“Mindfulness is tegenwoordig erg in. Is het een mode? Steekt er een authentieke spiritualiteit onder, of gaat het enkel om een laagje vernis? Heeft deze interesse te maken met een religieuze honger, een zoektocht van mensen naar diepgang? Worden mensen er milder door, zowel met elkaar als met zichzelf? Ook kan de vraag worden gesteld of bepaalde mensen in spiritualiteit geïnteresseerd zijn puur omwille van het genoegen/goed gevoel… dat ze eraan beleven. Is het gevaar voor commercialisering niet erg groot?”
Is het een authentieke spiritualiteit of is het niet meer dan een psychologische techniek? Dat lijkt de vraag.
Woorden
Enkele jaren geleden vroeg mijn op dat ogenblik vijfjarige zoon, van op de achterbank van de auto: ‘Papa, bestaat God?’ Ik drukte even op de rem maar ging niet uit de bocht. ‘Het antwoord op zo een vraag kun je niet even uitstellen. Het eerste wat spontaan in mij opkwam, was: ‘Sommige mensen geloven dat God bestaat, sommige mensen geloven dat God niet bestaat, en voor sommige mensen is “God” een manier om te spreken over “goed zijn”.’
We zoeken naar woorden om iets uit te drukken. Het probleem is dat we die woorden laten verstarren, gaan denken dat ze niets iets uitdrukken maar verwijzen naar iets dat ‘echt’ bestaat en er vervolgens in vastlopen.
Het is soms boeiend welke carrière woorden maken. Ook de woorden psychologie en spiritualiteit hebben een merkwaardige geschiedenis. Beide refereren oorspronkelijk naar een term, psyche in het Grieks spiritus in het Latijn, die niets anders betekent dan adem. Het zijn dus in wezen synoniemen. Ook al geven we ze nu een andere betekenis. Merkwaardig genoeg kan het Nederlandse woord geestelijk probleemloos nog naar beide verwijzen.
Wat betekent het woord mindfulness? De Engelse definitie van mindful is: ‘conscious or aware of something’. De eerste jaren dat ik het stressreductie programma gaf, gebaseerd op minfulness training, gebruikte ik het Engelse woord mindfulness helemaal niet. Maar het zijn niet de taalpuristen die de taal maken, maar de gebruikers ervan. Mindfulness is stilaan een Nederlands woord aan het worden.
Mindfulness werd al lang gebruikt als vertaling van een element uit het boeddhistische achtvoudige pad: sati of sama sati in het Pali. Sati wordt in het Nederlands meestal vertaald als aandacht. Sama betekent juist, niet in de juridische zin van het woord maar in de muzikale zin, zoals een snaar van een instrument juist gestemd is als ze harmonisch afgestemd is op de andere snaren. In die zin is sati maar sama sati als het in harmonie is met de andere elementen van het achtvoudige pad.
Sati betekent de aandacht bij een bepaald object houden, bijvoorbeeld in meditatie bij de ademhaling. Sama sati, in de context van het achtvoudige pad, betekent de aandacht ook bij de andere elementen van het pad houden, bij het juiste inzicht, bij de juiste intentie, bij het juiste spreken en handelen.
Sommige leraars hebben de betekenis van het woord mindfulness sterk uitgebreid. Voor Thich Nhat Hanh is mindfulness het hele pad. Ook ethiek is gebaseerd op mindfulness. Pas als je aandacht hebt voor de gevoelens van de ander zal je die ander geen kwaad doen. Mindfulness wordt op deze manier ook het doel van het pad. Aandachtige aanwezigheid is niets anders dan het ontwaken zelf van de Boeddha.
Een persoonlijk verhaal
Als kind, opgevoed in een katholieke wereld, was religie voor mij een levende en voelbare realiteit. Als adolescent kwam ik voor mezelf tot de ontdekking dat ik die vanzelfsprekende spiritualiteit uit mijn kindertijd, helemaal kwijt was. Het was dood, het leek alsof ik zelf een beetje dood was.
