Judith Bossert (1937-2020), de zenboeddhiste die 6 april is overleden, mag worden herinnerd als de oprichtster van het eerste Nederlandse zentijdschrift, met de simpele naam ZEN, en als vertaalster van enkele dunne, maar belangrijke boeken van de Vietnamese leraar Thich Nhat Hanh.
Vijftienjaar, van 1962 tot 1977, was Judith non bij de Dominicanessen, op het laatst in het Noordbrabantse dorp Langenboom. Het was een rumoerige periode in het rooms-katholieke leven. Het Tweede Vaticaanse Concilie in Rome en aansluitend het Pastoraal Concilie in Noordwijkerhout (1968-‘70) verruimden het zicht op niet-christelijke religies, waaronder het boeddhisme.
Zo manifesteerde de Duitse, in Japan wonende Jezuïet en missionaris Hugo M. Enomiya Lassalle, die op het nippertje de atoombom op Hiroshima had overleefd, zich in boeken en bezoeken aan Europa als een pleitbezorger van het zenboeddhisme. De abt van het Trappistenklooster in Zundert, Jeroen Witkam, werd zijn volgeling en verkreeg op den duur zelfs een leerbevoegdheid voor koantraining in Soto-zen.
De psychotherapeut Karl Graf von Dürckheim, die in Japan het zenboeddhisme had bestudeerd, vestigde in Duitsland een meditatiecentrum waar ook Nederlandse boeddhisten gingen mediteren. Zijn bekendste leerling uit ons land was de ex-priesterstudent Nico Tydeman, nu al vele jaren Nico Tenko Roshi. Judith Bossert werd vooral geraakt door de humanitaire boeddhistische initiatieven van de Vietnamese zenmonnik Thich Nhat Hanh.
Hij was diep bewogen door het leed van zijn landgenoten in de Vietnamoorlog en de meedogenloze Amerikaanse interventie met napalmbombardementen in de jaren zestig. Hij richtte een School van Jongeren voor Sociale Hulpverlening op en werd mettertijd leider van de vredesdelegatie van de Verenigde Boeddhistische Kerk van Vietnam.
In Nederland ontstond een Komitee voor Vietnamese Weeskinderen als steun voor het werk van Thich Nhat Hanh. In februari 1975 kwam hij uit de Verenigde Staten, waar hij zich ondanks alles had gevestigd, naar ons land om gastcolleges te geven. Hij logeerde in Alkmaar bij een helpster van het comité, Kirsten Roep. Intussen schreef hij aan een boek dat enorme opgang zou maken onder de titel The Miracle of Mindfulness! Hij vroeg haar het boek mettertijd in het Nederlands te vertalen.
Judith Bossert verwisselde op den duur de orde van de Dominicanessen voor de orde van Tiêp Hiên, de orde van Interbeing, opgericht door Thich Nhat Hanh als boeddhistisch tegenwicht tegen de verwoestende krachten in de wereld. Zij begon in Langenboom het zencentrum Theresiahoeve. In 1980 richtte ze het tijdschrift ZEN op, waaraan in de loop der jaren ook toonaangevende zenleraren als Ton Lathouwers, Rients Ritskes en Dick Verstegen meewerkten, en ze ging vertalen.
Haar zen-uitgeverij Theresiahoeve publiceerde de vertaling van Kirsten Roep onder de titel Het gras wordt groener. Meditatie in Aktie. Van Thich Nhat Hanh vertaalde Judith Bossert o.a. Tiêp Hiên, Boeddhisme in 14 poorten (1989), Adem is bewustzijn. Anapanasati Sutra (samen met Eveline Beumkes) (1992) en Aarden. Intieme gesprekken met Boeddha. (2006).
kees moerbeek zegt
Dank voor dit bericht, Jacques!