Na een lange zoektocht in zowel het Oosten als in de westerse wetenschap, is Marnix van Rossum, psycholoog en meditatiebegeleider, tot de conclusie gekomen dat het vooral (geloofs)overtuigingen en dogma’s zijn die ons belemmeren om vrij te leven en te doen wat goed voor ons is. Hij noemt dit boxen. Wat levert het op om out of the box te gaan? En hoe doe je dat? In 8 stappen legt Van Rossum in dit artikel uit hoe dat mogelijk is.
‘Al tijden erger ik me wat aan een naar mijn idee te eenzijdige benadering van het boeddhistisch onderwijs is en ik heb zo het vermoeden dat dit hetgeen is waardoor er weinig aansluiting is bij jonge mensen. Die zijn systeem- en doctrine moe als je het mij vraagt. Boeddhistische concepten worden ’goed’ uitgelegd, zoals vergankelijkheid, maar meestal wordt de andere kant niet belicht. Niet over dat dingen ook terug komen bijvoorbeeld, in ritmes en hoe belangrijk het is dingen te creëren. Over geen-zelf, maar weinig over hoe te zorgen voor je ‘ik’ en hoe die niet af te keuren. Over compassie, maar een stuk minder over jezelf toestaan boos te zijn etc. Hierdoor raakt men overtuigd van de ‘juistheid’ van bepaalde concepten, maar daardoor ontstaan naar mijn idee vooral volgers van concepten in plaats van wijze mensen.
Niet dat ik deze concepten niet nuttig vind, maar ik mis de nuance.
Als je maar een kant van iets belicht dan wordt het een box, met een goed en fout, in algemene zin, maar is wat goed en fout is niet volledig relatief? Hangt het niet af van de situatie, de persoon, of het moment?
We hebben allemaal dit soort overtuigingen en vaak onbewust. Dat kan gaan over hoe het goed is om te zijn als mens, boeddhist, werknemer, ouder etc.
De Boeddha, wat we er van denken te weten, wilde niet dat er een box van zijn leer werd gemaakt. Hij wees bewust geen opvolger aan, stapte zelf herhaaldelijk uit een box. Hij werd geen koning, of bleef zichzelf niet verhongeren. Hij benadrukte het zelf toetsen, vond zijn leer meer een bootje om over te steken, of een vinger die wijst, maar niets letterlijks. Hij verspreide dan ook geen dogma, maar hielp mensen meer situatie-en plaats specifiek, om hun vaste overtuigingen los te laten. Hij deed dat door iets te zeggen, of liet mensen iets doen, of onderwees verschillende meditatiemethoden.
Het boeddhisme kan veel betekenen, je helpen uit onze boxen te stappen. Over hoe we denken over het leven, wie we zijn etc. Het geeft ons als het ware een vorm van bevrijding, dichter bij een soort boxloze, of intuïtieve wijsheid, maar we moeten oppassen dat we niet in een nieuwe box stappen. Dat is namelijk erg verleidelijk omdat het houvast en richting geeft in deze nogal complexe wereld. Ik ga proberen dat uit te leggen.
De compassiebox
De compassiebox zou je kunnen zien als een beeld, opvatting of idee hoe je je moet gedragen als een compassievol iemand. Hoe dat er uitziet verschilt per persoon, maar als je het boeddhisme bestudeert dan is dat beeld waarschijnlijk een soort vriendelijk, warm, begripvol Dalai Lama-achtig persoon. Een soort ideaalplaatje, waar boosheid, haat of irritatie niet in past.
Dit goed en fout concept is aan je verkocht door een goede verkoper die gelooft in zijn of haar product en je heeft overtuigd dat dit de juiste richting is voor jou. Binnen dit concept is het ook goed- dat geeft houvast, richting en een idee van veiligheid, zo is je ervaring.
Dit beïnvloedt hoe je de realiteit waarneemt. Als je vanuit een box naar buiten kijkt dan beoordeel je de wereld op basis van die ervaringen. Wat er buiten valt kleurt rood en wat er in hoort kleurt groen, zo zou je kunnen zeggen. Daarmee is de kous min of meer af. Je gaat niet meer uitgebreid nadenken over voordelen van boosheid, of nadelen van compassie en vindt vaak dat anderen ook in die box zouden moeten komen zitten. Dat is wel zo gezellig en beter voor iedereen.
Een box heeft een beetje een negatieve klank, terwijl compassie best mooi is, dus je vraagt je misschien af waarom dit toch een box te noemen?
Het is natuurlijk niet dat compassie fout is, maar het wordt een box als het te zwart-wit wordt. Met duidelijke grenzen, statisch en onveranderlijk. Hierin dwing je jezelf min of meer constant op een zelfde manier te zijn, of te reageren. Dat heeft iets beperkends en voelt voor mij althans niet erg vrij aan. Je kunt dan ook niet goed het juiste doen, op het juiste moment, omdat je flexibiliteit mist.
