Een monnik zei: ‘Je hangt met je tanden aan een tak en je handen en voeten vinden nergens houvast. Een generaal van de keizer vraagt waarom Bodhidharma naar China kwam. Als je antwoord geeft val je te pletter en anders wacht je een doodvonnis. Wat nu?’ ‘Ik hang daar toch niet?’ zei de meester. ‘Nee, maar stél.’ ‘Dan liet ik me bovenop die generaal vallen.’
‘Die man gaat toch niet pal onder u staan’, zei de monnik ongelovig. ‘Nee, maar stél.’ ‘Stel dan maar dat hij een stukje verderop staat.’ ‘Dan sla ik mijn vleugels uit’, zei de meester en bewoog zijn armen op en neer. ‘Ha, u hebt helemaal geen vleugels!’ ‘Nee, maar stél.’ ‘Zo kan je je wel overal uit lullen’, zei de monnik. ‘Zo kan je wel overal in blijven hangen’, antwoordde de meester.
Deze tekst maakt deel uit van de serie Niet om door te komen, de Poortloze Poort. Woord: Hans van Dam. Beeld: Lucienne van Dam. Alle teksten van deze serie. De Poortloze Poort op NietWeten.nl. Alle publicaties van Hans van Dam in het Boeddhistisch Dagblad.