Het is een zoektocht van jaren geweest die mij tenslotte bij zenmeditatie bracht en die mij er met een schok terug in katapulteerde. Waarom zen? Waarom niet mijn oude katholieke geloof, waarom geen andere boeddhistische traditie? Ik heb er geen verklaring voor. Maar het is in zen dat ik tenslotte mijn spirituele thuishaven terugvond.
Het geeft mij een immens gevoel van dankbaarheid.
In mijn werk als psychiater bekroop mij in de loop der jaren steeds meer een gevoel van: ‘ik hou het beste wat ik heb voor mezelf.’ Maar ik had geen idee hoe ik iets als zenmeditatie moest overbrengen in een psychotherapeutische context. Je kan toch niet zomaar boeddhistische meditatie gaan doen in een ziekenhuis. Trouwens, hoe leg je iemand, die op zoek is naar een oplossing voor zijn lijden, uit van een half uur in stilte te gaan zitten en er vooral niets van te verwachten?
Ik begon te experimenteren en elementen van meditatie in mijn werk in te voegen tot ik het werk ontdekte van Jon Kabat-Zinn. Hij had in een ziekenhuis een stress reductie programma opgezet, gebaseerd op boeddhistische meditatietechnieken. Ik begon zijn boek met veel wantrouwen te lezen. Ik verwachtte het ergste. Ik was bang de spitrituele rijkdom van zen gereduceerd te zien tot een louter gebruiksinstrument zonder diepgang. Ten onrechte bleek. In het werk van Kabat-Zinn vond ik een authentieke spiritualiteit vertaald in psychologische termen, toegeschreven naar de noden en de context van mensen in nood. Dat gaf me het vertrouwen om met dit programma aan de slag te gaan.
In het begin kon ik mij soms ergeren aan deelnemers van wie ik vond dat ze maar niet begrepen waar het echt over ging. Ik herinner me zo een echtpaar waarvan de vrouw ernstig ziek was. Tot ik op een ochtend in het ziekenhuis gehaast hen voorbijstak op weg naar de lift. We begroetten elkaar en de man zei: ‘kijk dokter sinds we die cursus bij u volgen, lopen we altijd samen rustig naar de lift in plaats van ons op te jagen’. Wie ben ik om te oordelen?
Ik heb moeten leren respecteren dat iedereen er op zijn manier uit haalt wat nu bij hem past. ‘Dharma regen’ is een uitdrukking in het boeddhisme. Alle planten staan in dezelfde regen en iedere plant neemt daaruit juist wat hij nodig heeft om deze plant te zijn. Ook dat is spiritualiteit.
Ondertussen is er veel veranderd. Mindfulness is een hype geworden. Als ik nu naar het mindfulnessgebeuren kijk bekruipt mij een onbehaaglijk gevoel. Bij Kabat-Zinn vond ik dezelfde spiritualiteit terug die mij bewogen had. Bij veel van wat ik nu hoor en lees en zie vind ik daar helemaal niets meer van terug. Het lijkt erop dat veel mensen die zich nu bezig houden met mindfulness training, het zijn gaan zien als een psychologisch techniekje terwijl de hele spirituele rijkdom ervan hen ontsnapt. Alles wat ik toen vreesde en erger zien we nu gebeuren. Mindfulness als laagje vernis, als platte commercie. Mindfulness gereduceerd tot een louter gebruiksinstrument zonder diepgang. Een van Jon Kabat-Zinn’s eerste medewerkers noemde het de ‘trivialisation of mindfulness’.
Maar ook hier: wie ben ik om te oordelen?
Een oud verhaal
Er is niets nieuws onder de zon. De ‘trivialisation of mindfulness’ is, uiteraard in andere bewoordingen, een van de centrale thema’s uit het Lotus Sutra, een tekst die dateert uit het begin van onze jaartelling. Het is een collectie sprookjesachtige verhalen. Op het eerst zicht complete nonsens, bij nader toezien een schatkamer van psychologisch en spiritueel inzicht. Ook het beeld van de dharma regen komt uit het Lotus Sutra.
Het Lotus Sutra begint met een scherpe kritiek op het beperkte inzicht van sommige leerlingen van de Boeddha die dachten dat ze er al lang waren. Ook zij worden er van beschuldigd de leer te zien als een soort stressreductie en de diepe betekenis volledig te missen. Verderop in de tekst wordt de taal opnieuw verzoenend.
