Je weet dat dit niet kan, waar komt die hunkering vandaan? Dat geluk najagen: Moge alle wezens gelukkig zijn’. Maar in de titel ligt de het antwoord al besloten, dus je weet het.
En we blijven er hardnekkig in geloven, elke religie is daar het bewijs van. Er word ons van alles beloofd, een hemel, nirwana, maar ook een hel en een samsara. Is het een wrange grap van Boeddha; ‘Moge alle wezens gelukkig zijn’. Het is natuurlijk heel lief om iedereen geluk toe te wensen maar als je hem of haar op het zelfde moment ook ongeluk toewenst…
En dan ook- waarom wens je iemand geluk toe? Is dat omdat je je eigen verlangens najaagt? Goeie business voor hen die cursussen in geluk verkopen, hoewel, zou er waarheid zitten in ‘geld maakt niet gelukkig?’
Het is simpel, als je gelukkig bent heb je geen cursus nodig, sterker nog, dan hebt er totaal geen interesse in. En als je ongelukkig bent is er maar een oplossing, gelukkig zijn met je ongeluk. Dat valt niet mee gelukkig zijn met je ongeluk, maar je hebt een heel leven om het te leren. Hoewel, ik ben er nog steeds mee bezig en ik vermoed dat het leven er van gemaakt is. Ik bedoel, het leven bestaat bij de gratie van tegenstelling. Hoe zou er leven kunnen zijn als er geen celdeling plaats vindt, leven is: Zomer, winter, dag, nacht, man, vrouw, enz.
O ja, en geluk en ongeluk.
Kon het altijd maar zo blijven. Ik kan je vertellen: het blijft altijd zo omdat tijd niet echt bestaat. Elk moment dat je op de klok kijkt zijn de wijzers verschoven, of zijn de digitale cijfers veranderd. Alles is in beweging en veranderd en elk moment dat je op de klok kijkt doe je dat ‘nu’. Nee niet het alledaagse ‘nu’, maar het eeuwig altijd durende ‘nu’. Je leest dit toch nu? Ja toch? Het ‘nu’ is altijd, en er is geen pijl op te trekken het is een warboel van beweging, dat ‘nu’. Maar dat is niet wat je wilt, je wilt gelukkig zijn, troost je, Siddhartha wilde ook gelukkig zijn. Hij was min of meer gelukkig maar toen werd hij nieuwsgierig. Wist hij veel dat er een prijskaartje aan de waarheid hangt. Hij wilde weten, hij wilde de wereld zien, de wereld zo als hij werkelijk was en zodra hij een stap buiten de paleispoort zette was het te laat.
Nieuwsgierig naar de smaak van het koekje? Als je er een hap van hebt genomen is het te laat. Het koekje is gemaakt van ziekte, ouderdom en dood, en o ja ik heb er ook een hap van genomen en het is me niet goed bekomen. Niet dat het vies was, integendeel maar de nasmaak is wrang, zo wrang dat er verslaving optreed, je wilt de pijn vergeten, je wilt nog een koekje.
Gelukkig heb ik een afkickkliniek gevonden in Japan. Maar die zijn overal in de wereld te vinden, de artsen van die klinieken slaan op gongs, trommels, rinkelen met bellen en blazen op lange toeters. Om te waarschuwen dat de koekjes verslavend zijn. En het afkicken is geen pretje, uren lang stil zitten dat helpt, er over praten helpt geen steek. Zo’n stel van die verslaafden bij elkaar. ‘Ja morgen,… morgen ga ik afkicken, te gek man misschien ga ik met je mee.
Ik kan je niet helpen, en als je hier komt om alle wezens geluk te wensen terwijl jezelf nog de wereld voor een doedelzak aan ziet. Ga zitten en houd je mond, misschien hoor je dan je eigen stem.
Moge alle wezens gelukkig zijn.