De Dalai Lama is vanmorgen in de Oude Zaal van het parlementsgebouw in Den Haag ontvangen door de Nederlandse parlementaire commissie voor Buitenlandse Zaken. De spiritueel leider van het Tibetaanse volk sprak de Kamerleden toe.
‘Deze Kamercommissie is gekozen op basis van vertrouwen en hoop. De aanwezigen hier representeren werkelijk het volk. Ik ben van jongs af aan geïnteresseerd geweest in democratie. Al snel na mijn aantreden als dalai lama in Tibet heb ik veranderingen ingezet in de wijze waarop Tibet werd geleid. Mede op basis van verhalen die ik als kind al hoorde over de wijze waarop ministers zich in Tibet gedroegen. Het is mijn overtuiging dat de wereld aan de mensheid behoort. Niet aan koningen of religieuze leiders. Zo behoort Nederland aan de Nederlanders. Dus niet aan de politieke partijen. Die zijn er om het volk te dienen. Ook ik ben maar een van de miljarden mensen op deze wereld. Als mensen zijn we allemaal met elkaar verbonden. Als een deel van de mensheid lijdt, dan lijdt ook het individu. Een gelukkig leven van het individu hangt dus ook af van het welzijn van de mensheid.’
De Dalai Lama ging ook in op het aspect vertrouwen en respect. Liefde en compassie. ‘Voorwaarde voor een gelukkig leven is zelfvertrouwen , innerlijke kracht. Die reduceren angst en stress. Als je minder zelfvertrouwen hebt, dan heb je minder vertrouwen. We hebben allemaal moeders. Die hebben een enorme affectie voor het kind dat we waren. Op deze wijze is in ons het zaad van liefde en compassie gezaaid.’
En over religieuze tolerantie. ‘Als ik kijk naar religieuze tolerantie dan is India hier een lichtend voorbeeld van. Op uitzondering en een aantal incidenten na is er in India religieuze harmonie, het is dus mogelijk.’
De Dalai Lama: ‘Allereerst ben ik mens, daarna boeddhist en daarna Tibetaan. Tibetanen hebben veel vertrouwen in mij en ik heb hen te dienen. Vanuit die positie vraag ik aandacht voor het vernietigen van de cultuur, religie en milieu in Tibet.’