In een van de verhalen, het verhaal van de betoverde stad, trekt een groep mensen door een onherbergzaam gebied onder leiding van een gids op zoek naar een kostbare schat. De groep raakt door de ontberingen de moed kwijt en begint te morren. Op dat ogenblik tovert de gids, die over bijzondere krachten blijkt te beschikken, een magische stad tevoorschijn. Het gezelschap is uitgelaten en de mensen doen zich te goed. Als de gids ’s anderendaags merkt dat iedereen weer op krachten gekomen is, tovert hij de stad meteen weer weg en zet het gezelschap, uitgerust, zijn tocht verder.
Merkwaardig is dat het verhaal van de betoverde stad een open einde heeft. Nergens wordt vermeld waar het gezelschap dan wel aankomt. Of is de weg zelf misschien het doel?
Veel mensen in verschillende spirituele tradities zullen deze ervaring herkennen. Als je enige tijd praktiseert kan je een weldoend effect ervaren. Meditatie is echt wel effectief als stress-reductie. Sommige mensen denken dat ze er zijn. Maar als je doorgaat merk je dat je er helemaal niet was, dat het niet meer is dan een tussenstop. Een tussenstop op weg naar wat? Is er wel een eindbestemming?
Het is typisch voor het verzoenende karakter van het Lotus Sutra dat geen van beide aspecten wordt afgewezen. De betoverde stad is echt wel weldadig. Het helpt de reizigers echt om de reis vol te houden. Toch is het duidelijk niet het einddoel.
Hetzelfde geldt voor mindfulness training nu. Het is weldoend, het is een bruikbare techniek. Maar er is meer. Het is een illusie te denken dat stress reductie het einddoel is.
Verheugen
Ook weer in het Lotus Sutra wordt het volgende beeld gebruikt. Stel dat iemand het Lotus Sutra hoort en er zich in verheugt. En hij vertelt het zo goed hij kan verder aan een volgende, die er zich in verheugt, en deze vertelt weer verder, en deze weer en deze weer, dan is de vreugde van de vijftigste in de rij nog steeds van onschatbare waarde.
Ook dat is wat we nu zien bij mindfulness training. Wellicht zijn er twee elementen die het succes ervan verklaren. Het eerste is de aantoonbare effectiviteit ervan als stressreductie techniek. Maar de diepere spirituele kracht ervan is wellicht nog veel belangrijker. Ook als de vijftigste er onder de noemer stressreductie nog maar een zwakke afspiegeling van krijgt, ook al lijkt er maar een laagje vernis over te blijven en alle spiritualiteit er uit verdwenen, dan nog is de vreugde van de vijftigste van onschatbare waarde.
Het is overigens ook mijn ervaring dat er altijd mensen zijn die meer willen weten en op zoek gaan naar de bron van die vreugde en zo via de mindfulness training hun authentiek spiritueel pad terugvinden.
En er zijn mensen die blij zijn met een werkzame stressreductie techniek.
G.J. Smeets zegt
“Maar er is meer. Het is een illusie te denken dat stress reductie het einddoel is. [… ] Het is overigens ook mijn ervaring dat er altijd mensen zijn die meer willen weten en op zoek gaan naar de bron van die vreugde en zo via de mindfulness training hun authentiek spiritueel pad terugvinden.”
Alsof mindfulness een laagje vernis is, en dat “authentiek spiritueel pad” diepte-werking heeft. Edel Maex, als ik me niet vergis was Gautama’s levenswerk een therapeutisch project: medemensen bevrijden van lijden. Dat is ook het werk van de psycho-analyticus anno 2019. Bij Gautama stond aandachtig-zijn (sati, mindfulness) bovenaan, zowel voor hemzelf als voor zijn ‘patiënten’. Dat is precies hetzelfde als de Gleichschwebende Andacht die de psycho-analyticus praktiseert, en als de Vrije Associatie waartoe de analysand in de behandeling wordt aangemoedigd.
