In de serie Tweespraak praten Rob en Luuk over een actueel onderwerp. Vandaag is het thema vrijheid om dingen niet te doen.
Luuk: De vorige keer spraken we over de verplichting voor vrouwen in de Islam een hoofddoek te dragen. Samengevat ben jij van mening dat het moeten dragen van een hoofddoek door vrouwen in de Islam geen groot issue is. Je kan je ook voorstellen dat een vrouw er zelf voor kiest, ook al is het dragen verplicht. Ik wil nu een volgend onderwerp aansnijden, namelijk het kunnen en mogen beleven van seksuele gevoelens door vrouwen in de Islam.
Ik heb de overtuiging dat het mogen beleven van (seksuele) gevoelens een mensenrecht is en ik vind vrijheid van het individu een moreel ijkpunt waaraan religieuze dogma’s en routines geëvalueerd kunnen worden. Dat deden we in de jaren zestig, zeventig en daarna, en ik zie geen reden om dat nu niet te doen.
In 1975 sprong een streng gereformeerd opgevoede oud-klasgenoot van mij van een flat. Hij kon niet langer leven met zijn homoseksuele gevoelens die ten diepste door zijn ouders, zijn familie en zijn kerk werden afgewezen. Onderwerping aan de wil van de God van Abraham en de vrijheid hebben je eigen seksuele gevoelens te hebben, staan met elkaar op gespannen voet.
Rob: Ik deel je visie dat we vrij zouden moeten zijn in wie we zijn. Ik denk dan aan onze behoefte te mogen bestaan, ons veilig te voelen, ons in liefde verbonden te weten en vrij te zijn in onze eigenheid en dus ook t.a.v. onze seksuele behoeftes. Zolang we onszelf en onze omgeving niet schaden, lijkt mij dat nastrevenswaardig.
Ik maak onderscheid tussen een objectieve vrijheid en een subjectieve vrijheid. Objectieve vrijheid is de bewegingsvrijheid die onze omgeving ons biedt. Die vrijheid zie ik veelal als een gegeven waar ik mij mee te verhouden heb. Daar verander ik als individu niet veel aan.
Subjectieve vrijheid zegt iets over de vrijheid die iemand in zichzelf ervaart om gebruik te maken van zijn of haar mogelijkheden om zich te profileren in de wereld. Dit is een gebied waar ik me mee bezig hou in de therapie. Als iemand zich identificeert met wat hij of zij gelooft en daar geen verhouding mee heeft en dus hanteert als waar, noem ik diegene een fundamentalist. Het maakt daarbij niet uit wat diegene gelooft. Een fundamentalist heeft een gesloten geloof, er is geen twijfel en twijfel is vaak ook verboden. De fundamentalist zal daardoor geloven in vrijheid te handelen, ook al is het geloof van diegene nog zo beperkend in de mogelijkheden die een mens eigen zijn. Als een fundamentalist in twijfel geraakt over datgene waar hij zich tot dusver mee heeft geïdentificeerd, dan zal hij of zij dat ervaren als een identiteitscrisis. Een crisis die mogelijkheden biedt om ongehoorzaam te worden aan inperkend geloof, maar veelal gepaard gaat met veel gevoelens van onzekerheid en innerlijk conflict. Een conflict tussen de overlever, die ieder van ons ook is, als prediker van het oude geloof en de volwassene die ongehoorzaam begint te worden aan het oude geloof. Iemand gaat in een dergelijke periode meer van zichzelf ontdekken, dat was eerder onmogelijk door het oude geloof. De crisis geeft de kans om de interne vrijheid te vergroten. Het zou prachtig zijn als zowel mannen en vrouwen volop kunnen genieten van seksualiteit zowel vanuit verbondenheid als vanuit hun eigenheid.
Luuk: Je ziet objectieve vrijheid als iets waar je je mee hebt te verhouden. Geldt dat voor racisme, apartheid of seksisme? Opgelegde gewoontes, zoals het dragen van een hoofddoek, het besnijden van meisjes of het uithuwelijken van jonge meisjes vallen onder objectieve (on)vrijheid. Verzet hiertegen is belangrijk. Volgens een Iraans parlementsonderzoek vindt een meerderheid van de vrouwen in Iran dat het dragen van een hoofddoek vrijwillig zou moeten worden. Nu zijn vrouwen en meisjes vanaf negen jaar verplicht een hoofddoek te dragen en een lange mantel, teneinde haren en lichaamscontouren te verbergen. Wie deze regel niet respecteert dreigt opgepakt te worden door de religieuze politie, naast de vanzelfsprekende uitsluiting. De reden voor de voorschriften ligt bij mannen, die zouden zich niet kunnen beheersen. De Islam heeft deze regel ooit overgenomen van het Christendom. Het Christendom is vervolgens door een proces van verlichting gegaan.
Veel mensen willen opkomen voor de zwakkere. Dat zijn in hun ogen in het Westen de moslims, omdat ze kritiek krijgen op hun religie. Ik deel die mening niet. We moeten solidair zijn met individuen die onderdrukt en uitgesloten worden. Het gaat er mij niet zozeer om of iemand het recht heeft om een boerka te dragen, maar om het recht om deze niet te dragen.
Abraham hoorde een stem en maakte zich op om zijn zoon te offeren. Ik voel me niet solidair met deze gehoorzaamheid; de zoon daar wil ik voor opkomen.
Er zijn moslims die afscheid willen nemen van (een deel van) de Islam en die streven naar gender-gelijkheid, mensenrechten, vrijheid om te zeggen wat je denkt, vrijheid van zelfexpressie. Ze willen ratio en de mens centraal stellen, in plaats van geloof en God. Zij die hiervoor durven uit te komen, vragen mensen in het Westen om naast hun te staan.
Rob: Veelal zijn mensen zich er niet van bewust dat ze zich geïdentificeerd hebben met een geloof. Daardoor houden ze het voor vanzelfsprekend en op basis daarvan kunnen ze hun handelen gerechtvaardigd achten. Mensen kunnen dus geloven goed te doen, terwijl zij zichzelf en anderen schade toebrengen. Het doet mij goed als ik mensen kan assisteren zich bewust te worden dat ze rondlopen met geloof en dat zij niet degene zijn die ze geloven te zijn. Ik kijk of ik in mijn therapieën mensen kan helpen een verhouding te krijgen met wat zij geloven en dat kunnen gaan betwijfelen en vervolgens om te onderzoeken hoe een geloof gaandeweg ontkracht kan worden.
Mensen uitnodigen zich meer bewust te worden hoe zij zichzelf gevangen houden in hun geloof, vind ik nastrevenswaardig. Een ander opleggen zich te ont-geloven van inperkend geloof, acht ik paradoxaal. Mensen uitnodigen zich bewust te worden van wie ze geloven te zijn, is vrijwel ondoenlijk als deze mensen zelf geen last ervaren van zichzelf. Een fundamentalist ziet de ervaren last vaak als gevolg van de ‘problematische’ ander.
Tot zover de subjectieve vrijheid, t.a.v. de objectieve vrijheid is mijn mening dat al ons handelen dat veiligheid en liefde bedreigt of beschadigt, afkeurenswaardig is en zo mogelijk dient te stoppen.
Luuk: Mijn oud-klasgenoot kwam in een hel terecht door de onderdrukkende religieuze geboden en verboden. Nog steeds zit ik met het idee dat ik meer had kunnen doen voor hem. Maar wat wist ik toen van de gevolgen van een bizarre religieuze opvoeding. Iedereen moet de vrijheid hebben niet te knielen voor onverdraagzaamheid.