De regering van Zuid-Korea neemt een beslissende stap om een einde te maken aan het eten van hondenvlees, een oude traditie, nu het land het belang van dierenrechten erkent. De consumptie van hondenvlees is zowel nationaal als internationaal bekritiseerd vanwege de vermeende wreedheid. Met name de jongere generatie in Zuid-Korea verzet zich steeds meer tegen dit traditionele gebruik.
Later dit jaar zal een wetsvoorstel worden ingediend met steun van beide regeringspartijen, wat duidt op een soepele doorgang door het parlement. De minister van landbouw beloofde een snelle implementatie van het verbod en bood maximale steun aan diegenen in de hondenvleesindustrie die willen overstappen op andere middelen van bestaan.
Eerdere wetsvoorstellen tegen de handel in hondenvlees stuitten op verzet van belanghebbenden uit de sector en bezorgdheid over hun levensonderhoud, maar het voorgestelde verbod omvat een overgangsperiode van drie jaar en financiële steun om bedrijven te helpen bij het stoppen met de handel in hondenvlees. Dierenrechtengroeperingen verwelkomden het vooruitzicht van een verbod.