Een Tibetaanse man, gekleed in het gewaad van een boeddhistische monnik, heeft zich vanmorgen in Kathmandu, de hoofdstad van Nepal, op straat in brand gestoken en is in kritieke toestand in een ziekenhuis opgenomen. Voor zover bekend is hij het laatste slachtoffer in een serie zelfverbrandingen uit protest tegen de Chinese bezetting van Tibet.
Diverse Tibetaanse bronnen –onder andere de Tibetaanse regering in ballingschap in India en Save Tibet- melden het trieste record van honderd zelfverbrandingen sinds maart 2009. De meeste slachtoffers, mannen, vrouwen, bejaarden en kinderen, zijn aan hun verwondingen overleden.
Het onbekende slachtoffer van vanmorgen goot een brandstof over zich heen en stak daarna zichzelf in brand. Voorbijgangers wisten de vlammen te doven en boden hulp. In Nepal wonen duizenden Tibetanen in ballingschap.
Deze laatste zelfverbranding komt op een hartverscheurende moment voor Tibetanen binnen en buiten China. Met hun daad proberen ze wanhopig wereldwijd aandacht te vestigen op de politieke en religieuze onderdrukking in Tibet. De Chinese autoriteiten doen er alles aan om deze protesten de kop in te drukken, door Tibetanen in de omgeving van de slachtoffers te beschuldigen van medeplichtigheid en uitlokking en deze mensen tot langdurige gevangenisstraffen te veroordelen. Desondanks gaan deze verschrikkelijke protesten door.
De meeste zelfverbrandingen vinden plaats in Tibet en in de zogenoemde Tibetaanse autonome gebieden in China. Een handvol Tibetanen koos voor deze vorm van protest buiten deze regio’s, zoals vanmorgen de man in Katmandu en vorig jaar maart een man in New Delhi. Zijn foto, gemaakt door een persfotograaf, ging de hele wereld over.
Bron New York Times en buitenlandse persbureaus.