Ik ben bepaald geen Freudiaan maar wel fan van Freuds opmerking dat de patient genezen is als hij de alledaagse ongemakken niet meer ontvlucht – stress reductie. De pretentie dat er ’meer’ in het boeddhistische vat zit beschouw ik als volksverlakkerij.
Henk van Kalken zegt
Hm, hoezo, volksverlakkerij? Hoewel geen boeddhist zijnde, heb ik in de jaren dat ik dit beoefende sterk ervaren dat ik me als bijproduct van meditatie rustiger en evenwichtiger ging voelen. De innerlijke pijn- en stressreductie was – voor mij – evident. Het vormde de grondslag voor helder(der)waarnemen. De essentie zal voor iedereen vanuit de eigen existentie verschillend zijn en beoefening is geen eenheidsworst. Voor mij was het vraagthema: ‘Wie ben ik en waarom ben ik het hier?’ dat heb ik altijd ervaren als een ‘verdieping’van omgaan met dagelijkse shit.
G.J. Smeets zegt
De verlakkerij zit in de pretentie van het zogenaamde spirituele ‘meer’. Wat je over jezelf beschrijft is wat iedereen meemaakt die ervoor in de gezegende gelegenheid is: minder stress dankzij oefening in oplettendheid. Waar ik op doelde is dat minder stress niet verward moet worden met meer diepte.
Kay zegt
Vanuit een spiritueel standpunt, probeert de reduktionistische kijk van de psychoanalyse alle menselijke motieven te verklaren, inclusief kunst, filosofie en religie, in termen van onderbewustzijn en dat komt door een incomplete en onevenwichtige kijk op bewustzijn. Dit kan niet de bedoeling van Boeddha geweest zijn. Er wordt Boeddha nog al eens wat in de mond gelegd.
S.H. zegt
In reactie op Edel Marx; Herkenbaar.
Ik ben klinisch psycholoog, yogadocent en mindfulnesstrainer en zie veel mindfulness om me heen aangeboden door docenten die de diepgang niet lijken te bevatten dan wel niet kunnen overbrengen.
Tegelijkertijd zie ik dat ook als yogadocent. Ik zie docenten yoga aanbieden waarbij de aandacht voor het achtvoudige pad ver te zoeken is.
Ook zie ik als klinisch psycholoog om me heen veel ongecertificeerde coaches mensen tegen hoge bedragen ‘behandelen’ met soms alle gevolgen van dien.
Kortom, ik vermoed dat in elke tak van sport er ambachtslieden zijn die dat wat ze overbrengen gefundeerd doen en anderen zal ik maar zeggen.
Volgens mij bestaat elk leerproces of een proces van je iets nieuws eigen maken uit vele lagen en fases en het trainen of overbrengen van kennis ook in allerlei gradaties.
Ik hoop dat, mensen die in hun zoektocht naar meer leven het nu, vooral wijze, waarachtige trainers treffen met oprechte intenties en een gedegen achtergrond.
Piet Nusteleijn zegt
Wanneer noem je iets authentieke spiritualiteit?
Wat is dat; spiritualiteit…authentieke spiritualiteit…?
Er is iets dat je spiritualiteit noemt en er is iets wat je dan weer authentieke spiritualiteit noemt?
Het blijft toch weer de zoektocht naar het ware?, naar het beste…maar van wat?
De beste zin uit deze “edel-tekst”:
“Trouwens hoe leg je iemand, die op zoek is naar een oplossing voor zijn lijden, uit van een half uur in stilte te gaan zitten en er vooral niets van te verwachten.”
(‘GJS’) Ben je genezen wanneer je de dagelijkse ongemakken niet meer ontvlucht? Ben je dan patiënt af?
Kan je fan worden van z’on opmerking, van deze freudzin?
Ik ga de zin ’s een aantal laten rondtollen en merk nu al, dat deze ‘Freud-Smeeds-tekst’ zo gek nog niet is…
Met groet.
Jan Verhulst zegt
Beste dames en heren die dit lezen.
