Toen wij in 2016 ons nieuwe zencentrum openden kwam de buurman als een van de genodigden met een gerookte zalm aan zetten. Hij heeft een zalmrokerij en als zakenman vroeg hij gelijk; ‘is er geen kruisbestuiving mogelijk?’ Ik vroeg hem; ’Hoe zie je dat, zalm & zen?’ Nou nee, het ging niet om de zalm, zijn vriendin was helderziend en hij vervolgde: ‘Jullie zijn toch ook spiritueel.’
Spiritueel?… nou nee wij zijn religieus. Ja, ja, jullie geloven in Boeddha. Nou, waar al mijn leerlingen in geloven weet ik niet maar ik praktiseer zen, ik beoefen het. Ja dat bedoel ik ook, jullie prakkiseren over Boeddha. Je moet experts nooit tegenspreken die hebben vastomlijnde bestudeerde ideeën. Ik ben inmiddels ook zalmexpert, hij smaakte overheerlijk.
Waar gaat dat boeddhisme nu eigenlijk over, geen hond heeft er interesse in, Nederland heeft geen vensterbanken genoeg om alle boeddhabeelden te herbergen en die beelden zijn allemaal gekregen want een boeddhabeeld mag je niet zelf kopen anders brengt hij geen geluk. Nederlanders zijn dan ook statistisch gezien de gelukkigste mensen van de wereld. Wat ik dan weer niet begrijp is waarom de ene helft van Nederland de andere helft coacht om gelukkig te worden. We wachten op de klok van 17:00 uur dan kunnen we naar huis, de hele week leven we naar het weekeinde toe, en een heel leven lang zoeken we naar geluk. Je bent vast wel eens iemand tegen gekomen die snikkend in een hoekje zat en als je vroeg wat er aan de hand was snikte hij: ‘Bhoeeee, ik ben zo ongelukkig’. Dus hiervoor was je gelukkig? Ja, snik.
Tijdens een sesshin kwam met dokusan (privéonderhoud, letterlijk ‘gang naar het hogere’) een vrouw voor mij zitten die in snikken uitbarstte. Ik vroeg haar wat er aan de hand was en ze zei: ‘Ik weet het niet, maar ik vind het zo lekker om te huilen.’ Ja, huilen kan een uiting van geluk zijn, maar geluk is eigenlijk niet meer dan een emotie, ben je gelukkig of ongelukkig als je slaapt?
Niemand zegt; ‘kijk hem nou gelukkig slapen’. Het is meestal; ‘kijk hem nou tevreden slapen’. En vaak zijn we ontevreden door het ontbreken van geluk. Geluk zit onder je schoen, waarom? Stel dat je geen schoenen hebt, dan zit geluk onder je sok, stel dat je geen sokken hebt, ja,… tussen je tenen. Geluk komt en gaat, het is zo glad als een aal en is niet vast te houden.
Waar gaat dat boeddhisme nou over, je kunt er een leven lang er over lezen, discusheren, schrijven of denken maar word je dan gelukkig? Gaat je honger over door een kookboek te lezen?
Je staat je leven lang tot borsthoogte in een meer van alles wat je nodig hebt, je hoeft alleen je hoofd te buigen en te drinken, we zijn zo als dat visje die aan een grote vis vraagt: ‘De zee, alle vissen spreken maar over de zee, de grote heilige zee, waar is de zee? Tsja, de zee, je zwemt er in, hij stroomt door je heen, je piest en poept er in, waar is de zee niet?’ En wij zijn ongelukkig door het ontbreken van geluk wat zo iets is als s ’nachts ongelukkig zijn door de afwezigheid van de dag.
In Kyoto, in de Ryoantempel, ligt misschien wel een vingerwijzing. Er ligt in de tuin van de tempel een stenen wasbekken met in de rand 4 karakters gebeiteld die op verschillende manieren geïnterpreteerd kunnen worden. Vrij vertaald staat er: ‘Ik ken slechts tevredenheid’. Ik ben van mening dat dit via het boeddhisme te verwerven is- tevredenheid met elke omstandigheid.
Op de open dag van ons centrum kwam de buurman als een van de genodigden met een gerookte zalm aanzetten, wat kan die man zalm roken zeg.