Inzicht en beoefening van de prajnaparamita belichamen de kern van het bodhisattva-ideaal. Voor het Mahayana is dit het hoogtepunt van transcendente wijsheid—de meest perfecte manier om de ware aard van de dingen te zien. Het is te vergelijken met de manier waarop de Mahasatipatthana Sutta van het Theravada de aard van de verschijnselen forensisch analyseert en tot uiting brengt.