Zelf heb ik bijvoorbeeld moeite om boos te zijn, onder andere omdat ik vanuit mijn verleden heb geleerd om me aan te passen en ik moeite heb met afwijzing. Dat voorkom ik liever. Toen ik voor het eerst in een Tibetaans klooster kwam werd me overtuigend uitgelegd dat compassie heel goed en waardevol is. Iedereen lijdt net als jij, je vijand kan zo je vriend worden en iedereen is je moeder geweest, waren enkele argumenten om me te overtuigen een meer compassievol persoon te willen zijn. Dat was aan de ene kant mooi en inspirerend, maar hierdoor ontstond er ook een dualistisch beeld over mijn emoties. Ik kon hierdoor voor mijn beleving minder goed voor mijn boosheid zorgen, het er niet uitlaten, het niet erkennen en begrijpen en daar had het wel behoefte aan, zo terugkijkend. Ik werd door wat ik leerde in dat klooster juist strenger voor mezelf en dus eigenlijk minder compassievol.
Compassie is goed voor je lichaam en geest en belangrijk in relaties. Ieder mens wil gezien en begrepen worden en dus is compassie over het algemeen fijn voor zowel de gever als de ontvanger. Daarom is het verleidelijk om compassie als box, als een vast gegeven aan te nemen, maar de boeddhistische leer gaat als je het mij vraagt om de waarheid en niet om het volgen van concepten en woorden.
Waarom maak ik me hier zo druk over? Ik denk vooral omdat ik om mensen geef.
Na zes jaar in Azië geleefd te hebben viel me op dat de mensen daar over het algemeen warm, vriendelijk en aardig zijn. Toch voelde dat voor mij soms geforceerd. Die mensen zijn namelijk niet gewend om hun gevoelens te bespreken, met name negatieve gevoelens. Ze doen hard hun best om het goede te doen of goede boeddhisten te zijn en passen zich soms erg aan. Daardoor zorgen ze niet altijd goed voor zichzelf. Ga je in een Aziatisch land buiten de gebaande paden, kies je voor jezelf en niet voor je familie bijvoorbeeld, dan kunnen de reacties van de omgeving op zijn zachtst gezegd, weinig compassievol zijn.
Boxen maken dat we ons erg willen aanpassen, er bij willen horen, geaccepteerd worden, maar daarmee onderdrukken we op een bepaalde manier hoe we ons eigenlijk voelen.
Het niet erkennen of wegdrukken, wat we doen naar aanleiding van onze overtuigingen over goed en fout, is als een met lucht gevulde strandbal die je onder water drukt. Een welbekend voorbeeld binnen mindfulness. Op een bepaald moment schiet de bal ongecontroleerd omhoog. Als je te moe bent, of afgeleid, of als het geoorloofd is, komt die overtuiging er toch uit.
Machtsmisbruik
Machtsmisbruik en manipulatie komen veel voor binnen groeperingen met sterke normen, een veilig kader, ongelijkwaardigheid en hiërarchie. Dat is namelijk een voedingsbodem voor de illusie dat het in sommige omstandigheden, voor sommige personen, goed en geoorloofd is om de strandbal omhoog te laten schieten. Je zou kunnen zeggen dat het kwaad (in tegenstelling tot healing/release/inzicht) juist ontstaat in een normatieve omgeving. Ook in het boeddhisme. Er zijn op dit moment allerlei gesprekken over hoe dit te voorkomen, zoals het instellen van meer richtlijnen, maar als je het mij vraagt is dat juist de precies de oorzaak waardoor dingen mis gaan. We moeten even helemaal out of the box stappen om dit helder te zien.
Aan de andere kant zijn boxen namelijk ook ego versterkend. Mijn eigen box was lang stilzitten in meditatie en oh wat was ik blij en lichtelijk trots toen me dat eindelijk lukte na talloze retraites, maar werd ik daar werkelijk wijzer van? Ik keek zelfs een beetje neer op anderen. In sommige Mahayanakloosters, waar het vooral draait om compassie, had ik dit gevoel soms ook. Men voelt zich dan beter, zo had ik de indruk, dan anderen die zich niet met het hogere van alle wezens gelukkig willen maken bezig hielden.
Oké, misschien kunnen we concluderen dat de compassiebox voor- en nadelen heeft.
Voordelen kunnen zijn: compassie kan inspireren om goed te doen en positievere gedachtes te ontwikkelen. Compassie geeft een goed gevoel in lichaam en geest. Dat is zowel goed voor jezelf als voor de omgeving. Het geeft verbinding tussen mensen.
