Geïnspireerd door hoofdstuk 37 van de Daodejing
Meester Tja zegt:
De wijze vult bijtijds zijn buik, doet naar behoefte zijn behoefte en ledigt onophoudelijk zijn geest.
Dit verzwakt zijn verlangens en verdiept zijn rust. Het ondermijnt zijn kennis
sneller dan hij bij kan leren.
Het ondermijnt zijn doelen sneller dan hij ze bij kan stellen. Het ondermijnt zijn plannen voor hij ze uit kan voeren. Wat zou hij moeten doen?
Het ondermijnt zijn bezwaren voor ze hem bezwaren. Het ondermijnt zijn gemakzucht voor hij van gemak zucht. Wat zou hij moeten laten?