nieuwe vrienden in plaats van bij mijn achterban. Bestellen bij het leger kostte meer, duurde langer en we kregen minder. Aan de andere kant kreeg ik mijn spullen niet alleen sneller van mijn nieuwe etnische vrienden, ze gaven me zelfs extra! En ik gaf ze wat ik had elke keer als ik ze tegenkwam. Uiteindelijk zeiden ze tegen me: “Broeder, je kunt stoppen met ons je voorraden te geven. We hebben genoeg. Neem de onze maar aan.” Zo gul was het.
Nadat we bevriend waren geraakt, verwijderden ze hun mijnen op onze normale route. Het was nu veel veiliger voor mijn soldaten. ‘s-Nachts zeiden ze: “Laat je alarmbel niet rinkelen. Het is lawaaierig. We zullen het je vertellen als we het bevel krijgen je aan te vallen.”
En ze hielden woord en namen contact met me op als ze hun orders kregen. “Broeder, we zullen links schieten. Jij schiet rechts,” zeiden ze. En na het gevecht rapporteerden ze aan hun senioren dat ze ons hadden aangevallen en geen slachtoffers hadden. Ik deed hetzelfde, “Ze kwamen en vielen ons aan, maar we hadden geen slachtoffers.” We konden ons werk laten zien! Hoe handig is dat?
Hun overtuiging was om hun mensen te beschermen en de mijne was om mijn ondergeschikten te beschermen en veilig terug te brengen naar hun families. Dus moest ik alles wat in mijn macht lag gebruiken om dat te doen.
We koesteren geen wrok tegen elkaar. Waarom vijanden zijn als we vrienden kunnen zijn?
Het punt is, dat de vaardigheden van een leider zijn volgelingen op vele manieren beïnvloeden. Bevelhebbers ter plaatse moeten beslissen. De levens van zijn mensen en hun families liggen in zijn hand. Niet alleen voor hen, maar ze moeten ook beslissen voor hun ondergeschikten. Het is tijd om te doen wat juist is.
En tot slot verwelkomen we van harte de ware soldaten die zich achter het volk en de waarheid scharen.