Nadelen kunnen zijn: rigiditeit, niet het juiste kunnen doen op het juiste moment. Moeilijker gehoor kunnen geven aan eigen behoeftes en die van een ander. Onderdrukking, forceren, onoprechtheid, arrogantie en strijd in jezelf.
Het vreemde is volgens mij echter dat de voordelen pas ontstaan, als we er niet als box mee bezig zijn. Merk je in een compassiebox te zitten, zou je er dan niet uit willen stappen? Dat kan lastig zijn omdat je dan misschien niet meer goed weet wat te doen, wat goed is en wat fout en je weet misschien zelfs even niet meer wie je bent.
Het heeft echter ook zeer veel voordelen:
Het kan je helpen om meer jezelf te worden. Om beter te leren omgaan met je eigen gevoelens en te doen wat je nodig hebt en waar je blij van wordt. Het betekent dat je flexibeler kan zijn en wijzer kunt reageren.
Het kan ook maken dat je meer energie krijgt en minder psychische en lichamelijke klachten, want onderdrukken en forceren kost veel energie. Veel mensen die in een burn-out geraken hebben bijvoorbeeld sterke normen/boxen die ze naleven en dat leidt op den duur ook tot veel lichamelijke klachten. Je overtuiging wordt namelijk belangrijker dan de grenzen van je lichaam.
Je kunt dan ook gezondere relaties krijgen omdat je werkt aan een gezondere relatie met jezelf.
Out of the box stappen, je vrij bewegen zonder in beton gegoten kaders, kan ervoor zorgen dat genegeerde angsten of onzekerheden over wat anderen bijvoorbeeld denken, boven komen. We passen ons namelijk vaak aan uit angst voor afwijzing. We meten onszelf de normen, of principes aan van onze omgeving, cultuur, familie, of religie. Als we dat niet meer doen, of minder, dan hebben sommige mensen daar vast een mening over. Je doet misschien niet meer wat men van je gewend is. Dat kan lastig zijn, maar door die angst niet leidend te laten zijn, zou dat ook kunnen betekenen dat je vrijer, gelukkige en gezonder kunt leven, in de omgeving van mensen die bij ons passen en te doen wat werkelijk bij ons past.
Je overtuigingen loslaten is echter niet zo makkelijk. Die zijn diep geworteld in ons.
Wat is het alternatief als je out of the box gaat? Wat is er dan? Ik ben huiverig om daar specifieke betekenissen aan te geven. Ik zou kunnen zeggen dat er dan meer wijsheid is, meer leren, of meer liefde, maar dat wordt gemakkelijk een nieuwe box. Bovendien ben je misschien even helemaal niet wijs, of lief, maar reageer je al maanden lang als een boos klein kind. Als dat meer jezelf is, maar als je vervolgens gaat denken dat out of the box er anders moet uitzien, dan ga je, jezelf weer veroordelen. En wat ben je dan liever? Iets gemaakt voor de buitenwereld, of dat kind?
Misschien zou je het zo kunnen zien: In de natuur is groei continue, alles hangt met elkaar samen en komt tot bloei. Het zijn rigide denkboxen die vinden dat we andere bewegingen, of uitingen moeten maken dan die misschien het meest spontaan en authentiek zijn. Dat kan een natuurlijk groeiproces in de weg zitten dat deel is van de bewegingen van het universum. Daarbij kan alles wat we vastgehouden of onderdrukt hebben dan meer boven komen, waardoor het losgelaten en geïntegreerd kan worden. Hoe dat er precies uitziet, of waar iemand is, is denk ik niet of zeer moeilijk te zien van een afstand. Daarom kun je eigenlijk niet oordelen of iemand ’goed’ bezig is. Zelfs als iemand heel down, of in een depressie lijkt te zitten, is zo’n iemand misschien verder dan iemand die denkt alles heel goed voor elkaar te hebben en heel blij en energiek is. Ik denk dat we zo geleidelijk tot meer diepere wensen en behoeftes komen en we meer gaan leven vanuit waarvoor we werkelijk op aarde (willen) zijn.
Ik ga toch mijn best doen een paar stappen te noemen die je verder kunnen helpen uit je compassiebox en dichter tot je zelf:
- Rate your box.
Je kunt beginnen met een check hoe sterk je in de box zit. Vraag je dan af in hoeverre jij je negatieve gevoelens laat zien aan de buitenwereld. Geef een cijfer van 0-10. Bij een 0 laat je niets zien en een 10 is geen probleem om negatieve gevoelens te laten zien.