Ik begrijp iets niet.Ben al ruim veertig jaar actief als klinisch psycholoog met een eigen praktijk te Eindhoven. Ongeveer een tiental jaar geleden maakte iemand mij opmerkzaam op het feit dat de Dali Lama regelmatig verwees naar de RET, een methode waarover ik boeken heb geschreven. Nieuwsgierig geworden ben ik me meer en meer gaan verdiepen in het Boeddhisme, zoals geïnterpreteerd door de Daila Lama. De boeken `Zijn wie je werkelijk bent’en `In mijn eigen woorden” zijn voor mij (als voormalig Zeer Rooms Katholiek jongetje) mijn nieuwe bijbels geworden. En ook ik gebruik inzichten uit (wat ik noem) `klassiek boeddhisme’ veelvuldig in mijn werk met cliënten. Geef daarover ook lezingen en cursussen. Niet commercieel, voor de goede orde. Maar wat ik dus niet begrijp is het geneuzel over de betekenis van woorden. Het Sanskriet is nu eenmaal polyinterpretabel. Zoals elk woord dat in wezen is, zelfs `tafel’. Waarom wordt er tegenwoordig zoveel aandacht besteed aan trivialiteiten? Waarom één aspect uit het Boeddhisme (be)lichten (mindfulness) dat slechts bedoeld is als inleiding tot de analytische meditatie, naast de `kalm-verwijlen’meditatie. Met enige moeite zou je dit laatste kunnen opvatten als een vorm van mindfulness, maar dat zou de lading zeer zeker niet dekken. Waarmee ik maar wil zeggen: laten we terugkeren naar de kern van het Boeddhisme, naar begrippen als `onthechting’en `zelfloosheid’ wat in deze vercommercialiseerde wereld waarin vrijwel alles om ego’s draait meer dan noodzakelijk is.
Henk van Kalken zegt
S.H.: ‘Volgens mij bestaat elk leerproces of een proces van je iets nieuws eigen maken uit vele lagen en fases en het trainen of overbrengen van kennis ook in allerlei gradaties.’
Niet dat ik het met je oneens ben, maar het is wellicht interessant om eens iets over dzogchen te lezen, en met name ‘Direct Gewaarzijn.’ Hier zie je dat wérkelijke kennis, die van de oorspronkelijke Staat van elk individu, niet ontstaat uit langdurige leerprocessen, denken, analyseren en onvermijdelijk oordelen.
SH zegt
In reactie op Henk van der Kalken,
Dank voor je respons! We zijn het eens volgens mij. Ik heb het juist niet over peinzen nadenken dat doen we al teveel. Ik heb het over direct gewaarzijn. Alleen voor velen is hiertoe ‘tapas’ oftewel discipline nodig; jezelf motiveren om je beoefening te doen niet alleen zittend op de mat maar gedurende je hele leven. Observeren, opmerkzaamheid en gewaarzijn vraagt discipline en kilometers maken en komt niet iedereen zomaar toe. Leve uit het hoofd en in het lichaam bij de adem in het nu! Vanuit daar de wereld en jezelf met compassie tegemoet treden. En elke cursus of training die mensen daarbij helpt draagt bij aan de wereld een stukje vreedzamer maken. En dat proces is gelaagd en bestaat uit allerlei fases.
Henk van Kalken zegt
Aan enthousiasme geen gebrek:-)En ik kan je goed volgen, hoor. Maar met dzogchen bedoel ik dat opkomende verschijselen, zoals gedachten, gevoelens en emoties, ofwel reflecties van waarnemingen middels helder in het moment aanwezig zijn waargenomen kunnen worden. Als je daar niets mee doet, bevrijden die verschijnselen zichzelf. En daarmee bevrijd je jezelf ook. Maar laat ik niet de leraar gaan uithangen, want dat ben ik niet. Er zijn vele goede boeken over dzogchen geschreven, door authentieke dzogchenmeesters, maar ook door onze eigen Nederlandse Robert Hartzema. Een aanrader vind ik het boek ‘Naakt zien.’ Hierin wordt het leven en werk van de grote Guru Padmasambhava behandeld. Ik heb zelf ook wel eens een stukje over dzogchen voor het BD geschreven. Vul slechts mijn naam in, maar laat de extensie ‘der’ weg, want mijn ego is zo al groot genoeg:-)