2. Ik ben goed.
Als je inderdaad graag in de box wilt, complimenteer jezelf dan. Er is niets mis met goed, lief en aardig willen zijn. Het getuigt van een goed hart en mentale kracht. Daar mag je trots op zijn. Je hebt ook daadkracht en vindt het niet leuk als anderen lijden of pijn hebben. Schrijf alle punten op die je kunt bedenken die jou tot een goed mens maken.
3. Het tegenovergestelde is ook waar?
Welk bewijs kun je vinden dat het soms beter is geen compassie te hebben dan wel? Hoe kan dat beter zijn voor jezelf en zelfs voor anderen? In de evolutie is boosheid en negativiteit belangrijk. Als we sommig voedsel niet zouden afwijzen, als iets stinkt bijvoorbeeld, dan waren we er als soort al lang niet meer. Wat gebeurt er als we heel compassievol moeten zijn naar iedereen? Soms heb je het recht om boos te zijn, of is het goed om een grens aan te geven. Wat zou er gebeuren als mensen zich niet boos maken over het milieu? Goed en fout is niet zo simplistisch en als het lukt bewijs voor het tegenovergestelde te vinden, dan ben je vaak al snel out of the box.
4. Ik ben dus wel boos en nog veel meer.
Dan is het belangrijk om zicht te hebben op waar je je allemaal boos of met ongenoegen over voelt. Dat kan een ontdekkingstocht zijn- als we gewend zijn dat te verbergen. De meeste gevoelens van boosheid hebben hun wortels in de jeugd. Ga bewust terug naar herinneringen uit je jeugd, vraag je af hoe je je werkelijk voelde en als het lukt uit de emotie te gaan. Bij boosheid kun je denken aan even schreeuwen in een kussen als je de buren niet wakker wil maken. Daardoor geef je ook ruimte aan dieper liggende onderdrukte gevoelens. Vaak is boosheid een bescherming, of coping voor gevoelens van verdriet, onmacht, of angst. En mogen die er zijn? Jezelf toelaten alles te voelen is jezelf worden en in feite compassie voor jezelf.
5. En nu nog doen.
Doe een out of the box test door iets te doen dat als niet compassievol of aardig wordt gezien, zoals kritiek hebben op een ander, of je ongenoegen uiten over iets. Wel handig dat bij jezelf te houden en de oorzaak niet buiten je te leggen. Begin dan gemakkelijk met mensen die je niet kent en werk dan geleidelijk toe naar mensen die je wel kent zoals collega’s, vrienden en dan de mensen die het dichtst bij je staan. Bedenk dan dat een ander er soms meer aan heeft als je je werkelijke negatieve gevoel uit en een grens aangeeft. Het is goed mogelijk dat je dan ineens wel de aandacht, of het begrip krijgt die je nodig hebt, maar daar doe je het niet voor. Je doet het uit zelfrespect.
6. Ik hou van mezelf.
Oefen met liefde voor jezelf. Dat maakt vaak ook dat je gemakkelijker liefde kunt voelen voor een ander, maar ook dat je jezelf toe kunt laten boos te zijn. Je kunt wel heel hard proberen liefdevol te zijn naar jezelf, maar als je met veel boosheid zit zal dat niet werken.
7. Ik hou van jou.
Oefen met compassie en liefde voor een ander. We kunnen ook bang zijn om onze liefde of positieve gevoelens te uiten! De volgende stap kan daarom zijn om iets vriendelijks te zeggen tegen iemand in een winkel bijvoorbeeld en dan naar de mensen die dichter bij je staan en je ouders.
Als je vrij bent om beide reacties te doen zonder oordeel, dan kun je het juiste doen op het juiste moment en meer jezelf zijn. Of je je nou liefdevol voelt, of geïrriteerd.
8. Ik begrijp je.
Wees nieuwsgierig en ga het gesprek aan. Moeilijk gedrag van een ander komt over het algemeen uit het gekwetste kind in de ander dat geleerd heeft zichzelf te beschermen. Als je dit kan zien, de dialoog aangaat en beter begrijpt waar iemand vandaan komt, dan kan er spontaan een gevoel van compassie ontstaan. Dan is het echt en komt het niet vanuit een idee, of beeld over wat goed is en wat fout.’
Gerry Verbeek zegt
Even out of the box gedacht:
Welke DE waarheid?
Wat is De waarheid post modern out of the box gedacht dan helemaal.
Of half …
En
‘meer zelf of minder zelf?’ meer van wat dan precies?
Zelf of toch geen zelf?
To be or not to be.
Arisina zegt
‘Dan is het echt en komt het niet vanuit een idee, of beeld over wat goed is en wat fout’.
Precies.
In feite is het zo dat denken in keuzes van goed/fout tegen de boeddhistische idee ingaan van accepteren zoals het is, zonder oordeel.
En zo kom ik meer dingen tegen in de Leer tegen die mij tegenstrijdig lijken.